Progressief
Progressief is wat ik niet blief. Maar met goede redenen.
Mijn probleem met progressieven is niet zozeer dat ik een hekel aan verandering heb – dat heb ik, maar je went aan alles. Waar ik groot bezwaar tegen heb is verandering om de verandering. Niet alleen is dat wat het woord impliceert, maar veel progressieven zijn niet af te brengen geweest van het idee dat elke verandering een verbetering betekent.
Dat kàn tot gevolg hebben dat progressieven van gekkigheid niet meer weten wat ze moeten roepen om als progressief te boek te blijven staan. Want het is een logisch probleem van de voortdurende vooruitgang, dat er een punt komt dat vooruitgang op een bepaalde manier ook achteruitgang betekent. In de tijd van Wim Kok, Tony Blair en aanverwante verbeteraars van het progressieve gedachtegoed kwam dat er op neer dat eerdere veranderingen in het belang van de financieel minder draagkrachtigen werden gemodificeerd naar een aanpassing aan de realiteit. Omdat dat niet uit te leggen viel met een beroep op progressiviteit, noemde men het: de Derde Weg. Ie-wie-waai-weg had het ook kunnen heten: de minder draagkrachtige klassen begrepen het sneller en beter dan de ‘progressieven’ zelf, en verkasten naar de conservatieve SP.
Dat onbegrip voor mensen met minder geld is de ‘progressieven’ sindsdien aan blijven kleven. Nog steeds proberen Diederik Samsom c.s. om zichzelf via milieubewust lawaai te afficheren als progressief, om dat hysterische GroenLinks de loef af te steken. Het zal futiel blijken. Ongeveer even futiel als datgene waarmee Lodewijk Asscher eerder deze week in het nieuws kwam: Lodewijk was door de Amerikaanse denktank Global Progress geïdentificeerd als progressief boegbeeld van de toekomst (daarmee elegant Diederik Samsom te kijk zettend), en werd prompt betrapt op een oproep om een ‘modern patriottisme’.
Of Martin Bosma en de PVV hem zouden willen verwelkomen in hun gelederen vraag ik me sterk af, maar in Nederland wordt de term patriottisme sinds enige jaren door de PVV geclaimd. Wat mij betreft een stuk terechter ook. Niet dat je je over de politieke draaikonterij van de PvdA nog veel illusies maken kunt: de partij is nu eenmaal wanhopig op zoek naar alle kiezers die haar de afgelopen tien jaar de rug hebben toegekeerd. Ter herinnering: circa tien jaar terug stond de PvdA in de peilingen boven de zestig zetels. Toen. Maar ik ken niemand die daaraan zelfs maar herinnerd wenst te worden.
Progressivisme is een modewoord zonder inhoud, de linkse pendant van populisme. Het klinkt goed, en iedereen wilde er sinds de jaren zestig bij horen. Want de wereld ging vooruit, nietwaar? Maar nu? Wie laat zich nu niet zeggen dat hij terugverlangt naar een betere tijd, zelfs als die tijd in een niet al te grijs verleden ligt? Wat dat betreft is vermoedelijk meer electoraal succes te behalen onder de naam Reactionaire Partij Nederland. Met als slagzin: terug naar een betere tijd.
Het progressivisme kan begraven worden waar het hoort: naast de PvdA, en eigenlijk nog een verdieping daaronder. Niemand zal het missen. Als het beter zal gaan met het land, de economie en er weer een zekere vorm van onafhankelijkheid van de EU is ontstaan, is het vroeg genoeg om te kijken of de rotting van het graf er nog iets bruikbaars van heeft overgelaten.
Progressief is een van de meest misbruikte termen.
Progressief betekent: vooruitstrevend, opbouwend.
Helaas voldoen diegenen die deze term claimen,
zelden aan de betekenis.
Eerst moest ik zeggen: goed artikel.