Toch niet. Want autobranden richten zich op specifieke groepen blijkt uit de cijfers, maar dat wordt nooit letterlijk benoemd.

BNR had er vanmorgen een kort item over, dat op de website wordt weergegeven. Dit jaar zijn tot op heden 3000 auto’s in vlammen opgegaan, hetgeen vermoeden doet dat het eindtotaal dit jaar in de buurt van de 3500 zal komen. Commentaar:

‘Een zorgelijke ontwikkeling‘, zegt Oscar van Elferen van het Verbond van Verzekeraars die wél het idee heeft dat het hoog op de agenda staat bij politie, gemeenten en verzekeraars. ‘Het probleem is moeilijk aan te pakken, pyromanen zijn vaak lone wolfs (sic!!, red VoL) die moeilijk op te sporen zijn‘.

Heel interessant wat Van Elfteren hier zegt. Zowel wat betreft het vertrouwen in het werk van de politie als het noemen van lone wolves zijn wel wat voetnoten te maken. Autopyromanen opereren vaak alleen, aldus Van Elfteren. Waar hij deze uitspraak aan ontleend blijft echter volkomen onduidelijk, en BNR vroeg er niet verder naar. De verstrekte algemene preventietips doen tamelijk obligaat aan:

Van Elferen heeft wel tips voor de autobezitter: zet je auto op een verlichte plek, bijvoorbeeld onder een lantaarnpaal, werk met buurtwhatsappgroepen, hou elkaar op de hoogte.

Ja, erg fijn. Vergeet vooral ook niet voor uw auto te bidden voor het slapen gaan, en laat uw auto jaarlijks zegenen. De katholieke kerk heeft daar speciale dagen voor. Ik bedoel dat minder spottend dan u wellicht denkt, maar wel degelijk met de gedachte dat het al dan niet uitbranden van uw trotse bezit in de hand van God ligt.

All-risk
Autobranden kosten de verzekeraars jaarlijks 30 miljoen aldus BNR, waarmee het vindt dat het onderwerp afdoende behandeld is. Dat komt neer op ruim €8.000 per brand. Cataloguswaarde natuurlijk, en die is maar zelden in het voordeel van de eigenaar. En dat cijfer gaat er ook van uit dat elke auto verzekerd is. Dat zal niet altijd het geval zijn, maar ook als dat wel zou zijn valt hieruit veel af te leiden.

Auto’s worden over het algemeen nooit langer dan vier jaar all-risk verzekerd, daarna weegt de premie niet langer op tegen de verwachte uitkering. Er van uit gaande dat alle auto’s waarvan de verzekeraars weet hebben in de categorie all-risk vallen, en dat een auto na gemiddeld twee (de helft van de vierjaarsperiode) jaar uitbrandt, is de cataloguswaarde van die twee jaar oude auto’s gemiddeld 8000 euro. Dat is tamelijk laag voor een tweedehands auto van twee jaar oud.

Bekende feiten?
De cijfers suggereren dus dat het gemiddeld niet om extreem dure auto’s zal gaan, wat ons leidt naar middenklasse-wijken en de leefomgeving van minder draagkrachtigen. Dat is een curieus specifieke conclusie. Ook, omdat dat vaak wijken zijn waar ’s avonds meer mensen op straat zijn dan ‘dure’ wijken. Het zijn er overigens wèl veel, jaarlijks branden er in Nederland dus iedere dag 10 auto’s uit die all-risk verzekerd waren. Autobranden zijn ook een trend die al jaren stijgt.

Zodat de vraag gewettigd is: stijgt het aantal pyromanen onverklaarbaar, of moeten we het zoeken in de tweede betekenis die vaak wordt toegekend aan lone wolves?

Feiten hierover zijn niet eenvoudig te vinden, want ook de lokale media berichten er maar sporadisch over als we af mogen gaan op de feiten die het verbond van Verzekeraars noemt. Al is wel bekend dat een klassieke etnische brandhaard als Culemborg ook de plek is waar nog al eens een auto uitbrandt – zo ontdekte ik toen ik er vorig jaar eens een vrije avond aan wijdde. Meer dan een kleine 100 vermeldingen over een langere periode kwam ik niet tegen, en ook dat is al suspect. Want het heeft er veel van weg dat de politie probeert de publiciteit er over in te perken. Ongetwijfeld met het argument dat teveel publiciteit het probleem zou kunnen vergroten.

Achterdocht
Hoe waar ook, juist dit is een reden voor achterdocht. Want een echte pyromaan wordt aangetrokken door vlammen, niet door het terugvinden van zijn naam of daden in de media. Voor brandstichtend tuig met ander bedoelingen ligt dat anders. Maar dat zijn nu juist geen echte lone wolves; we noemen ze alleen maar zo om ze niet anders te hoeven noemen.