DE WERELD NU

Het probleem is niet Wallonië maar de EU

EU

Internationale ophef. Wallonië blokkeert als enige de ratificatie van het CETA-handelsverdrag tussen de EU en Canada.

De PS, de grootste regeringspartij in de Waalse regering, is de grote boeman. Commentaren zien hierin dat de regionalisering doorgeschoten is en buitenlandse handel terug federaal moet worden. Is dit zo? Wallonië is in werkelijkheid de zondebok van Europese constructiefouten.

Koppig verzet
Laten we eens naar de toekomst gaan. Het is 2066, België en de Europese Unie (EU) zijn uiteengevallen in kleinere regio’s en natiestaten. Als grootvader ga ik mijn kleinkinderen een verhaal vertellen hoe het vroeger eraan toeging. Mijn verhaal begint zo:

“Zo’n 50 jaar geleden was heel België (zo heette Vlaanderen en Wallonië toen) bezet door eurocraten van Juncker, de commissievoorzitter van de EU. Heel België? Nee, één klein gewest bleef  moedig weerstand bieden aan de overweldigers en maakte het leven van de eurocraten in de omringende lidstaten bepaald niet gemakkelijk…”

Het verzet van Wallonië leest dan ook als een Asterix en Obelix verhaal (en ik ben niet de enige die deze analogie zag!). Wallonië telt maar 3,5 miljoen inwoners, ongeveer 32% van België en is een druppel in de Europese oceaan. Die kleine deelstaat blokkeert nu door diens “Non” een handelsverdrag tussen Canada en de Europese Unie.

“De reputatieschade door het Waalse njet tegen CETA is enorm groot”, huilt Geert Bourgeois (N-VA), minister-president van Vlaanderen. Zijn collega Paul Magnette (PS) is kop van jut. De Waalse socialisten voelen de hete adem van de marxistische PTB-PVDA en positioneren zich protectionistisch volgens commentatoren.

As we speak voeren zowel minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders (MR) als de Europese Unie de druk op. Hij vreest represailles door Canada. Gwendolyn Rutten, voorzitster van Open VLD, vindt CETA zelfs een institutionele crisis waardTegen vrijdag moet Wallonië over de schreef getrokken worden. Magnette is tot nu toe niet onder de indruk.

Naar mijn mening zal het eerder president Hollande zijn die Magnette zal overtuigen. Het is geen publiek geheim dat Wallonië met diens gezicht gericht is naar Parijs (en diens achterkant naar Brussel). De zetel van de Waalse regering heet niet voor niets Elysette, verwijzend naar het Elysée van Frankrijk.

Cognitieve dissonantie bij N-VA
Bij de N-VA zijn ze vooral pro-CETA. Ze zijn ook Vlaams-nationalisten en streven naar een confederaal België. Hun fulmineren tegen Wallonië leidt dan tot bizarre situaties.

Het is namelijk de de facto confederale structuur van België die zorgt voor deze spagaat. Buitenlandse handel is sinds de 3de staatshervorming geregionaliseerd (enkel de koninklijke handelsmissies worden nog federaal gehouden). De regio’s hebben dus volledige beslissingsmacht over handelsverdragen en dit is grondwettelijk verankerd (Art. 127, 128 en 167). Elke regio moet dus zijn toestemming verlenen voor handelsakkoorden die België in zijn geheel ondertekend. Bovendien heeft de federale regering niet de macht om de regio’s te overstemmen, het federale niveau wordt als gelijkwaardig beschouwd als het regionale niveau.

Het resultaat is dat één deelstaat alles kan blokkeren. N-VA krijgt hierdoor de confederale boemerang in het eigen gezicht. Ze worden gedwongen ofwel te pleiten voor herfederalisering (wat op zich enkel het debat verschuift van de transparante maatschappij naar de donkere achterkamers) ofwel voor het creatief omzeilen van de grondwet in de Senaat, een instituut die ze zelf willen afschaffen. Een surrealistische catch-22 die enkel België kan baren.

Sander Loones, ondervoorzitter van N-VA en Europarlementslid, is de meest vocale in zijn oppositie tegen het Waalse non. Zowel in zijn opiniestukken op Newsmonkey en EUObserver als zijn tweets schuwt hij de harde woorden niet. Hij dreigt zelfs Wallonië af: “Wie Europese steun wil blijven krijgen, bijt best niet roekeloos in de hand die hem mee voedt. Of de afrekening zou wel eens kunnen volgen.” en “Als enkel Wallonië #CETA blokkeert, dan zetten ze ZICHZELF aan de kant. En dan moet de ganse EU vooruit kunnen ZONDER Wallonië“. Een kat in het nauw maakt rare sprongen.

Europese luchtspiegeling
N-VA kan of wil niet de hele procedure van de Europese Unie in vraag te stellen, ook al zijn ze zelfverklaarde “eurorealisten” in de ECR (European Conservatives and Reformers) en voorstander van het terughalen van bevoegdheden naar de lidstaten.

Als het gaat over handelsverdragen is de Europese Unie een confederaal België. Er is namelijk unanimiteit nodig voor de ratificatie van handelsverdragen. Als één lidstaat dwarsligt (België heden), dan wordt alles geblokkeerd.

Meestal is de ratificatie een formaliteit: de nationale parlementen keuren verdragen altijd goed. Soms kan het het zijn dat een regering een verdrag ratificeerde maar nadien werd teruggefloten door het volk (wat er gebeurde in Nederland met het Oekraïense associatieverdrag) maar daar paste Rutte wel een mouw aan (spijtig genoeg). Het is evenwel nooit gebeurd dat een parlement en plein public een verdrag blokkeerde.

Dit is een teken aan de wand: lidstaten staan vaker op hun strepen, ze stellen zich soevereinistischer en protectionistischer op. Hun goed recht, maar de EU kan hiermee niet om. Eurofielen zien dit een reden voor een federale EU, zonder die nationale poespas. Dit zou een verkeerde inschatting zijn. De unanimiteit is een fata morgana, een luchtspiegeling. Europa is geen eenheidsworst, het is een lappendeken van verschillende natiestaten. Die realiteit wordt door de eurofielen ontkend.

Europa in zijn geheel evolueert alsmaar meer naar een diverser Europa. Regio’s eisen steeds meer bevoegdheden van de natiestaten of willen zich afscheuren (Catalonië en Schotland). De EU dient mee te evolueren en moet het regionaal niveau dringend erkennen als volwaardig lid van de EU. Dit vermijdt eveneens situaties zoals Catalonië die als onderdeel van Spanje bij de EU hoort maar na diens onafhankelijkheid opeens een toetredingsprocedure moet opstarten.

Nee, het wordt duidelijker dat de EU een EU wordt van verschillende snelheden, een EU wordt zoals een zelf samengesteld menu of een kleinere EU wordt, zowel in de breedte (Brexit) als in de diepte (bevoegdhedenoverdracht naar de natiestaten). Anders zal de oppositie tegen de EU enkel maar toenemen en de relaties tussen Europese landen alsmaar verzieken.

N-VA zou in plaats van Wallonië te verketteren deze beter steunen, ongeacht hun persoonlijk visie omtrent CETA, en bij de EU ijveren voor de afschaffing van de unanimiteit. Onderhandelingen kunnen op Europees niveau gebeuren (zelfs de grootste eurosceptici moeten toegeven dat de EU meer gewicht in de schaal gooit bij internationale onderhandelingen dan de individuele lidstaten) maar de ratificatie van de verdragen kan best overgelaten worden aan de individuele lidstaten en regio’s. Doen enkele niet mee? So bet it, even goede vrienden.

Vraagtekens
Zijn de Walen nu totaal gek geworden of is hun verzet te begrijpen? Anders dan de voorstanders ervan maken gaat CETA om meer dan enkel vrijhandel.

Waar tegenstanders van CETA over vallen is het zogenaamde ICS (Investment Court System), een internationaal arbitragehof die op gaat toezien of de ondergetekende landen het verdrag naleven. Het verschil tussen ICS van CETA en ISDS van TTIP is eerder semantisch. Bij ISDS mogen bedrijven staten aanklagen voor wetgeving die hun investeringen in gevaar brengen. Bij ICS gebeurt exact hetzelfde maar mogen staten in beroep gaan tegen de uitspraak.

Het resultaat blijft netto hetzelfde. De soevereiniteit van de natiestaten wordt uitgehold door een schimmige door niemand verkozen internationale rechtsinstantie. Waarom dit ICS eigenlijk bij een puur vrijhandelsverdrag hoort is voor mij een groot raadsel. CETA kon ook gewoon focussen op het wegnemen van handelsbarrières zoals het afschaffen van invoertarieven en dan was er geen vuiltje aan de lucht.

Niemand stelt trouwens in vraag dat CETA voordelen heeft voor de economie. Wel dat de voordelen gering zijn in vergelijking met de kosten (ergo ICS). De ziekenfondsen vrezen dat zij voor die rechtbank gedaagd worden. De sociale en milieuorganisaties vrezen dat die rechtbank de sociale en milieubescherming zal aantasten. CETA verbindt op deze bizarre wijze de linker- en rechterzijde (voornamelijk de ENF, de eurosceptische nationalistische fractie van FN, PVV, VB, FPÖ, KNP en Lega Nord).

Conclusie
Nee, Wallonië is niet het stoutste jongetje van de EU-klas. Wallonië gebruikt simpelweg de autonomie die het heeft om diens eigen beleid te voeren. Het is hun goed recht om tegen CETA te zijn.

De kritiek van N-VA op Wallonië is onbegrijpelijk: als confederale Vlaams-nationalisten zijn ze zelf voorstander van meer regionale autonomie en nu verguizen ze die als het niet in hun kraam past. Vlaams-nationalisme is geen ideologie waarbij men aan cherry-picking kan doen.

Het issue is eigenlijk niet de institutionele complexiteit van België maar de Europese Unie. Onder het mom van Europese eenheid duwt deze unanimiteit door, een regelrechte ontkenning van de diverse realiteit. De EU geeft ook maar weinig ruimte aan regionale autoriteiten.

Dit neemt niet weg dat de zorgen van Wallonië over CETA legitiem zijn: het ICS-systeem is een onaanvaardbare inbreuk op de democratische besluitvorming en staatssoevereiniteit. Het is dan ook spijtig dat het kind met het badwater hierdoor moet worden weggegooid.

Ik kijk al reikhalzend uit naar vrijdag wanneer de deadline voor Wallonië verstrijkt.


Dit artikel verscheen eerder bij De Mondige Student