DE WERELD NU

De Constitutionele Staatsgreep – Nog niet gedaan!

De term Constitutionele Staatsgreep heb ik een paar weken geleden voor het eerst gebruikt naar aanleiding van het eindverslag van informateur Tjeenk Willink, zijn advies om een PaarsPlus-kabinet te onderzoeken en de ondertussen beruchte bijlage met de Contrasein-onthouden-paragraaf. Afgelopen zondag schreef ik een artikel over de toen nog voortgaande formatiepoging van een PaarsPlus-kabinet, en vooral over de commissie Staatshervorming die Kamerleden van de samenstellende partijen bevatte en die het formatie-overleg van gespreksstof op dit punt zou moeten voorzien. Ik uitte mijn verbazing over het gegeven, dat een onderwerp waarover recent zo weinig te doen is geweest, zo prominent figureerde in de formatie-onderhandelingen. Vervolgens kwam ik via een aftelversje uit op een verdere overdracht van bevoegdheden en Nederlandse soevereiniteit aan de EU in Brussel. Het onderwerp werd niet opgepikt, en PaarsPlus bloedde dood.

Met de aanstelling van Ruud Lubbers als informateur begon een fase van de formatie die mij niet erg verbaasde. Het was een logisch en onontkoombaar vervolg op de tactische blunder van Hare Majesteit toen zij middels Tjeenk Willink de formatie van een PaarsPlus-kabinet wilde forceren. Maar door de aanstelling van Ruud Lubbers werden door verschillende analisten diens activiteiten in recente tijden nog eens tegen het licht gehouden. En toen kwam er iets raars boven tafel.

Lubbers hield in maart, bij de herdenkingsbijeenkomst voor Hans van Mierlo in de Rode Hoed in Amsterdam, een toespraak. Ontdaan van de persoonlijke herinneringen aan Hans van Mierlo gaat het hier om:

Er is een inspanning gaande om onze Grondwet te moderniseren. Daarover had ik zo graag nog met Hans, collega Minister van Staat, gesproken. Op de website website van de Commissie Grondwetsherziening valt een voorstel te lezen om de verbeterde Grondwet te doen aanvangen met een preambule als volgt: `Wij, de burgers van Nederland, zijn verantwoordelijk voor onze rijk geschakeerde samenleving, die gebaseerd is op de beginselen vrijheid, gelijkheid, verdraagzaamheid, rechtvaardigheid, solidariteit en duurzaamheid. Ons land is een open, democratische en pluriforme rechtsstaat, en maakt deel uit van een sterk en bezield Europa.´

Een prima idee. Ik heb echter voorgesteld daar aan toe te voegen: ´Te midden van een schitterende verscheidenheid van culturen en levensvormen maken wij deel uit van één wereldwijde gemeenschap van volkeren en weten wij ons lotsverbonden met al wat op de Aarde leeft.´

Zo ontstaat een eigentijdse, maar ook toekomstgerichte preambule, als basis, voor het na deze zomer na de verkiezingen te smeden coalitieakkoord.

Waarop er nog wat gezwateld wordt over het belang van de middenpartijen als D66 en CDA met een bijzondere verantwoordelijkheid voor de coalitievorming te midden van de verscheidenheid van politieke partijen in het land. Waarbij Lubbers er alvast op vooruit loopt dat bij de formatie deze tekst als ethische basis zal worden gebruikt voor het coalitieakkoord:

Al zal het op orde brengen van de staatsschuld met tal van concrete politieke verschillen centraal staan, het wordt niets als er geen gemeenschappelijke ethische basis is.

Waar dit op neerkomt, is dat de preambule van de nieuwe Grondwet vastlegt, dat Nederland onderdeel is van de EU. In een ander verband is de term Europa niet te begrijpen. Dat betekent kortweg, dat de wens van veel Nederlanders om de optie uit de EU te treden open te houden als dit op enig moment verstandiger lijkt, wordt dichtgetimmerd.

Een tweede gevolg van de preambule zoals die door Lubbers is toegevoegd, komt er de facto op neer dat Nederland als onderdeel van een wereldwijde gemeenschap zich niet zomaar af kan sluiten. Hierdoor wordt het zo goed als onmogelijk internationale verdragen op te zeggen, ook omdat men er expliciet van uit gaat dat internationale verdragen boven Nederlands recht of Grondwet gaan. Prof. Edgar du Perron, over de Commissie Grondwetsherziening zegt het letterlijk:

…het politieke debat verhardt, mede door de vrees dat andere meerderheden dan de huidige in de toekomst de staat zullen overnemen. Mijn stelling (‘Onze Grondwet verdient een beter slot’) is een poging dat debat in betere banen te leiden.

Vraag uit hetzelfde interview: De Grondwet verdient een beter slot. Wij dachten aanvankelijk dat u niet tevreden was over de laatste passage.

Dan hebt u de helft van de woordspeling al begrepen. De wijzigingsbepalingen zijn de laatste reguliere bepalingen in de Grondwet. Daarnaast is het mijn bedoeling een deel van de Grondwet af te sluiten, door de grondbeginselen van de democratische rechtsstaat te beschermen tegen een meerderheid die deze zou willen afschaffen.

Voorzitter van de commissie, stilletjes geïnstalleerd op 9 juli 2009, is Mw. Thomassen, tevens raadsheer bij de Hoge Raad. En hoe deze al op een mogelijke grondwetswijziging vooruit kan lopen hebben we al gezien met het besluit van de Hoge Raad uit april, toen de SGP verplicht werd door een uitspraak van de Hoge Raad om in de toekomst vrouwen te kandideren voor publieke functies. Hiermee impliceerde de Hoge Raad een rangorde wat betreft de in de Grondwet geregelde vrijheden, zoals die van Geloof, Meningsuiting en Gelijkheid. Tot nog toe werden deze geacht gelijkwaardig te zijn, maar de uitspraak van de Hoge Raad in deze zaak zette dit op zijn kop.

Men is bezig geweest (en nog, waarschijnlijk) om een grondwetswijziging voor te bereiden die er primair op gericht is bepaalde gedachten via de Grondwet te kunnen smoren voor ze te sterk wortelen in de samenleving.Vorig jaar leek daarvoor nog tijd genoeg, met verkiezingen die pas in 2012 zouden worden gehouden. De Commissie kreeg als opdracht te rapporteren rond 1 oktober 2011. De groei in de peilingen van de PVV gaven duidelijk aanleiding om de grondwet en het multiculturalisme wat steviger ankers te geven tegen de naderende storm van publieke verontwaardiging. Echter, door de val van het kabinet ging deze deadline de mist in, en was het kabinet door de politieke verwikkelingen niet in staat de geplande grondwetswijzigingen in te dienen.
Er leek geen man overboord, want met het naderen van 9 juni, leek te PVV dit voorjaar te verschrompelen. De uitspraken van Lubbers (eind maart) geven een indicatie van zelfvertrouwen dat het electoraat zich wel zou gedragen. Als de PVV inderdaad niet verder was gegroeid dan een zeteltje of 14-15 was dat een correcte analyse geweest. Een sterk grotere VVD moest dan nog gedwongen worden tot PaarsPlus, maar dat leek gezien het verscherpte maatschappelijke debat geen onoverkomelijk probleem te zullen worden.

Lubbers citeert een stukje van die voorgestelde preambule (eind eerste column Connector-artikel), die er op neer komt dat Nederland zich grondwettelijk vastlegt in de EU, en zich vastlegt op de uitgangspunten van een multiculturele samenleving. De toevoeging die hij bepleit maakt andersdenkenden effectief zondaars tegen de Grondwet.

De toespraak van Lubbers in maart verraadt het aangepaste tijdschema van de koningin en haar adviseurs. Oorspronkelijk was dat: indiening wet, Statenverkiezingen en een nieuwe Eerste Kamer (PVV leek af te zien van deelname) en vervolgens kort voor de officiële ontbinding aanname in eerste lezing, waarna de nieuwe Grondwet na de verkiezingen door de middenpartijen met een Tweederde meerderheid, zoals vereist, zou kunnen worden aangenomen.
De aanpassing laat zich als volgt reconstrueren:
Een kabinet van middenpartijen (PaarsPlus, desnoods Middenkabinet) dat de preambule als leidraad voor toekomstige regeringspartijen zou vastleggen, gevolgd door Statenverkiezingen. Indien die een voldoende door de middenpartijen gedomineerde Senaat op zouden leveren, zou in 2014 alsnog de door de Staatscommissie voorbereide Grondwetswijziging kunnen worden aangenomen. De klap die de PVV uitdeelde door op 9 juni 24 zetels te halen en het CDA te decimeren moet op Paleis Noordeinde hard zijn aangekomen.

Op deze wijze laat zich verklaren waarom het Hare Majesteit zoveel waard was om PaarsPlus tot stand te brengen. De bewegingen in de opiniepeilingen tijdens de onderhandelingen over PaarsPlus moeten zo mogelijk nog harder zijn aangekomen, omdat zij laten zien wat er gaat gebeuren bij de Statenverkiezingen in maart 2011.
Het perspectief dat de Hoge Raad met de uitspraak in de SGP-zaak heeft geschapen, doet vermoeden dat ook CU en SGP een grondwetswijziging zoals nu in de steigers schijnt te staan, af zullen wijzen. Dat maakt het voor de klassieke middenpartijen vrijwel onmogelijk de Grondwetswijziging door de Eerste Kamer te loodsen. Dat geeft uitstel tot 2015.
Maar over vijf jaar zijn we een stuk verder. Als de PVV tegen die tijd er nog niet in is geslaagd een aantal internationale verdragen bij het grof vuil te doen plaatsen, is haar missie feitelijk mislukt. Ook van de VVD mag verwacht worden, dat zij zich tegen die tijd zal keren tegen een grondwetswijziging die zo duidelijk tegen het belang van het land in gaat. Maar de herziening van een aantal internationale verdragen zal in de periode 2011-2015 gestalte moeten gaan krijgen.

Maakt deze gewraakte grondwetswijziging nog een kans? Er is helaas een variant die dat mogelijk zou maken. Opnieuw ligt de sleutel bij de Statenverkiezingen 2011. Als de PVV nú in een kabinet komt, zal dat haar een deel van haar populariteit kosten. Als gevolg daarvan zou zij het mogelijk niet extreem goed doen in 2011, en zou een deel van de stemmen die tijdens een PaarsPlus-kabinet naar de PVV zouden zijn gegaan, toevallen aan de VVD. In díe situatie kan de elite het wenselijk achten het kabinet te laten vallen, en te gokken op een voldoende grote meerderheid bij de verkiezingen om de Grondwet alsnog te wijzigen in 2012, uiterlijk 2013.

Daarom moet de PVV zich er op voorbereiden de Statenverkiezingen in maart inzet te maken van haar verzet tegen een grondwetswijziging. Omdat het nodig is, en omdat het haar geen windeieren zal leggen. Dat de gevestigde elite het noodzakelijk achtte om te proberen Europa in de Grondwet te verankeren, is een indicatie dat de slag met de EU nog niet volledig verloren is. De Statenverkiezingen moeten gemaakt worden tot het referendum, dat nooit gehouden werd. Voor de PVV, tegen de EU.

 

 

Eerder verschenen op Dagelijkse Standaard.