GeenPeil en de vergulde slavenkooi van de EU
Maandag sprak ik een veelbelovende jonge ambtenaar van de EU. En, zoals deze weken bijna verplicht is, begon ik over GeenPeil. Zij zou wel willen tekenen maar was bang dat haar carrière daar mogelijk onder zou lijden. Want er schijnt sprake te zijn van een of andere loyaliteitseis, en inderdaad staat daar iets over in artikelen 11 en 17bis van het EU-ambtenarenstatuut. Dat zou zich niet mogen uitstrekken tot de privémening en de democratische rechten van de ambtenaar. Toch zou dat in de praktijk wel kunnen gebeuren.
Zelfs dan leek het me ver gezocht, want ga er maar eens aan staan om uit 300.000 meldingen de EU-ambtenaren te vissen. Totdat ik bedacht dat Nederlanders die in het buitenland wonen alleen op papier kunnen meedoen en dan hun identiteitsbewijs moeten meesturen. Dat maakt het een stuk gemakkelijker. Dan moet de overbelaste inlichtingendienst nog wel de mogelijkheid hebben bij de Kiesraad te infiltreren teneinde daar de buitenlandse ondertekenaars te screenen. Die heeft wel wat beters te doen, maar dat zegt natuurlijk niets. En er zijn de nodige verhalen over de kansen van mensen die in de jaren 60 of 70 een abonnement op De Waarheid hadden maar dat waren andere tijden. Dat handjevol communisten, gewone Nederlanders, was makkelijk in de gaten te houden. En de BVD had toen niet veel anders te doen.
Uiteindelijk heeft ze het risico toch genomen en daarmee misschien haar goudgerande ambtenarenkooi op het spel gezet. Hulde! U kunt dan niet achterblijven: