DE WERELD NU

Democratie – het democratisch deficit

democratie

Het herstel van onze democratie is hèt onderwerp van het jaar. Boeken, TV., radio en internetdiscussies hebben inmiddels heel wat ideeën opgeleverd zoals de oprichting van GeenPeil.

GeenPeil wil geen partij zijn doch een soort wake-up call, maar anderen zijn wel degelij als partijen bedoeld. Zoals de poging tot heruitvinding van de sociaal-democratische ideologie door de partij Nieuwe Wegen van Monasch, of het Forum voor Democratie van Baudet, die de sluipenderwijs ontstane particratie en de kloof met de burgers te lijf wil gaan met staatsrechtelijke ingrepen, zoals het importeren van bijvoorbeeld referenda naar Zwitsers model, en de Belgische gekozen burgemeester.

Maar al die nieuwe clubs stellen zich niet dte vraag: waaróm de democratie steeds meer deficit vertoont. Het bestrijden van symptomen zal echter niets oplossen, net zoals de diagnose ‘hoofdpijn’, pas inhoud krijgt als de oorzaak is gevonden. En het lijkt een zwaktebod om zich vooral te richten op in het oog springende functies. Als uw VW mankementen vertoont, dan koopt u toch ook niet lukraak wat mooi glimmende nieuwe onderdelen bij Citroen of Fiat, want die zullen onze auto niet betrouwbaarder maken. Wat we wel doen is checken welke onderdelen kapot zijn gegaan en waarom, en we zoeken uit of er geen fremdkörper onder de motorkap zijn beland.

Waar komt het democratisch deficit dan wel vandaan, wat veranderde er de laatste vier decennia zoal in ons democratisch systeem?

De EU
De grootste ondemocratische verandering was uiteraard de Holle Bolle Gijs in Brussel. Inmiddels wordt drie-kwart van onze wetgeving opgelegd door de EU en daar hebben we nagenoeg geen invloed op, al was het maar omdat we in het Europees Parlement slechts 3% van de zetels hebben, en de politieke meerderheid aldaar van socialisten en christen-democraten helemaal niet overeenkomt met de huidige meerderheid van allerlei liberaal-achtigen bij ons.

Corporatisme
In Nederland zijn we eindelijk de fascistische PBO’s aan het ontmantelen, maar in de EU wordt een steeds groter netwerk van zogeheten NGO’s opgetuigd, die als organisaties meestal financieel afhankelijk zijn van diezelfde EU, en welks het personeel kritiekloos meedoet vanwege het eigen luxe leventje met al die gratis buitenlandse reizen om te vergaderen in telkens weer een ander van de 28 EU landen. Maar wie weet wat de vakbonden, of de consumentenorganisaties, of de werkgevers, of de ANWB daar namens ons allemaal te berde brengen? En bestaat er überhaupt iemand die als lid van bijvoorbeeld de Wegenwacht daarmee de ANWB tot zijn woordvoerder heeft willen maken?

Utopische verdragen
Ook de opgelegde rechterlijke bevelen van anonieme buitenlandse rechters in Straatsburg en Luxemburg die ons opzadelen met alsmaar toenemende juridisering van ons dagelijks leven door ten onrechte utopische verdragen zoals het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens te interpreteren als echte wetgeving knagen gestaag door aan de fundamenten van onze democratie. Maar ook onze eigen rechters ondermijnen onze democratie en verminderen het vertrouwen van de burger in de rechtstaat door soms honderdjarige verdragen te interpreteren alsof de tekst ook voor de 21ste eeuw zou zijn bedoeld.

Bottom-up werd Top-down
Kenmerkend voor ons politiek bestel en de organisatie van de protestantse kerk was vanaf het ontstaan van de Republiek eind 16de eeuw dat de bottom-up structuur domineerde over top-down zoals in het buitenland en in de katholieke kerk usance was. Tot in de tachtiger jaren hadden we in ons land een sterke vergadercultuur waar in wijkbijeenkomsten van politieke partijen en vakbonden nieuwe ideeën eerst als het ware in de week werden gezet, teneinde draagvlak te creëren voor beslissingen van parlement, regering of vakbondsleiders. Het uiteenvallen van de sociale netwerken vanwege o.a. de stadsvernieuwing, en het verwateren van de traditionele ideologieën verminderde de interesse van de burger die zich vervolgens – maar dan zijn we eigenlijk al een generatie verder – buiten spel gezet voelt.

De de-politisering
De afgelopen decennia is vooral op EU en ander internationaal niveau – met als nieuw dieptepunt de dreigende CETA en TTIP verdragen – de politiek afgepakt van de burgers en doorgeschoven naar anonieme ambtenaren en vertegenwoordigers van belangengroepen die het eigen gewin vooropstellen.

Gelukkig dringt het inmiddels steeds meer door dat het er bij democratie helemaal niet om gaat dat de (economisch) beste beslissing – als dat al voorspelbaar zou zijn – wordt genomen, doch dat het veel mensen gaat om immateriële waarden, zoals blijkt in de discussies over CETA en TTIP. De essentie van democratie is dat mensen zelf kunnen meebeslissen over zaken die hun direct of indirect regarderen. We moeten dus ont-de-politiseren

Luie parlementariërs
Het is bijna niet te geloven, maar parlementariërs – die door het stiekeme outsourcen van onze democratie – toch al steeds minder te doen hebben, bijten zich soms vast in allerlei partijpolitieke onbenulligheden, maar als het echt belangrijk is dan letten ze niet op, of zijn te lui om überhaupt de stukken te lezen.

Zo erkende D66-fractievoorzitter Pechtold vorig jaar sans gêne dat hij de tekst van het Oekraïne verdrag – waar zo veel om te doen was en is – niet had gelezen. Maar hij stemde wel vóór.

In 2005 werd in de Eerste Kamer het Verdrag van Prüm zonder stemming bij hamerslag aangenomen. Daarmee werd zonder enige rechtsgrond onze veiligheid en privacy verkocht voor een bord EU-linzen.

Ook de invoering van de Euro werd niet belangrijk geacht door de parlementariërs: in de Tweede Kamer ging het per hamerslag, en in de Eerste Kamer werd de beschikbare discussietijd beperkt tot twee uurtjes.

In 2011 stelde ons parlement zich – en dus ons burgers – permanent onder curatele door (anders dan de Britten) in te stemmen met de Europese Begrotings Unie, die ons land beperkt in de keuze voor nuttige uitgaven voor het welzijn van de burgers. Er zijn ook belangrijke indirecte consequenties zoals een beperking van de onderhandelingsruimte tussen werkgevers en vakbonden.

Particratie
Door het wegvallen van het sociaal-politieke substraat verplaatste het machtsevenwicht zich naar de grotere politieke partijen en kwam er plaats voor incompetente baantjesjagers voor wie de politiek een prettige bron van inkomsten is of een handige stap in de carrière planning. En die lui vinden het niet prettig als het volk zich met hun business bemoeit. Kiezers hebben wèl vertrouwen in mensen die zich vóórdat ze in de politiek gingen oprecht en succesvol inzetten voor de medemens, zoals homo voorvechter Krol van 50plus.

Ideologische vervlakking
In het EU parlement is men verplicht gegroepeerd per ideologie. Maar dat is een schijn eenheid, want de nationale roots maken dat die fracties bepaald geen ideologisch eenzang zijn, zoals bijvoorbeeld blijkt bij de zg. liberale fractie waar zowel D’66 als de VVD zijn opgehokt. Bij ons in Nederland constateren we een verwatering van de drie belangrijkste ideologieën o.a. vanwege het feit dat de aanvankelijke idealen zoals bv. een seculiere staat of abortus inmiddels bijna overal ‘normaal’ wordt gevonden. De ideologische vervlakking maakt dat het onze volksvertegenwoordigers vaak ontbreekt aan een kompas, en dat ze dus beslissingen nemen waarvan de achterban de logica ontgaat.

Dictatuur van de minderheid
Het ligt in onze volksaard en aan onze christelijke basis dat we geneigd zijn om met iedereen rekening te houden en voor zwakkeren op te komen. Maar inmiddels zijn we wat al te lief geworden: we passen ons vaak overdreven aan aan een minderheid, zoals te zien is bij de Publieke Omroep die alcohol verwijdert om een andersgelovige te pleasen, en Zwarte Piet boycot om een stel nieuwkomers te pleasen. Politici die dit soort ingrepen in onze cultuur en ons privéleven met de mantel der liefde bedekken, plaatsen zich buiten de Nederlandse maatschappij en ondermijnen het vertrouwen in alle volksvertegenwoordigers, politieke partijen en in de democratie.

Internationalisering is elitair en een vijand van democratie
De toegenomen internationalisering vereist mensen die hoogbegaafd zijn, meertalig en sociaal vaardig om in andere culturen te gedijen. Dat betekent dat de issues die in de politiek aan de orde komen steeds meer politici en burgers boven de pet gaan, en de democratische controle aan het verdwijnen is.

Conclusie
Onze democratie is er slecht aan toe, en dat alles niet gierend uit de hand loopt komt door onze democratische beschaving. Want democratie is heel veel meer dan vrije en geheime verkiezingen, de keuze uit veel partijen en een corruptievrije overheid. Het is een misvatting te denken dat de stabiliteit van een/ons land zou zijn gebaseerd op staatsrecht, het gaat evenwel vooral om verbindingen in een ingewikkeld systeem van checks and balances in combinatie met een substraat van allerlei vertrouwenwekkende mensen, organisaties en officiële instanties, en burgers die van goede wil zijn en die ondanks allerlei bezwaren menen dat onze wetten van ons zijn en dus moeten worden nageleefd. Een goed voorbeeld zagen we een paar jaar geleden in België waar een jaar geen regering was, maar waar iedereen gewoon doorging met naar school gaan, werken en belasting betalen. [1] En dat is een heel andere mentaliteit dan in het West-Afrikaanse land waar naïeve Leidse staatsrechtgeleerden in de zeventiger jaren een nieuwe constitutie ontwierpen er van overtuigd dat voortaan onrust, bloedige burgeroorlogen en staatsgrepen tot het verleden zouden behoren. Quod non uiteraard.

Wat te doen?
Mij lijkt dat we primair weer baas in ons eigen Nederland moeten worden door een einde te maken aan alle supra-nationale verplichtingen. En als we zelf weer overal over mogen beslissen, dan zou het zomaar kunnen zijn dat er weer bekwame politici komen met een ideologische visie en hart voor het eigen land. De voorstellen van het FvD om de particratie de nek om te draaien zijn een belangrijke eerste stap, maar de echte oorzaken liggen m.i. toch bij de andere genoemde aspecten.

Voorspelling
Het opkomstpercentage bij de komende verkiezingen zal doorgaan met stijgen. Want het zal hier wel net zo gaan als met de uitkomsten van de Eurobarometer: kiezers zijn loyaal jegens hun eerder ingenomen standpunt. Ze veranderen niet als een blad aan een boom van voor naar tegen, doch parkeren zichzelf voor ze een belangrijke politieke switch maken, tijdelijk in het hokje ‘weet niet’ en/of bij de thuisblijvende niet-stemmers. En daarom zal de verkiezingsuitslag moeilijk te voorspellen zijn.


Noot

  1. Ik vermoed dat onze democratische beschaving er de oorzaak is van is dat bij opinieonderzoeken een verbazend groot deel van de ondervraagden tevreden is over ons eigen openbaar bestuur c.q. dat van de toch zeer ondemocratische Eu. Net zoals bij dat soort polls andere verwarrende simpele vragen worden gesteld, die multi interpretabel zijn, zoals of men zich Europeaan voelt? Waarop enerzijds ‘ja’ wordt gezegd door voorstanders van Eu federalisering en de opheffing van de natiestaat, en anderzijds ‘ja’ wordt geantwoord omdat met zich meer verwant voelt met een Italiaan of een Spanjaard dan met een Eskimo of Aziaat.

Dit essay verscheen eerder op Polderland.

2 reacties

  1. carthago schreef:

    Heel mooi artikel!
    Het democratie, vrijheids en zelfbeschikkingsbesef van de kiezer zal ook bij de komende verkiezingen weer bepalen welke toekomst zij verkiest.Daarvoor is wel een bepaald iq gehalte voor nodig, en dat is nu juist wat het huidige nederland meer en meer ontbreekt, veroorzaakt door immigratie van imbecielen, linkse terreur en duivelse politici. Het lijkt wel gepland.

  2. Ron schreef:

    300000 leden hebben alle partijen bij elkaar opgeteld.
    Betrokkenheid bij partijen en uiteindelijk dus wat er in Den Haag aan inbreng bij besluutvorming wordt aangedragen is zeer gering: dat is toch verwonderlijk als je bedenkt wat de gevolgen kunnen zijn.
    Tegelijkertijd is betrokenheid bij het vaststellen van een partijprogramma voor mij ook niet een onverdeeld genoegen heb ik vanochtend weer gemerkt bij de ledenvergadering van de FvD. Veel praten over marginale zaken. Toch is dat democratie. Mij gaat het om de grote lijnen.
    Uiteindelijk is dat ook wat er bij landelijke verkiezingen gebeurt: er wordt gestemd op basis van waar men het op hoofdlijnen mee eens is. -Misschien alleen stemrecht voor leden van een partij.-
    Democratie een lastige zaak.
    Mijn voorkeur gaat uit naar libertarisch samenleven: maar zo samenleven wordt slecht begrepen. Al komt zo samenleven aardig overeen met de conclusie van bovenstaand essay. Een persoon in de kamer die deze zienswijze eloquent kan verwoorden zou al heel wat betekenen. Echter de LP heeft denk ik niet zo’n persoonlijkheid binnen haar gelederen.
    Op weg naar individuele vrijheid is een partij als de FvD misschien een aardige eerste lift.

    http://dnpp.ub.rug.nl/dnpp/themas/leden/gezamenlijk