Het is bijzonder onwaarschijnlijk geworden dat het UK en de EU nog een minnelijke schikking zullen treffen. Brexit wordt een harde Brexit.

EU-onderhandelaar Michael Barnier laat openlijk blijken dat er wat hem betreft geen schot in zit of zal komen:

“No deal will be a very bad deal, huh? And to be clear on our side we will be ready to face any eventualities and all eventualities,” the EU’s chief Brexit negotiator, Michel Barnier, told reporters in Brussels on Thursday.

Gespierde taal. De EU blijkt bij gelegenheid dan toch een ruggegraat te hebben – al is het maar om toekomstige verlaters van de unie te herinneren aan de prijs die voor vrijheid moet worden betaald. Tegelijkertijd kun je niet buiten beschouwing laten dat de EU er op lijkt te gokken dat de regering-May binnenlands te zwak staat om een harde Brexit te durven aan gaan. En wie weet willen de Britten uiteindelijk helemaal niet weg? De EU wacht, weigert mee te werken en hoopt. Het blijft hopen op een wonder dat niet komen gaat, maar realisme is Brussels sterkste punt al toch niet.

Zoals ik eerder al schreef is men er in het UK in regeringsringen al min of meer mee verzoend dat het een harde Brexit kan worden. De verharding van standpunten gaat nu eerder per dag dan per week. Als volgende week de EU-top de positionering van Michael Barnier steunt dan is het zelfs twijfelachtig dat de onderhandelingen hervat worden. Da wordt het een bijzonder onaangename situatie met veel kift, haat en nijd over en weer.

Pijnlijk genoeg voor Nederland blijkt nu dat Brexit ons land veel meer gaat kosten dan tot nu toe verwacht. Of dat Mark Rutte de ruggegraat geeft om op die EU-top volgende week een lans te breken voor een meer flexibele aanpak van de onderhandelingen? Dat zou in het belang van Nederland zijn, maar denkelijk niet in dat van Mark Rutte. Na zo’n stunt kan hij dat toekomstige vette baantje in Brussel zeker vergeten.

Het kan de economie tot 2030 meer dan vier procent groei schelen. Per werkende Nederlander komt dat neer op 4000 euro. Eerder ging het CPB in een raming uit van twee procent minder groei.
Zelfs als er een handelsverdrag gesloten wordt, is de schade omvangrijk, naar schatting 25 miljard euro. De handelsrelatie van Nederland met het Verenigd Koninkrijk is sterk en groter dan die van andere Europese landen, dus de impact van een Brits vertrek is des te groter. De Britten zijn in grootte de derde exportpartner, na Duitsland en België, in 2016 goed voor 39,2 miljard euro, ofwel tien procent van de Nederlandse export.

Kort gezegd: dan is de Nederlandse economie voor de komende jaren om zeep, omdat de voorzichtige groei van een paar procent per jaar zal verkeren in een negatieve van ongeveer dezelfde omvang. Als deze nieuwe raming klopt dan heeft Rutte de kiezer het een en ander uit te leggen, want de aanpak van de Brexit-onderhandelingen is gedaan met volmondige instemming van Nederland.