DE WERELD NU

Kerst – herinnering

Kerst, kerstdiner

Ooit vluchtte ik in 1989 vanwege obligate diners met Kerst een weekend naar het buitenland, om vervolgens door een dikke landmist niet uit een ongedurig Budapest te kunnen ontsnappen.

Kerstgedachten zijn niet mijn kracht. Al vroeg had ik de neiging om de kerstdagen te ontvluchten. Obligate kerstdiners kunnen mij gestolen worden. Ik noem ze bewust obligaat, want het zijn zowat verplichtingen, en als er iets is wat mij makkelijk op de kast jaagt zijn het wel ‘moetjes’. Maar goed, dat woord komt ook nog eens van het Latijnse woord ‘obligare’, van verbinden. Heerlijk saampjes verplicht aan tafel, want oh zo fijn. Verbindend ook voor familierelaties. Heel knus. Blij volgepropt en opgelucht sta ik dan op. Na de kerstdagen ben ik er weer een jaar van verlost!

Het is mij wel eens gelukt om aan de kerstpret te ontkomen. Een van die keren zal ik nooit vergeten. De ervaring kan ik nog zo terughalen, in beelden, mooie beelden, maar ook qua stemming en spanning. Bijna zelfs hoe het rook. Heel zintuiglijk.

Het waren de Kerstdagen van 1989. Ik was in het prachtige Hungária café in Budapest beland. Met de naam café doe ik deze wereldberoemde uitspanning meer dan tekort. In 1894 gebouwd in eclectische Italiaanse renaissancestijl is het het laatste nog behouden ‘typische’ Budapester koffiehuis. Het was ooit het middelpunt van het Hongaarse intellectuele leven in de toenmalige dubbelmonarchie; een trefpunt van elite, kunstenaars, schrijvers en journalisten. De belangrijkste krantenuitgevers hadden hun kantoren in de galerijen boven het café.

In 2006 is het compleet in zijn oude glorie hersteld en kreeg het zijn naam New York Kávéház terug, het huidige New York Café, maar toen ik er was drukte de last van de recente communistische geschiedenis nog zwaar op het verwaarloosde interieur. Toch had dat zijn charme, en paste qua sfeer bij het tijdsmoment. Het blijft knap en bijzonder om toch telkens weer in zijn pracht op te krabbelen en de verschillende tumultueuze tijdperken, politieke systemen en historische keerpunten te overleven. Laat ik nét op zo’n keerpunt onder die overdadig met fresco’s en stucwerk versierde plafonds daar zitten te eten.

Buiten hing ook al een heel rare sfeer. Er hing een heel zware landmist over Budapest, die maar niet wegtrok. De mix met zwavelige rook van slecht brandende bruinkoolkachels, uitlaatgassen van stinkende Lada’s, Wartburgs en overige dampen maakte misselijk. De Republiek Hongarije was amper twee maanden oud na wat je nu zou kunnen noemen, een soort Gele Hesjes-activisme van ruim een jaar. De sfeer was nog om te snijden, net als de dikke stinkmist.

Wat bijdroeg aan die bijna filmische mistige sfeer waren de vele zwarte vlaggen, waar ook de oude burchtwijk van Buda mee vol hing. Niet bepaald een kerstsfeer, verre van dat. Ook tussen de zuilengalerij van het Millenniummonument in Pest aan de overkant van de Donau hing het vol zwarte vlaggen. Het plein zelf stond vol imposante hoge vuurschalen, klaar voor een massademonstratie om steun te betuigen aan de Hongaarse minderheid in Roemenië, die op dat moment in de revolutie tegen het bewind van Ceausescu de sigaar was.

Het is daardoor ook een herinnering dat nationalisme soms griezelig en eng kan zijn.

Het was er leeg. Echt leeg. Een heel rare ervaring in dat overdadige interieur van café Hungária. Genietend van tandglazuur bedreigende Dobostaart raakte ik in gesprek met de knippende kelner. Waarom het zo stil was in het restaurant? Over de zwarte vlaggen en de indrukwekkende betoging op het Heldenplein.

Er was veel armoede; veel Hongaren hadden geen geld om buitenshuis te eten, vertelde de kelner. Het gerucht ging ook, zei hij, “– dat militaire Securitatetroepen op weg waren naar twee kerncentrales in het oosten van Hongarije om deze op te blazen.

De fantasie van de Hongaren sloeg op hol. Dit was de tijd vóór social media. Nieuws was ook toen al – drie jaar na Tsjernobyl – niet te controleren, laat staan dat nepnieuws viel te ontkrachten. Waar was ik in hemelsnaam in terecht gekomen? Maar vooral: hoe kwam ik er weg? Kerstmis ontlopen is één ding, maar in andermans revolutie of burgeroorlog terecht komen is een ander uiterste. Zelfs voor iemand als ik. Prettig is anders. Het zal het totaal ontbreken van controle over de situatie zijn. Je kunt niet weg en daar zit je dan.

Afijn. Wachtend op mijn terugvlucht zag ik een paar dagen later op een groot TV-scherm in de vertrekhal van het toen spiksplinternieuwe vliegveld hoe het stel Ceausescu gemitrailleerd werd. Een groot applaus van het aanwezige kijkerspubliek. Het was net een film. Wel een aparte, op een mooie plek geschoten. Maar niet echt een kerstfilm.

4 reacties

  1. Voight-Kampff schreef:

    Those who are the hardest to love need it the most (Socrates).

    Daar dacht ik aan na het lezen van uw reeks artikelen 😊.

  2. Voight-Kampff schreef:

    A propos, nationalisme is niet “griezelig en eng” want het begrip nationalisme bezit geen menselijke eigenschappen. Daarentegen kunnen mensen soms best wel eng en griezelig zijn.

    Het is mijn streven om Nederland tot een autonome nationale staat te transformeren.

    Mijzelf positioneer ik als patriot (individu) en nationalist (samenleving).

    Nederland mijn vaderland. En niet de een of andere entiteit (bezit) van de op macht beluste politieke kaste.

  3. Wim schreef:

    De geschiedenis van de mensheid toont de kracht (soms letterlijk overlevingskracht) van het gezin /de familie. Dat is nu niet anders. Kijk eens naar familiebedrijven… Het missen van deze banden (vaak bewust afgebroken) brengt gevoelens van eenzaamheid, uitzichtloosheid en overbodigheid mee. de ziekte van (vooral) het westen.
    Uw stukje moet ons kennelijk de indruk geven dat u een onafhankelijke geest bent, die een onconventioneel, ongeregeld bestaan prefereert; een soort, bewust onburgerlijke en ongebonden levensstijl. Daar hoort behalve het neerkijken op gezin en familiebanden ook het afgeven op nationalisme bij, want de eenzame bohemien staat daar immers ver boven. Hoe treurig en triest. Vooral zo achterhaald…

  4. Gerton van Unnik schreef:

    De PH-waarde van de ‘reaguurders’ hier is nogal acid. Daar kun je marmeren tempelzuilen mee oplossen!🤣 Maar even zonder dollen; niks mis met een dosis gezond nationalisme. De dynamiek van een massa opgejutte mensen is echter niet altijd even prettig. Dat de Kerst mij niet trekt staat overigens los van mijn idee over gezin en familiebanden. De afbraak van familiebedrijven is ook bijna een misdaad te noemen, een onderdeel van de afbraak van de middenklasse.