Overheidsracisme groeit en bloeit
Het overheidsracisme in Nederland groeit en bloeit. Maar zolang het de gediscrimineerde groepen geld oplevert hoor je ze niet.
Overheidsdiscriminatie staat ook wel bekend als positieve discriminatie. Is het daarom minder discriminatie? Alleen voor de belanghebbenden is dat niet zo.
Interessant is dan ook het onderliggende idee dat zonder positieve discriminatie bepaalde groepen niet mee kunnen in de moderne maatschappij. Of dat zo is is hoogst onzeker, maar de premisse zelf is al een bizar voorbeeld van het probleem. Men wil – naar de buitenwereld, wijzelf dus – een beeld van ‘diversiteit’ uitstralen. Met als gevolg dat de balie van het gemeentehuis in mijn woonplaats een van de meest diverse plekken van de stad is. Soms zit er ook wel eens een autochtoon, maar dat die zich er vertonen mag wordt ostentatief duidelijk door zijn fysieke handicaps. Dat een ver familielid er ooit eveneens werkte was meer een verstandelijke kwestie, maar enfin; dat is uw probleem niet.
Met alle diversiteit aan de balie laat zich raden wie de hogere functies bezet houden. Het is een aardig voorbeeld van hoe diversiteit meerdere belangen tegelijk kan dienen, en eindigen met een monopolie op bepaalde functies.
Begin jaren negentig had ik een sociale uitkering nodig, en kreeg als begeleidster een mevrouw met een hoofddoek die nauwelijks Nederlands sprak – ik was een eenvoudig geval. Complexere problemen werden uitbesteed aan hoogst gespecialiseerde autochtonen. Dat dit een ietwat vreemde taakverdeling en bovendien de bevestiging van een stigma was drong tot niemand door – men was het gewoon en het werkte. Mijn begeleidster was meestal ziek. Het kwam de efficiëntie ten goede, zodat ik er niemand in die zes maanden ooit over heb horen klagen. Tegenwoordig zijn complexe gevallen klaarblijkelijk afgeschaft of wordt hun begeleiding extern verzorgd, zo begreep ik.
Het was ook rond die tijd dat het begrip niet-westerse allochtoon werd gedefinieerd. Ook nu nog kost het geen enkele moeite te begrijpen wie daarmee bedoeld worden. Het gaat pas knagen als je er achter komt wie de westerse allochtonen zijn, en wie daarbij óók zijn ingedeeld. Het CBS staat ons daarin bij, en het is om te smullen:
De term ‘allochtoon’ is eind 2016 vervangen door ‘persoon met migratieachtergrond’. De definitie is niet veranderd. Het geboorteland van de ouders en/of de persoon zelf bepaalt of de migratieachtergrond westers of niet-westers is.
Curieus om te zien dat het verbod op het gebruik van het woord allochtoon daadwerkelijk is doorgevoerd, maar dat dit nog steeds zoveel uitleg behoeft dat het woord zelf niet verdwenen is. Maar daar hadden we het nu niet over. Ik zal u niet langer in spanning houden over wie de westerse allochtonen zijn:
Persoon met als migratieachtergrond een van de landen in Europa (exclusief Turkije), Noord-Amerika en Oceanië, en Indonesië en Japan.
En de niet-westersen zijn derhalve:
Persoon met als migratieachtergrond een van de landen in Afrika, Latijns-Amerika en Azië (exclusief Indonesië en Japan) of Turkije.
Tamelijk idioot is het minste dat je er van zeggen moet, maar het geeft een duidelijke clou waarop de definitie is gebaseerd: westerse allochtonen worden niet standaard beschouwd als hulpbehoevend!! Over neerbuigende discriminatie gesproken! Etnisch zijn Japanners zonder enige twijfel niet-westerse allochtonen, maar een hulpbehoevende Japanner is hier sinds lang niet meer aangespoeld. Wie nu vanuit Indonesië naar Europa komt zal door Nederland niet als potentieel hulpbehoevend worden beschouwd, maar in bijvoorbeeld Duitsland wel degelijk? Wellicht nog vreemder is dat in Nederland ook Surinamers en Antillianen als niet-westerse allochtonen worden beschouwd.
U ziet dat het basisprobleem van discriminatie: een vooringenomen oordeel dat maar heel losjes op de realiteit is gebaseerd, hier overdadig aanwezig is. Overheidsdiscriminatie sanctioneert dat zelfs. Voor niet-westerse allochtonen bestaan allerlei regelingetjes en potjes om hen bij te staan, ook als ze dat zelf niet willen. Want diversiteit moet? Bizar uitvloeisel van dit beleid is ook dat de eventuele derde generatie niet langer als allochtoon wordt beschouwd – zoals u ziet zit daar geen overtuiging achter, maar is het een logisch uitvloeisel van de manier waarop de bureaucratie om gaat met het begrip allochtoon.
Als men echt iets aan discriminatie doen wilde, had men niet het woord allochtoon moeten afschaffen, maar de ambtelijke omgang met het concept.
De “overheid” van het partij-kartel vvdcdapvdad66g-l,
is totaal gecorrumpeerd geworden, en verzint de meest onzinnige,
en schadelijke !!!, “beleids-regels” …………..
In strijd met :
– de wet, en de Grondwet
– de Parlementaire goedkeuring
– de wil van de meerderheid van de mensen in het land
puur ANTI-democratisch.
Als we nou willen dat iedereen gelijk behandeld wordt, dan moeten we alle bijzondere regelingen voor minderheden afschaffen.
Vrouwenquotum? Onzinnig.
Onderwijs op religieuze basis? Onzinnig.
Positieve discriminatie? Zo onzinnig dat het zelfs nooit ingevoerd had mogen worden!! Discriminatie in de zin van anderen op basis van geslacht, leeftijd, huidskleur, religie enz. uitsluiten is áltijd fout.
Uitsluiting van ongewenste politieke partijen? Ondermijning van de democratie.
De beleidsmakers lijden blijkbaar aan collectieve verstandsverbijstering.