DE WERELD NU

Eerlijkheid, geld en grote kantoren

eerlijkheid

Hoe moeilijk is het eerlijkheid te betrachten? Toon Kasdorp zag er geen probleem in, en heeft meer gelijk dan mensen beseffen zullen.

Ik heb wel eens in een positie verkeerd dat ik me honderd miljoen had kunnen toe-eigenen zonder dat iemand dat gemerkt zou hebben en dat is natuurlijk wel raar. Maar op zo’n moment blijkt ook dat je geld wel belangrijk vindt, maar dat het niet zo is dat hoe meer geld je onder je krijgt, hoe belangrijker het wordt. Ik zou echt niet weten wat ik met erg veel geld aan zou moeten, qua consumptie dan. En om zoveel geld te gaan investeren kost wel erg veel inspanning en het gaat ten koste van de dingen die je liever doet. Dus nee, het viel eigenlijk best mee om het te laten liggen en een eerlijk mens te blijven.

Toen ik studeerde in de vijftiger jaren kreeg ik geld van thuis, twee honderd gulden per maand en daar kwam ik makkelijk van rond. Later toen ik assistent werd op de UvA was het, meen ik, drie honderd, wat ik verdiende. Met wel regelmatig een verhoging die dan met terugwerkende kracht werd toegekend, zodat je een behoorlijk bedrag ineens kreeg. Behoorlijk voor mijn doen dan. Ik woonde voor zestig gulden per maand en als we naar de bioscoop gingen zaten we voor zeventig cent op de eerste rij. Een pils op de sociëteit koste twee kwartjes en eten deed je op de mensa. Je leefde dus voor erg weinig geld, maar mijn punt is eigenlijk dat je dat helemaal niet merkte. Het ging vanzelf. Je paste je uitgaven aan bij het geld dat beschikbaar was en dat kostte eigenlijk niemand moeite.

Het hielp natuurlijk wel dat de mensen in je omgeving ongeveer evenveel hadden als je zelf. As iemand er wel eens uit sprong, omdat die van zijn ouders een scooter had gekregen of een erfenis van zijn tante, dan werd hij gefeliciteerd maar jaloezie wekte dat niet echt.

Zo is het eigenlijk altijd gebleven. Het meeste geld verdiende je in een klein kantoor, maar een wat groter kantoor is gezelliger en de grote klanten hebben het liever. Bij grote klanten zijn het de hoofden van juridische afdelingen die bepalen naar welk kantoor hun bedrijf gaat. Als er dan iets fout gaat met een advies maar het is gegeven door De Brauw of een ander mega advocaten kantoor, dan kan de bedrijfsjurist dat niet helpen. Maar heeft hij de advisering onder gebracht bij een klein kantoor dan is het: ‘zie je wel’ en dan krijgt hij de schuld. Dat risico neemt hij liever niet en vandaar al die grote kantoren tegenwoordig.


Dit artikel verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp