De economische consequenties van deze crisis
De implicaties van het rapport met de redenen waarom Moody’s vrijdagavond de Britse TripleA-ratng verlaagde naar Aa1 zijn belangrijker dan die ratingverlaging zelf. Te weinig mensen lijken dat al in te willen zien. Maar als Moody’s gelijk krijgt – en ik heb meer economen dergelijke voorspellingen zien doen – dan staat ons een ellendig decennium te wachten met economische stagnatie, een verdere afbraak van de verzorgingsstaat en veel, heel veel sociale onrust.
Wat zei Moody’s ook alweer dat de ratingverlaging rechtvaardigde?
1) De voortdurend zwakke Britse vooruitzichten op groei voor de middellange termijn.
Alles dat Moody’s hier stelt geldt niet alleen voor vrijwel alle landen van de Eurozone – met Duitsland als mogelijke maar lang niet zekere uitzondering – maar zelfs in versterkte mate. De Britse economie is dankzij het pond nog steeds flexibeler dan de Eurozone, en die flexibiliteit vertaalt zich evenzeer naar het relatief grote aandeel dat de internationaal gerichte dienstensector heeft. Zaken waarover in de rest van Europa eveneens gesproken wordt (‘kenniseconomie’), maar wat nog nergens dezelfde omvang heeft bereikt als in het Verenigd Koninkrijk.
De omvang van het Britse begrotingstekort en de staatsschuld zijn inderdaad grote problemen, maar is het werkelijk erger dan in Griekenland, Italië of Spanje, met Frankrijk en andere voorheen als sterk beschouwde landen in opmars? Het antwoord is NEE. Wat Moody’s over het VK zegt geldt mutatis mutandis nog in versterkte mate voor de situatie in de Eurozone. Ook aan deze kant van Het Kanaal staat ons een lange periode van stagnatie en in een aantal jaren zeker ook krimp te wachten. Dat stilstand ook een vorm van achteruitgang is (dankzij inflatie!!) heb ik dan eigenlijk nog even buiten beschouwing gelaten.
Het wordt kwakkelen de rest van dit decennium.
Wat dan heel vervelend gaat uitpakken is dat de prognoses van de EU voor de komende jaren bij voortduring uitgaan van een aantrekkende Europese economie. Het is mogelijk dat dat in landen als Griekenland en Spanje inderdaad gebeurt overigens: indien men in een jaar of vier à vijf ongeveer een kwart van het GDP kwijtraakt, is het minder moeilijk daarna weer te stijgen. Maar dat krijgt pas betekenis als deze landen hun niveau van 2008 weer bereiken gaan, en daaraan heeft nog geen prognose de vingers willen branden.
Inflatie plus economische groei levert het percentage op dat een houdbaar tekort garandeert. Een eerste consequentie van deze stagnatie zal dus zijn, dat een overheidstekort van 3% op de begroting niet langer een houdbare situatie op zal leveren, tenzij er een stevige inflatie ontstaat (zoals overigens in het VK al schijnt te gebeuren). De staatsschulden in de Eurozone zullen dus verder groeien, iets wat de financiële markten niet zal ontgaan. Daarmee komen we in een bezuinigingsspiraal – en feitelijk zitten we daar al in. Maar aangezien Europa bezuinigingsmoe is, zal dat niet lang meer duren.
Als de groei achterblijft, lijkt de enige kans voor de ECB in het geniep de inflatie te laten oplopen. Dat zal nog niet meevallen, aangezien vrijwel alle Europese overheden sinds jaar en dag regelmatig allerlei statistische methodes in hun eigen voordeel wijzigen om precies dat te maskeren. Er is een grens aan wat men hiermee bereiken kan zonder dat het al te gênant gaat opvallen.
De correctie (het enige juiste woord!) die afgelopen jaren plaatsvond in landen die nu een bailout hebben gekregen, deed weinig anders dan luchtbellen uit de economie strijken. Dat is overigens nog niet voorbij, aangezien een aantal landen (zoals Frankrijk, de orderportefeuilles slinken al 19 maanden achtereen) het proces nu pas ingaan. Voor Nederland geldt dat in iets minder sterke mate, aangezien wij onze huizenmarkt luchtbel deels hebben gevuld met aardgasbaten. Maar aangezien dat minder solide is dan een gezonde economische basis, zal ook in ons land nog meer pijn geleden moeten worden. De gaten die nu met bailouts worden gevuld zijn weinig anders dan de feitelijke krachtsverschillen tussen de verschillende leden van de Eurozone. Opgeteld bij de verschillen die er al waren, vanzelfsprekend.
De wisselkoersoorlog die op dit moment woedt, maakt bovenstaande situatie erger. Want het ondermijnt de concurrentiepositie van de Eurozone nog verder. Aangezien bij een slechter wordende economie de bevolking daadkracht van regeringen eist, iets waartoe onze huidige regeerders absoluut onvoldoende in staat lijken, is voor het voorspellen van grote sociale onrust geen speciaal talent vereist.
Eerder verschenen op Dagelijkse Standaard.