DE WERELD NU

Corbyn en Trump zijn authentieke outsiders

Een groter contrast dan tussen Corbyn en Trump lijkt nauwelijks denkbaar: de conservatieve Amerikaanse miljardair Trump lijkt heel weinig gemeen te hebben met de extreemlinkse backbencher van het Britse Labour die een gooi doet naar het leiderschap van zijn partij.

Maar zowel Trump als Corbyn steunt op een platform dat bestaat uit ontevreden kiezers. Sinds Ronald Reagan de Republikeinse nominatie verwierf in 1980, is het voor Amerikaanse presidentskandidaten vrijwel verplicht zich te afficheren als outsider, die niets met Washington van doen heeft. De kiezers verlangen naar opruiming, en dat wordt hun door kandidaten braaf beloofd. Zelfs kandidaat Jeb Bush probeerde zich – onder hoongelach van de pers – te profileren als iemand die ‘The Hill’ in Washington niet kent. Jeb Bush! Zoon van een president, broer van een president.

Minder nadrukkelijk geldt dit ook voor alle Britse premiers sinds Margaret Thacher. Thatcher zelf was een onconventioneel strijdlustige vrouw, opvolger John Major was qua afkomst niet bepaald een doorsnee-Tory, en van Tony Blair vroeg iedereen zich af hoe hij ooit bij Labour terecht was gekomen. Pas bij Cameron stokt dit verhaal, maar zijn belangrijkste tegenstrevers waren daaraan minstens even schuldig. In 2010 was er een moment dat zelfs Nick Clegg van de LibDems kans leek te maken de grootste slag uit de geschiedenis van zijn partij te slaan – Gordon Brown, de vleesgeworden apparatsjik, was nooit een serieuze kanshebber.

Daarmee komen we bij de kern van de zaak. Zowel Corbyn als Trump is overduidelijk geen insider. Trump heeft minder vijanden bij de Republikeinen dan bij de Democraten, maar veel scheelt het niet. Men vindt hem een schreeuwerig, tamelijk verachtelijk individu. Corbyn was lang een ornament dat toonde dat de Loony Left uit de jaren ’80 niet volledig buitengesloten werd. Maar de eerste reactie van de Labourtop toen bleek dat hij in de partij beter lag dan verwacht, was alleszeggend: de Labour-parlementariërs die Corbyn de nodige handtekeningen verschaften om zich te kunnen kandideren, werden uitgemaakt voor idioten. Dit is voor Corbyn natuurlijk een enorme steun in de rug.

Zowel Corbyn als Trump is authentiek, en de kiezers ruiken het. Beiden geloven in hun eigen ideeën en spreken die vol overtuiging uit, zonder door spindokters geschreven oneliners op te lezen. Beiden zijn eigenwijs genoeg om ook te willen uitvoeren wat ze beloven. En hun onverstoorbare geloof in zichzelf geeft hen een aura van doelbewuste competentie.

Kiezers zijn de armoede van de reguliere kandidaten zat, en richten zich op hardere mensen om de regenteske gezapigheid van middenfiguren de nek om te draaien. Hierdoor komen mensen boven die in rustiger periodes kansloos waren geweest.

Corbyn als volgende Labourleider is kansrijk, maar premier? Dat hangt ook af van wie Cameron opvolgt. Of Trump kans maakt op het presidentschap moet blijken, maar tegen zowel Hillary Clinton als Joseph Biden is hij eerder favoriet dan underdog.

—————–

Op 27 augustus eveneens verschenen bij De Volkskrant.