DE WERELD NU

Wat ìs klimaatwetenschap?

klimaatwetenschap, consensus

Wat is de basis onder de klimaatwetenschap en haar claims, waar we dagelijks ook door hijgerige politici aan worden herinnerd? Het viel Frans Groenedijk vies tegen.

Het meest gelezen stuk op mijn Academia-account heeft een iettwat suggestieve titel: Echte wetenschap en klimaatwetenschap [1]. De vraag uit de titel van dìt stuk, komt daarin echter niet expliciet aan de orde. Met een advies aan nieuwe leden van de Provinciale Staten.

Is klimaatwetenschap een reëel bestaande tak van (serieuze) wetenschapsbeoefening?
Dat ik me dat ging afvragen kwam niet door de affaire Dobbelsteen. Onder andere CU-Kamerlid Carla Faber Dik voerde deze Delftse professor op als klimaatdeskundige die het echt wel beter zou weten dan mensen die enige of heel veel twijfels hebben bij wereldwijde klimaat opwarming (o nee, klimaatverandering) door menselijke invloed vanwege toename van de hoeveelheid CO2 dat als broeikasgas zou functioneren in hogere luchtlagen. Dobbelsteen bleek inderdaad wel een soort van klimaatprofessor. Hij werkt bij de afdeling Bouwkunde aan de Delftse universiteit en het terrein waarop hij studeert is dat van klimaatbeheer. In gebouwen. Nadat de CU-mevrouw hierop gewezen was, nam ze haar woorden niet terug. Zij is ook naar de universiteit geweest – ze studeerde daar Kunstgeschiedenis.

klimaatwetenschap

Foto gemaakt door Remco van de Pol (wikimedia)

Het kwam ook niet door het gebruik van de term (de titel?) ‘klimatoloog’ in de bio van een of andere weerman die richting klimaatmarcheerders liet weten dat het slechte weer dat ze moesten trotseren, ook geassocieerd kan worden met klimaatverandering. [2]

Klimaten versus klimaat
Nee, ik ging me dat afvragen toen ik dacht aan wat ik op de lagere en middelbare school ook al weer leerde over verschillende klimaten: met nadruk op dat meervoud! Klimaten verschilden tussen de verschillende delen van de wereld. In ruimte dus. Tegenwoordig spreekt men veel vaker over het klimaat, in enkelvoud dus. En dat éne klimaat verandert dus niet in de ruimte, maar in de tijd.

In die verschuiving zit de suggestie ingebakken dat er als het ware een ‘gemiddeld klimaat’ bestaat in de wereld, EN dat dat gemiddelde van enig belang is.
Zelfs dat ‘eigenlijk’ de hele wereld zich moet bekommeren om (verandering van) dat gemiddelde. En als de wereld niet naar Frans Timmermans en Rob Jetten wil luisteren, dat Nederland dan gewoon het goede voorbeeld moet geven. Echt een héél, héél goed voorbeeld, hè. Zo goed dat ze aan de andere kant van de aarde het licht ook gaan zien.
Voor iedereen die er even over nadenkt, moet duidelijk zijn dat een/het gemiddeld klimaat van geen enkel belang is. Voor wie nog niet eerder heeft stilgestaan bij dat gemiddelde-aspect van klimaten en (wereld)temperaturen, citeer ik uit dit eerdere stuk van me hier op VoL:

Of de zee nu dreigender wordt als gevolg van stijging van het waterniveau (bijvoorbeeld door het smelten van ijs op Groenland) of omdat het land zakt (door gaswinning of omdat je je land op een Atol gevestigd hebt): je eerste zorg moet zijn om de dijken op niveau te brengen en houden. Uiteraard is het praktisch om dat samen met Duitsland en België te doen: we willen geen dijken hoeven bouwen op de nationale grenzen. Overleg hierover met Buthan, Paraguay of Maldiven is echter pure waanzin.

De 97% gekte
Dat opereren van Dobbelsteen en van mensen die zich graag voor de gek lieten houden door de naam van zijn leerstoel, is niet de kern van de zaak, maar raakt er wel aan.
‘De zaak’ waar ik hier op doel is de wijze waarop schrikbarend grote meerderheden onder westerse politici, en Nederlandse politici in het bijzonder, omgaan met de beruchte claim ‘the science is settled‘. En varianten daarop. Meneer Epstein schreef daarover reeds in 2015 het vernietigende ‘97% Of Climate Scientists Agree’ Is 100% Wrong.
Epstein zegt: je moet mensen, en politici meer in het bijzonder, twee vragen stellen:

  1. Waarover zijn die klimaatwetenschappers het precies eens?
  2. Hoe weten we dat van die 97%?

Epstein bouwde voort op dit stuk van ene Edward. In beide stukken werd met name dit soort werk van John Cook en anderen onder vuur genomen. Op zijn eigen Academia-pagina suggereert deze Cook doodleuk natuurkundige te zijn, maar op de pagina van zijn universiteit lezen we dat hij “research assistant professor at the Center for Climate Change Communication at George Mason University, researching cognitive science” is. En we zien dat terug in zijn lijst met publicaties. Zijn post-graduate profile pagina laat er geen twijfel over bestaan dat hij psycholoog is en geen natuurkundige. En de link naar zijn CV is dood….

Het probleem met de meerderheid onder parlementsleden en journalisten is dat ze verhalen over ‘consensus onder klimaatwetenschappers’ – soms zelfs: ‘onder wetenschappers’–  ontlenen aan studie van niet-klimaatwetenschappers zoals deze Cook of meteorologen en/of TV-weermensen. Daar zit het probleem.

Leerstoelen en promoties
Wanneer je accepteert dat je niet op dat soort verhalen kunt vertrouwen en dat je geen minachtend toontje moet aanslaan, door bijvoorbeeld mensen uit te maken voor ‘klimaatontkenner’, wat moet je dan wel doen? Er zit weinig anders op dan je toch echt een beetje te verdiepen in leerstoelen en werk van mensen die zich – in naam of daadwerkelijk – bezighouden met ‘klimaatwetenschap’. En daarbij hoort dus ook: je afvragen wat daar nu wel of niet onder valt.

Dat is best een pittige opgave! Wanneer ik lid van de Tweede Kamer zou zijn (los van de vraag of ‘klimaat’ en ‘energietransitie’ in mijn portefeuille zaten), of een baan had als wetenschapsjournalist, zou ik zeker 100 of 200 uur werk steken in die oriëntatie [3].

Het eerste stapje schrikt wel wat af. Wanneer je bijvoorbeeld zoekt op university chair climate science dan krijg je meer dan 36 miljoen resultaten. Wat in de top daarvan direct opvalt is dat in de titels van de gevonden stukken vaak ook het woordje ‘change’ voorkomt. Google komt onder de eerste zoekresultaten ook met zogenaamde ‘Searches related to‘. Daarin verwijzingen naar ‘Wageningen university environmental science phd‘ en een link naar een complete climate-change faculteit met een leerstoel Environmental Science & Policy Division. Die faculteit is onderdeel van een Amerikaanse universiteit die deze verhelderende missie heeft:

…provides a unique opportunity for aspiring environmental leaders to pursue their passions. We bring together bright, talented, and ambitious people from across the globe whose interests vary from conservation to climate change and everything in between. They’re not just pursuing a job. They’re purpose-driven individuals who look beyond themselves to pursue a career that makes a positive contribution to the environment and the world. (Mijn nadruk, zoals alle vet in citaten, FG)

Environmental leaders: bedenk daar maar eens een Nederlandse vertaling voor…

Een handjevol dissertaties
Voor dit stuk heb ik een blik geworpen op een paar proefschriften die ‘klimaatwetenschappelijk’ (zouden) zijn. Voor de selectie ben ik maar begonnen via die link naar ‘Wageningen’. WIMEK (Wageningen Instituut voor Milieu en Klimaatonderzoek) is de verreweg grootste deelnemer in de Netherlands Research School for the Socio-Economic and Natural Sciences of the Environment (SENSE) . Het instituut is opgezet in 1993 en coördineert onderzoek en onderwijs van Wageningse University leerstoelen “involved in this research field“.

In welk veld exact? Dat is niet zo heel expliciet benoemd. Wat het dichtstbij komt is dit: “… integrated understanding of environmental change and its impact on the quality of life and sustainability.” En een van de dingen waarin ze willen uitblinken is [een]: Bridge for sustainable solutions around the globe [te vormen]. Ze zijn dus oplossingsgericht bezig. Dat meldt WIMEK ook met zoveel woorden op haar pagina met publicaties. De aanpak van WIMEK is “considered to be essential for a solid contribution towards solving complex environmental problems.

Met andere woorden: hun uitgangspunt is een probleem. Dat ze niet echt precies benoemen. Op basis van dit uitgangspunt zou evengoed ook fundamentéél onderzoek er onder vallen. Een beetje vreemd, wel.

Vee in Mongolië
In die lijst van publicaties kom je dissertaties tegen met zeer uiteenlopende titels. Bij de meeste ervan is onmiddellijk met vrij grote zekerheid vast te stellen dat het om een, wellicht interessant en belangrijk onderzoek gaat, maar dat het om een klein detail gaat waarvan de betekenis voor klimaatdiscussies nog alle kanten op kan gaan. Maar je vindt er ook zoiets als: Effects of land-use change on grassland ecosystem services in Inner Mongolia and their implications for livelihoods and sustainable management.

Nergens in die dissertatie is er een verband met CO2-gedoe of ‘het’ klimaat te vinden. Dat groenste aller gassen wordt alleen genoemd in deze zin: “From a health perspective, the smoke (CO, CO2, NO and suspended particles) from burning dung may be causes of respiratory and ocular diseases.“. ‘Climate change‘ komt er wèl in voor, maar dat gaat dan bijvoorbeeld zo:

Previous studies of the grassland ecosystems in IMAR have focused on climate change and its environmental consequences (Bolortsetseg and Tuvaansuren 1996; Dulam 2005; Dong et al. 2013; Liu et al. 2013; Xiao et al. 2013) or on the conflict between agrarian communities and nomads (e.g. Zhang et al. 2007),and most research in this region frequently addressed soil properties, soil erosion, vegetation changes, and the interaction between vegetation changes and soil degradation (Cao et al. 2002; Feng and Zhao 2011; Hoffmann et al. 2011; Li et al. 2011).

Of zo:

However, possibly as a result of climate change combined with overgrazing, the abundance of guinea grass decreased, and the abundance of Stipa capillata L. increased to replace it 69 (Bai et al. 2004). Stipa capillata reaches an overall height of 60 to 70 cm. This height difference explains the biomass increase (Figure 4.3), but this increase may be deceptive. A serious problem resulting from this species change is that the mature seeds of Stipa capillata are sharp and hurt the mouths and skin of the livestock, potentially leading to lost production or even mortality of the animals.

Geen spoor van hysterie: schijnbaar is dus (dankzij CO2-toename?) de biomassa toegenomen, alleen in de vorm van planten die minder geschikt zijn voor consumptie door het (traditioneel gehouden) vee. Het gaat hier wel om Mongolië, niet om Nederlandse weiden die onder strikte controle staan van boeren die optimale condities scheppen voor het vee.

Bomen in het park
In een tweede dissertatie uit die lijst van WIMEK-publicaties waar ik een blik op wierp, lees ik deze stelling:

Not explicitly taking into account climate change adaptation in the new Dutch Environment and Planning Act (Omgevingswet) is not only a missed opportunity but also an ethical misjudgement.

Toe maar. Het ding heeft de opmerkelijke titel: “Clever and cool [Mijn hemel!]. Generating design guidelines for climate responsive urban green infrastructure” Interessant: wat zou een ‘climate responsive urban green infrastructure’ zijn? Op zoek daarnaar stuit ik op dit:

We collected available information on climate-responsive urban design mainly from Germany, where urban design has been related to urban climate issues for a longer period (Ministry of Transport and Infrastructure Baden-Wuerttemberg, 2008). The general positive effects of green became clear from our literature research.”

In gewoon Nederlands: bomen en struiken en zo, zijn fijn in stadsparken.
Even verderop schrijft de auteur (adviseur van de gemeente Den Haag, ik heb niet gezocht naar het tarief) over het doel van het promotie-onderzoek):

“climate-responsive urban and landscape architectural design as a response to global climate change and urban heat problems. “

Opvallend wel: hier schrijft ze over global climate change terwijl ze het op blz 11 en 13 heeft over het ‘ouderwetse’ global warming…: 1.2 Global warming and urban heat stress. Global warming has induced an increase in heatwaves in the moderate climate of the Netherlands (KNMI, 2015). Wat een toeval: daar duiken zo maar die nogal arbitraire KNMI-aanpassingen van gegevens uit het verleden, in verband met verplaatsing van een meethut op het eigen terrein, weer op! Centraal in deze studie blijkt het concept thermal perception in outdoor urban spaces. Hoe warm of koud voelt het in parkjes? Dat gevoel is onderzocht…

Noordpoolklimaat
Een derde en laatste ‘Wagenings’ onderzoek waar ik een blik op wierp, is veelbelovend getiteld: Understanding the predictability of the Arctic climate. Auteur is Folmer Krikke, en hij heeft gestudeerd bij W. Hazeleger, Special professor Climate Dynamics. Dat doet gelijk al meer aan serieuze wetenschapsbeoefening denken. In de samenvatting lees ik:

.. from a scientific, ecological and an economic viewpoint there is a strong need for accurate knowledge on future development of the Arctic climate, and specifically its sea ice cover. This thesis therefore focuses on the predictability of the Arctic climate on time scales ranging from seasonal to centennial, with an emphasis on the physical processes that give rise to, or inhibit, this predictability. This is achieved by studying the physical mechanisms related to Arctic climate variability and climate change, both in climate models and observations.

Het contrast tussen het eerste en laatste onderstreepte gedeelte schrijnt wat, maar verder komt het onderzoek serieus en relevant over:

The intermodel differences in projected Arctic warming are very large, owing to considerable differences between climate models. A clear understanding of this large uncertainty is currently lacking. Hoewel evengoed: In chapter 4 we use global climate models to show that springtime interannual variability in downwelling longwave radiation in the pre-industrial climate explains about two-thirds of the intermodel spread in projected Arctic warming under a high greenhouse gas emission scenario.

Wat me met name bevalt aan deze studie is dat gesproken wordt over “.. adaptation strategies to Arctic climate change” en dus niet over aanpassing van dat denkbeeldige globale klimaat. Grappig: in deze dissertatie komt ‘greenhouse gas’ regelmatig voor maar CO2 slechts één keer: in een titel in de literatuurlijst…

Hittegolven in de VS
De zesde link in mijn zoekresultaten bracht me naar een instituut in Melbourne: Environment, Earth & Climate Sciences. Weer die expliciete ‘oplossingsgerichtheid’:

Research in Environment, Earth & Climates Sciences is concerned with developing our understanding of the processes operating within, on and above the Earth’s surface, searching for solutions to environmental problems and developing the sustainable use of resources.

Ook bij de op het eerste gezicht meest relevante onderafdeling Climate, palaeoclimate and climate change tref je geen onderzoeken, alleen namen van medewerkers. Via een willekeurig gekozen onderzoekster kwam ik bij dit onderzoek terecht (geen dissertatie overigens): Factors Contributing to Record-Breaking Heat Waves over the Great Plains during the 1930s Dust Bowl. [4] Gelukkig: nog een serieus onderzoek naar één specifiek gevaar in één specifiek gebied. Daarin hoort een vraag als: A further question is why the heat waves in later decades were not as severe as those during the Dust Bowl.
De verklaring voor het verschil is tamelijk ingewikkeld.

(…) This implies that the 1930’s heat waves were more severe due to anomalous circulation patterns arising over the continent, leading to strong subsidence-induced warming during heat wave onset, followed by warm advection from the north increasing the event severity. [Subsidence: dalende luchtbeweging in een hogedrukgebied [5]]
(…) The SST [Sea Surface Temperatures] pattern of the 1930’s warm spring and summers is somewhat opposite to that suggested to play a role in eastern United States heat waves in recent decades (i.e., cold North Pacific anomalies; McKinnon et al. 2016). It appears that protracted dry conditions over multiple seasons prior to the severest Dust Bowl summers, along with characteristic synoptic patterns that initially warmed the Great Plains through subsidence and then through advection, culminated in the record-breaking heat waves of the 1930’s. In the decades since, vast improvements in land practices through irrigation and greater drought awareness (Cook et al. 2013) have likely reduced both the severity of drought-induced soil erosion and the risk of springtime dust storms, thus alleviating the threat of the Great Plains temperatures surpassing the Dust Bowl records.
It is likely that warmer heat waves will arise in the future over central North America due to enhanced land–atmosphere feedbacks, given large-scale warming.

Dit onderzoek biedt, net als voornoemde over het Noordpool-klimaat, een inkijkje in de complexiteit in de ontwikkelingen binnen die –reëel bestaande, lokale– klimaten. Het herstelt een beetje het vertrouwen in de wetenschap en herinnert eraan dat de hysterie niet echt van (97% van de..) serieuze wetenschappers komt.

En dat dankzij het zeer bescheiden, louter oriënterende onderzoekje dat ik deed. Ik raad Kamerleden die dat aandurven, aan om iets vergelijkbaars te ondernemen. Liefst gecombineerd met gesprekken daarna met mensen met verschillende opvattingen. Zo’n combinatie kan helpen om de emoties te overkomen. En zeker raad ik het al die nieuwe leden van de Provinciale Staten aan, met name die voor FvD, PVV, SGP en natuurlijk ook die voor de ChristenUnie, 50Plus en de Onafhankelijke Senaatsfractie (OSF).

Zelfmoorden in India
En daarmee komen we bijna vanzelf terug bij mevrouw Faber-Dik. In een interview dat Trouw met haar had, kort na haar verkiezing als Kamerlid, kwam ze met deze opmerkelijke uitspraak:

Wij merken nog weinig van klimaatverandering, maar in andere werelddelen leidt het tot misoogsten. Daar zit mijn drive.

‘Andere werelddelen’: laat dat rustig even bezinken.

Zonder dollen: Kunstgeschiedenis is machtig interessant. Om er echter je beroep van te willen maken…[6] Een aardige zoekopdracht met betrekking tot die ‘drive’ van mevrouw Faber-Dik is: crop failures and climate change. Inderdaad: bijna 40 miljoen resultaten. In de top lezen we steeds ‘could lead’, ‘could have’, ‘will cause’, ‘will alter’, ‘potential impacts’, ‘alarm’. Ziet u de trend?

Meest sensationele kop: Climate change causing suicides in India as crops fail. En het is niet alleen de kop. In het begin van het artikel lees je:

Tamma Carleton discovered that warming a single day by 1 degree Celsius (1.8 degrees Fahrenheit) during India’s agricultural growing season leads to roughly 65 suicides across the country.

En dat komt van een echte universiteit. In Californië. Onthoud u alstublieft dat headdesken ‘could lead’ to narigheid. Zelfs deze ietwat klimaathysterisch overkomende website benadert de zaak anders: keuzes in landbouw kunnen een buitengewoon zegenrijk effect hebben op het lokale klimaat. Grappig: het sluit bijna perfect aan bij dat onderzoek dat ik bekeek over de beruchte Dust Bowl op die Amerikaanse Great Plains.

P.S.: De afbeelding boven dit stuk is een licht aangepaste versie van de afbeelding die ik gebruikte boven mijn stuk Het lijden van de klimaatprofeet. En lood weegt zwaarder dan CO2, hier op VoL.


  1. Hier te vinden.
  2. Ja, die associatie van marcheren met schuin is opzettelijk.
  3. Aan dit stuk heb ik dit weekend een uur of 12 besteed.
  4. Door Tim Cowan, Gabriele C. Hegerl, Ioana Colfescu, en Massimo Bollasina. School of Geosciences, University of Edinburgh, Edinburgh, United Kingdom AMS100, maart 2017.
  5. Wikipedia: Bij subsidentie treedt adiabatische verwarming op en daalt de relatieve luchtvochtigheid. Hierdoor is dit hogedrukgebied vaak wolkeloos. Subsidentie is het tegenovergestelde van convectie, een stijgende luchtbeweging.
  6. Uit het CV van deze CU-mevrouw: Studie: Schoevers (1 jaar), Kunstgeschiedenis Universiteit Utrecht. Loopbaan: Freelance kunsthistorica, 7 jaar gemeenteraadslid Veenendaal, 5 jaar provinciaal Statenlid Utrecht.

7 reacties

  1. Niets is wat het lijkt schreef:

    Dank!
    Ik wist al dat al die wetenschappers die in de media en de politiek steeds aangehaald worden, vaak slechts zijdelings of niets met échte wetenschap van doen hebben.
    Net zoals Mw. Dik er niet echt verstand van heeft.
    Het zou onze politici, met name de serieuzen onder hen, sieren een soortgelijk onafhankelijk rapport samen te laten stellen voor we onomkeerbare draconische maatregelen er doorheen laten jassen.

  2. Cool Pete schreef:

    “Klimaat-wetenschap” bestaat niet.
    Om het klimaat te bestuderen, zijn alle exacte wetenschappen nodig, plus
    geschiedenis.
    Het bestuderen van het, altijd veranderende, klimaat, staat nog in de kinderschoenen.

  3. carthago schreef:

    Mooi artikel,thnx Frans .
    In alle “wetenschappelijke”artikelen die gaan over klimaatverandering ( sinds de schepping al een fenomeen )is ” angst voor “het meest terugkerend begrip.

  4. El Cid schreef:

    Uitstekend artikel! Grondig ook. Dat zouden ze in sommigen takken van wetenschap ook eens moeten proberen, iets grondig onderzoeken.

  5. reageerbuis schreef:

    De geofysici en natuurkundigen worden systematisch buitengesloten als het gaat om het klimaatdebat. Treurig

  6. Johan P schreef:

    Dat het verhaal van dei 97% onzin was was al lang bekend. Gebaseerd op een enkel onderzoek, dat ook nog eens van fouten aan elkaar hangt.

    Wat betreft klimaatwetenschap: dat bestaat niet volgens de huidige regels voor werkelijke wetenschap. Er kunnen wel hypotheses worden opgesteld, maar ze zijn niet verfieerbaar, noch te falcificeren. De basis van iedere wetenschap.
    Klimaat’wetenschap’ is voornamelijk gebaseerd op computermodellen. Waarbij het probleem is dat die er de afgelopen 30 jaar constant zo ver naast zaten dat ze niet serieus te nemen zijn. (Werkelijk, als je wilt lachen moet je even de tijd nemen om de voorspellingen over het veranderende klimaat in de afgelopen 30 jaar eens opzoeken, er is er werkelijk niet 1 die ook maar in de buurt van de werkelijkheid zat).
    Een wetenschapper die de baan van een planeet berekent kan een voorspelling doen over waar die zich volgend jaar bevindt. En dat is dan te controleren. Een NASA-wetenschapper die berekent waar de mars-sonde zal landen doet dat met alle gegevens die tot zijn beschikking staan en zit er dan minder dan 0.1% naast. Dat is verrekte nauwkeurig met dergelijke afstanden. Als hij er net zo ver naast had gezeten als onze ‘klimaatwetenschappers’ dan was de sonde niet eens op Mars geland maar had de hele planeet gemist.
    In de werkelijke wereld is het zo dat als je er (herhaaldelijk) zo ver naast zit je een andere baan moet gaan zoeken omdat je duidelijk geen idee hebt van het onderwerp waar je het over hebt

    Als men spreekt over foutmarges in de voorspellingen van meer dan 100%-200% kun je niet spreken van wetenschap.
    Als wetenschap heeft het nog een ander probleem: er is geen enkele manier om hypotheses te testen. We hebben geen setje werelden waarbij we bij de een eventjes snel alles overzetten op zonne-energie om de resulaten te vergelijken bij de andere.

    De ‘klimaatwetenschap’ weigert ook nog steeds om veel veranderingen in het verleden te erkennen omdat die niet in het straatje passen. Sterker nog, men probeert nu een aantal van die veranderingen in de theorie in te kletsen, zelfs als die bewijsbaar fout zijn. Dus de theorie wordt niet aangepast aan de feiten, men probeert feiten aan te passen aan de theorie.

    Dat de CO2 nu stijgt is overigens deels te wijten aan het feit dat het geologisch gezien op een laag punt ligt. Gevolgen voor plantengroei worden vaak ook al niet meegenomen.

    En het IPCC zelf is een politiek instituut, niet een wetenschappelijk instituut. Veel wetenschappers hebben zich al jaren geleden teruggetrokken omdat conclusies (sommige subtieler dan anderen) werden veranderd om het maar in het straatje te laten passen. Onderzoek dat probeert de huidige stellingen onderuit te halen worden niet gesubsidieerd, waarmee het basisprincipe van falcificatie van een hypothese al onderuit wordt gehaald.

    De meeste ‘klimatologen’ zijn niet meer dan veredelde weermannen van TV die de ballen verstand hebben van geofysica, natuurkunde, geologie, paleo-oceanografy, wiskunde, astronomie etc. Dat plus dat men niet eens weet of men alle parameters wel kent, noch hoe zwaar ieder van die parameters mee zou moeten wegen maakt dat er helemaal niet gesproken kan worden van een wetenschap.

    Ik zou dan ook graag zien dat dergelijke voorspellingen verplicht iedere keer dat ze worden gebruikt zouden moeten worden voorzien van een waarschuwings label, net als bij tabak. Iets van: “Rekenmodel, niet gebaseerd op feiten, grote kans dat het er volkomen naast zit”

  7. Cool Pete schreef:

    Toevoeging : @Johan P legt het goed uit.
    1. ‘k Ging er van uit, dat iedereen wel weet, dat als hypotheses niet verifieerbaar zijn,
    maar nog belangrijker : niet falsificibeerbaar zijn, er überhaupt geen sprake is
    van wetenschap.
    2. Zelfs het gebruik van het woord “klimaat” is misplaatst;
    het gaat om de ATMOSFEER : daar is klimaat een onderdeel van.
    3. Om de [ werking van ] de atmosfeer te bestuderen, is nodig : o.a. :
    scheikunde, natuurkunde, biologie, wiskunde,
    en gegevens uit : geologie, archeologie, en geschiedenis.