DE WERELD NU

Wanneer valt het kabinet nou?

gemeenteraadsverkiezingen 2014

Er wordt al weer zo vaak gesproken over de aanstaande val van het kabinet-Rutte II, dat we geneigd zijn te vergeten dat het er pas vijf maanden zit. En dat de traditie van de afgelopen 40 jaar eigenlijk voorschrijft dat er nog helemaal geen kabinet had kunnen zitten, zo’n zes maanden na de laatste verkiezingen.

Dat dit kabinet veel te snel in elkaar werd geflanst staat eigenlijk niet ter discussie, Dat het een ongemakkelijke samenwerking is van twee partijen die elkaar eigenlijk niet moeten, evenmin. Maar als een kabinet er eenmaal zit, blijkt immer weer dat het nog niet meevalt ze weer weg te krijgen. De lijdensweg van het bijzonder zwakke Balkenende IV verschaft ons de leidraad voor wat er zoal te gebeuren staat komend jaar.

De minderheid van dit kabinet in de Eerste Kamer zal blijken er niets toe te doen. Sterker nog, het is een prima schaamlap van waarachter de heren Rutte en Asscher schrille kreten zullen laten horen om de oppositie deelgenoot te laten worden in de bestuurlijke malaise van ons land. En aangezien degene die breekt de schuld krijgt, zal de oppositie zich meermalen moeten bedenken dat die Zwarte Piet ook haar gewaar kan worden. Het land moet bestuurd worden nietwaar? Een kabinet doen vallen om wat zal worden beschouwd als partijpolitieke opportuniteit is niet in overeenstemming met verstandig bestuur – iets wat nu juist de Eerste Kamer wordt geacht méér na te streven dan de op de politieke waan van de dag gerichte collega’s van ‘de overkant’.

Daaruit valt te concluderen dat indien Rutte II in de Eerste Kamer sneuvelt, dat alleen zal gebeuren over een concreet onderwerp dat het kabinet tot verplicht figuur heeft verklaard, en waar de senatoren niet aan willen. Zo gezegd, beseffen we ineens dat een val in de Eerste Kamer slechts het gevolg kan zijn van een situatie waar het kabinet – of in ieder geval één der partijen die het steunen – zelf op aan stuurt. Dat vermindert de keus aanzienlijk.

Anderzijds, als het kabinet de Eerste Kamer niet voor de voeten lopen wil, is die minderheid het perfecte excuus wetgeving uit te stellen of onderwerp te maken van oneindige onderhandelingen met Senaatsfracties die de regering niet steunen. Vooral als het gaat om politiek gevoelige onderwerpen die één der partijen bij de formatie de ander met enige tegenzin ‘gegund’ heeft. De manier waarop dat werkt hebben we de afgelopen tijd al gezien.

En de zwakte van dit kabinet als het op daadkracht aan komt, heeft dan ook sterke overeenkomsten met het al genoemde Balkenende IV. Dat zal niet alleen te wijten zijn aan de samenstelling van het kabinet, maar kan door de partners bovendien worden gelegitimeerd door de recente mededeling van het IMF, dat Nederland het eigenlijk zo gek nog niet doet. Een prima excuus échte maatregelen te traineren dus.

Gaandeweg het jaar zullen er tussen de coalitiepartners bijna vanzelfsprekend steeds meer wrijvingen ontstaan, gestimuleerd door een oppositie die de regeerkracht van Rutte II aan de kaak zal stellen. En die daartoe steun zal vinden in dramatisch uitziende peilingen. Dat die peilingen de afgelopen jaren steeds sterker het karakter kregen van een voortdurende waarschuwing van het electoraat aan de partijen van haar instinctieve keuze, werd ons op de afgelopen verkiezingsdag 12 september nog eens hardhandig ingewreven. Maar uiteindelijk is dat nu precies het mechanisme dat Rutte II – via een omweg – fataal zal worden. Want in 2014 zijn er Gemeenteraadsverkiezingen.

Het belang van de Gemeenteraadsverkiezingen voor de landelijke politiek mag niet worden onderschat. Voor een partij als de PvdA zijn ze van absoluut levensbelang – en iets waarvan zij niet zal toestaan dat bijvoorbeeld de SP haar dominante positie in de grote steden zou kunnen bedreigen. Anders dan bijvoorbeeld voor de VVD, is de politieke basis van de PvdA haar vermogen baantjes te verdelen in de gemeenten. Het huidige bakkeleien rond de opheffing van de deelgemeenten, en wat daarvoor in de plaats moet komen illustreert dat opnieuw heel pijnlijk.

Maar zoals ik hierboven indirect betoogde: indien de PvdA in het kabinet zit tijdens de Gemeenteraadsverkiezingen, kan slechts een electoraal bloedbad volgen. Dat deze partij spontaan zal herstellen in die peilingen kunnen we gevoeglijk vergeten, en het is het enige dat zou kunnen voorkomen dat die partij een heftige aandrang krijgt niet met het kabinet te worden geassocieerd in de aanloop naar die Gemeenteraadsverkiezingen. Ergo, dat maakt een ‘kabinetscrisis’ in december, uiterlijk januari, bijna verplicht. Inclusief de politieke zelfmoord van de eerstverantwoordelijke voor de landelijke politieke stellingname: Diederik Samsom. Zodat een nieuwe leider, met een fris gezicht en een frisse aanpak, de kiezer kan verleiden opnieuw zuchtend voor de sociaaldemocraten te kiezen, en ze een laatste kans te geven. Zoals altijd.

Precies het patroon van het struikelen van Balkenende IV en de demise van Wouter Bos, die gezien foto’s op partijbijeenkomsten intussen weer in hoog aanzien staat. Die komt nog wel eens terug, zou je bijna denken.

Het patroon ligt vast, en de aanleiding zal men zo tegen het einde van het jaar ook wel vinden. Zodat we in juni 2014 weer nieuwe landelijke verkiezingen zullen hebben.

 

Eerder verschenen op Dagelijkse Standaard.