DE WERELD NU

De oude christenheid

christenen, oude christenheid

De oude christenheid was sterker met het Romeinse rijk verbonden dan de meeste christenen zich realiseren. Dat had een eigen logica.

In de canons van het Concilie van Nicaea wordt de voorrang en het traditionele gezag van de metropolieten van Alexandrië, Antiochië en Rome herbevestigd, maar worden hun collega’s van Jeruzalem en Constantinopel niet eens genoemd. Van Constantinopel is dat niet zo verwonderlijk, want de verplaatsing van de hoofdstad van Rome naar het toenmalige Byzantium vond pas vijf jaar na het concilie plaats en toen duurde het nog een tijd voor de stad Constantinopel werd genoemd.

Dat Jeruzalem niet vermeld werd had een andere reden. De stad was van ondergeschikt belang geworden en heette ook niet langer Jeruzalem. Aelia was in 325 de naam van de oude heilige stad van joden en christenen. De bisschop die er zetelde kreeg van het concilie wel iets van zijn oude waardigheid terug, maar met het nadrukkelijke beding dat Aelia niet als een metropool behandeld kon worden, want dat was het niet. Maar hoe dan ook, het Concilie van Nicaea is een belangrijke breuk geweest in de geschiedenis van het christendom. Van een joodse sekte werd het geloof met en op het Concilie het middelpunt van de organisatie van het Romeinse rijk.

Metropolen waren voortaan niet alleen van godsdienstig maar ook van seculier belang. De organisatie van het Rijk in provincies vond zijn pendant in de godsdienstige organisatie en wie belangrijk was in het keizerrijk diende dat ook te zijn in de kerken omgekeerd, wie geen rol speelde in het Rijk kon dat ook niet doen in de organisatie van de christelijke kerk. Zo had Constantijn dat verordonneerd.

Het is duidelijk dat de christelijk kerk de nieuwe ruggengraat was van het Romeinse Rijk en dat die godsdienst dus een belangrijke politieke betekenis kreeg in 325. Dat het Constantijn op het concilie meer te doen was om de eenheid van de kerk dan om de juiste geloofsinhoud blijkt onder meer uit het feit dat hij de patriarch Athanasius, op wie hij tijdens het concilie steunde voor zijn strijd tegen de Arianen later verbannen heeft naar de uiterste grenzen van het Rijk, naar Trier. Niet omdat de keizer of de bisschop toen anders dacht over geloofszaken, maar omdat de man in de ogen van de keizer een blokkade opwierp tegen de eenheid.

Constantijn had het concilie bijeen geroepen om aan een aantal twisten in de kerk een einde te maken. De belangrijkste was die tussen de aanhang van de ouderling Arius en diens bisschop Alexander over de godheid van Christus. Constantijn was zelf geen christen (hij werd pas op zijn sterfbed gedoopt en of hij daar toestemming voor heeft gegeven is niet bekend), maar hij vond het noodzakelijk om het christendom tot staatsgodsdienst te proclameren, om de eenheid in het rijk te bevorderen. Daarin paste geen onderling verdeelde christenheid en vandaar het concilie. Wie er gelijk had, Arius of Alexander of geen van beiden, dat interesseerde de keizer niet wezenlijk. Hij drukte het standpunt van de anti-Arianen door.

Zoals bekend was de godheid van Christus een van de eerste geloofswaarheden, die bij Mohammed overboord gingen, maar in de christelijke kerk is zij tot op heden algemeen aanvaard. Dat Jezus er zelf zo over gedacht heeft is niet erg waarschijnlijk. Hij noemde zich wel Gods zoon, maar hij zegde iedereen die zijn geloof aanvaardde toe dat hij ook een kind van God kon worden [1] en doorgaans sprak hij over zich zelf als over de mensenzoon.

Het Hellenisme en de Romeinse samenleving kenden de vergoddelijking van mensen, maar in de joodse traditie is de gedachte niet eens denkbaar. Van een joods-christelijke kerk, een kerk van de apostelen, zoals die in de eerste eeuwen bestond, is na Constantijn nooit meer iets vernomen. Aangenomen mag worden dat de vergoddelijking van Jezus van Nazareth een definitieve breuk tussen christendom en jodendom heeft teweeggebracht en dat het een belangrijke factor is geweest bij de bekering tot de islam van alles wat leefde in de tradities van het Midden-Oosten.


  1. Begin Johannes evangelie: maar zovelen Hem ontvingen hun gaf hij het vermogen om kinderen van God te worden

Dit artikel over de oude christenheid verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp.

Meer van Toon Kasdorp vindt u hier.