DE WERELD NU

Wilders I

De voorzitter van de Raad voor de Rechtspraak beklaagde zich in De Volkskrant van 18/2/11 in een twee bladzijden groot artikel. over het afbladderende gezag van zijn beroepsgenoten.

Van den Emster en de eertijdse president van het Amsterdamse Hof, Mr. Verheij, verweten deze ontwikkeling aan de media, waaronder vooral nieuwe media als Geen Stijl. Ook wel aan de politiek, die olie op het vuur lijkt te gooien in plaats van zich vierkant achter de rechterlijke macht op te stellen.

Het was jammer dat de president daarbij vooral het oog leek te hebben op het Wildersproces dat over werd gedaan omdat er in eerste instantie een potje van was gemaakt. Hij meende dat kritiek van buitenstaanders op de gang van zaken daarbij ten onrechte was geweest. Als argument haalde hij aan dat vijftien jaar geleden ook al eens een politicus was veroordeeld voor een soortgelijke rechtse politieke stellingname en dat daar toen niemand serieus tegen had geprotesteerd. Indertijd heeft de politiek er geen aanleiding in gezien om de wet te wijzigen en daarom moesten ze nu niet klagen, vond hij, als nu Wilders terecht stond.

De steek richting politiek lijkt wel enigszins terecht maar dat er indertijd geen kritiek op de rechterlijke uitspraken tegen Janmaat geweest zou zijn, is niet waar. Vooral uit mijn eigen advocatenkring kan ik me herinneren dat er nog al wat kritiek kwam, omdat men het politieke uitspraken vond en er van Janmaat evenmin als van Wilders gezegd kon worden dat hij ondemocratische middelen gebruikte. Maar inderdaad was twintig jaar geleden de kritiek op de rechterlijke macht voorzichtiger en gold het nog als politiek correct om in de heftigste bewoordingen afstand te nemen van alle opvattingen die niet tot de links-liberale consensus behoorden. Dat rechters dat toen ook deden geeft wel blijk van hun maatschappelijke betrokkenheid, maar niet van hun competentie en morele onafhankelijkheid.

Verheij en Van den Emster hadden gelijk toen ze wezen op het belang van de rechtsstaat. Van mij hadden ze in hun interview wel wat dieper in mogen gaan op wat dat belang nu precies is, want het publiek en de politiek lijken er niet meer in alle opzichten van doordrongen. Toch kun je overal op de wereld, waar een rechtsstaat ontbreekt, wel zien wat de gevolgen zijn. Wanneer rechters niet meer met gezag de conflicten in de samenleving kunnen oplossen, dan rest alleen geweld. Dat is het belang van de rechtsstaat en zij vormt de basis voor de democratie en de burgerlijke vrede in een land. Het is daarbij verwarrend dat iedereen lijkt te doen alsof de rechterlijke macht alleen uit strafrechters bestaat, terwijl het bestuursrecht en vooral het burgerlijk recht in al zijn onderdelen tenminste zo belangrijk zijn. Maar strafrecht blijft natuurlijk wel een ultimum remedium.

Van den Emster verweerde zich tegen de kritiek dat de rechterlijke macht doof zou zijn voor geluiden uit de samenleving. Wij volgen de ontwikkelingen in de samenleving wel, zei hij, maar op afstand. Zo zijn we in Nederland steeds strenger gaan straffen en zitten we wat dat betreft nu in de hoogste regionen van Europa.

Ik ben bang dat deze overtuiging een blijk is van naïviteit. Hier worden echt appels met peren vergeleken. Niet voor niets verzetten buitenlanders die hier in detentie zitten zich in het algemeen verwoed tegen het uitzitten van hun straf in het moederland, zefs als ze uit een ander EU land komen.

Niet alleen hoef je hier vrijwel altijd maar een deel van je straf uit te zitten, bovendien is het leven in een detentie-inrichting hier een stuk aangenamer dan in veel zorginrichtingen en heel veel aangenamer dan een detentie-inrichting in de meeste buitenlanden. Een frequente bewoner van zowel psychiatrische als strafrechtelijke inrichtingen, die ik nog ken uit mijn advocatentijd en die me zo nu en dan nog wel eens opbelt, heeft in elk geval een uitgesproken voorkeur voor het Nederlandse gevang boven psychiatrische inrichtingen. Vooral voor beroepsmisdadigers, die aan de top staan van de pecking order in de nor is het verblijf daar helemaal niet onaangenaam. Als gedetineerden ergens van te lijden hebben dan is het van hun medegevangenen en niet van de bewaking of van de ontoereikende voorzieningen. De duur van de door de rechter opgelegde straf is maar een van de elementen en misschien wel niet de meest zwaarwegende van een Nederlandse straf. Wie langer dan drie maanden zit past zich aan en een paar maanden meer of minder maakt dan niet zo veel meer uit.

Waarom rechters de laatste decennia zo fors aan gezag hebben ingeboet is niet helemaal duidelijk. Afgenomen competentie is misschien toch wel de belangrijkste oorzaak. Vrijwel geen rechter weet tegenwoordig meer een antwoord op de vraag waar een straf eigenlijk voor dient. Dat moet een handicap zijn, als het je beroep is om straffen op te leggen.

De opvatting die men sinds de tijd van de Verlichting huldigde dat straffen de delinquent verbeteren is intussen definitief weerlegd. Straffen verbeteren de mensen niet en ook van een speciale preventie is blijkens de recidivecijfers niet of nauwelijks sprake. Of de generale preventie werkt is niet duidelijk. Wel is duidelijk dat als een volk geen straf meer hoeft te vrezen, zoals bij de tweede Irakoorlog in Bagdad te zien was, de criminaliteit daar acuut zal stijgen. Iets dergelijks zag men in de zeventiger jaren in New York toen daar een black out plaats vond als gevolg van een grootscheepse stroomstoring. Een paar jaar geleden zagen we het in New Orleans na Katrina. Plunderingen op grote schaal zijn het gevolg van het wegvallen van de vrees voor straf en vervolging.

Maar in het algemeen lijkt de straf toch vooral te werken als een bevestiging van de in de samenleving bestaande normen. Alleen als normafwijkend gedrag wordt gestraft nemen de mensen een norm serieus. Blijven straffen achterwege dan vervlakt de norm. Dat lijkt een sociologisch verschijnsel te zijn dat ook functioneert als de betrokkene zelf geen vervolging of bestraffing hoeft te vrezen.

Op 28/4/11 stond in de krant dat een anonieme bedreiger van Femke Halsema haar een excuusbriefje had gestuurd met een boekenbon voor €10,- Zij vond het aandoenlijk en dat is het ook, maar je kunt je afvragen of de bedreiger ook spijt gekregen zou hebben als niet iemand anders net te voren voor het zelfde feit zou zijn veroordeeld. Wanneer iets in de samenleving strafbaar blijkt te zijn veroordelen ook anonieme leden van die samenleving het bij zich zelf. Strafbaar is in dat verband alleen iets dat ook daadwerkelijk wordt bestraft.

De rol van de rechter bij het toedienen van de straf is belangrijk. Die rechter hoort streng te zijn maar rechtvaardig en liefst ook geen vrouw maar een man die gezag uitstraalt. Niet het belang van de gestrafte of diens resocialisatie speelt de grootste rol maar het gaat juist om al die anderen die toekijken en zien dat niemand er zomaar mee wegkomt als hij zich niet aan de regels houdt.

Daarom is strafrecht een publieke zaak en is het zo belangrijk dat rechters hun rol goed spelen. Wat zware straffen zijn bepalen de gedetineerden zelf. Het is geen kwestie van de dagen tellen dat men vast gezeten heeft. Wanneer Van den Emster erop wijst dat in Californië de straffen nog zwaarder zijn dan in Nederland en de criminaliteitscijfers nog hoger en daaraan toevoegt ‘gek genoeg’ dan bewijst hij daarmee dat hij niet begrijpt hoe het werkt en wat hier oorzaak is en wat gevolg.

Californië en andere Amerikaanse staten hebben twee verschillende samenlevingen. De normen van de een gelden niet binnen de andere en dat is de oorzaak dat de bewoners van de getto’s buiten iedere proportie vertegenwoordigd zijn onder de zwaar gestraften in de gevangenis. Wat we nu in Nederland meemaken met de bewoners van de Bijlmer en van andere allochtonenwijken wijst in dezelfde richting. De politie trok hier [1] over aan de bel. We moeten een weg zien te vinden om ook de nieuwe Nederlanders van het belang van de gemeenschappelijke normen en waarden te overtuigen.

Harm Brouwer, die ook geïnterviewd werd voor dat artikel, herinnerde aan de opschudding die ontstond toen de IRA verdachten in Roermond werden vrijgesproken. In hun zaak was het OM er niet in geslaagd het bewijs rond te krijgen tegen de gearresteerden, die aan de grens met België aangetroffen waren met de moordwapens uit een andere zaak.

Ook de daaropvolgende rechtszaak wegens lidmaatschap van een criminele organisatie leidde niet tot een veroordeling. Alleen uit de afwijzing van de schadevergoeding claim kon worden afgeleid dat de rechter net zo van de schuld van de IRA verdachten overtuigd was als het publiek, al achtte hij de tenlasteleggingen niet wettig bewezen.

Wat moet men daar van vinden? Zolang niet vast stond dat het deze IRA verdachten waren die de moord gepleegd hadden konden ze niet veroordeeld worden, dat lijkt zeker juist en ook al wordt de Engelse en Australische pers er woedend over, zo hoort het toch. Dat Nederland en de meeste andere westerse landen een ontoereikend systeem op na houden om groepsmisdaden te bestraffen is een ernstige leemte in het systeem, waar iemand in de positie van Harm Brouwer best meer aandacht had kunnen besteden. Vast stond in elk geval in die zaak dat de verdachten tot de IRA cel hoorden die de moorden had voorbereid. Of ze al of niet persoonlijk de trekker hadden overgehaald zou in ons strafrecht niet zo’n belangrijke rol horen te spelen als het in feite doet.

Toen een groep vigilantes van Dirk van de Broek op het Heinekenplein mevrouw Loos mishandelden, met dodelijk gevolg, werden alleen de deelnemers gestraft die zo fatsoenlijk waren om hun aandeel te bekennen. Toch was er hier duidelijk sprake van een groepsmisdrijf, waarin elk van hen een aandeel had.

Als duidelijk is dat criminelen verantwoordelijkheid dragen voor een misdrijf maar ieders persoonlijke aandeel niet overtuigend kan worden vastgesteld dan is het zeer onbevredigend dat zij als zo vaak vrijuit gaan. Dat neemt niet weg dat iemand niet kan worden veroordeeld wanneer er geen wettig en overtuigend bewijs is geleverd voor een ten laste gelegd strafbaar feit. De fout lijkt in gevallen als de IRA moord meer bij de wetgever te liggen dan bij de rechter, maar dat wil niet zeggen dat de rechter vrij uit gaat bij het fenomeen van zijn afbrokkelende gezag.

Harm Brouwer en Leendert Verheij schenen er allebei van overtuigd te zijn dat de rechter zich meer hoort te bemoeien met de beeldvorming rond de rechtspraak. Ik vind dat een gevaarlijke vergissing. Een rechter hoort zijn werk goed te doen en de beeldvorming over te laten aan rechtbank journalisten. Persrechters en persofficieren zouden zo snel mogelijk weer moeten worden afgeschaft. Rechtbankjournalisten moeten overigens wel opgeleid worden voor dat werk en daar zou de rechterlijke macht meer aandacht aan kunnen besteden dan zij doet.

Alle drie de geïnterviewden leken van oordeel te zijn dat het Amsterdamse Hof het goed gedaan heeft in de eerste zaak Wilders al vond iedereen geloof ik de gang van zaken tijdens de rechtbankprocedure wat ongelukkig. Wie de uitspraak van Schalken c.s. nog eens serieus bekijkt kan niet volhouden dat hier sprake was van een goed geformuleerde uitspraak. Zij was erg uitvoerig, maar tegelijk rommelig en op het hoofdpunt gemotiveerd met een cirkelredenering. De politieke vooringenomenheid straalde er aan alle kanten af.

Wilders had nooit vervolgd moeten worden voor zijn kritiek op de koran. Het sluiten van de rijen in de rechterlijke macht rond de uitspraak van het Hof was onnodig en betreurenswaardig. Het etentje en de poging om een getuige van het gelijk van het Hof te overtuigen was onprofessioneel, maar de uitspraak zelf was een veel ernstiger fout. Er was daarbij sprake van een aanslag op het imago van de politieke onpartijdigheid van de rechter. De rechter had daarbij zelf de scheiding tussen wetgevende en rechtsprekende macht genegeerd waar zij zich zo terecht over beklaagt als dat van de andere zijde gebeurt.

Dat Wilders kritiek uit op zijn berechting is weinig chique, maar gezien zijn persoonlijke omstandigheden toch minder verwijtbaar dan het gedrag van de eerste strafkamer van het Amsterdamse Hof. Er zou naar mijn mening alle aanleiding zijn geweest voor de president van dat Hof om de raadsheer plaatsvervanger Tom Schalken voortaan over te slaan bij het aanwijzen van rechters in belangrijke zaken, als hij zelf al niet zo verstandig was geweest om ontslag te nemen.


[1] op 23/5/14


Dit essay verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp

7 reacties

  1. D. G. Neree schreef:

    “Waarom rechters de laatste decennia zo fors aan gezag hebben ingeboet is niet helemaal duidelijk.”

    Er is misschien niet in details de vinger op te leggen, maar het lijkt me, dat het linkse politiek-correte en post modernistische hippievirus de belangrijkste reden is.
    Het is een geestelijke afwijking die ervan uitgaat dat de mens in principe goed is, ook al blijkt uit zijn gedrag het tegenovergestelde (het hippie-aspect)
    het post moderne aspect is dat misdaad ook maar een opvatting is en rechters willen de misdadiger niet streng straffen in het idee dat straffen de misdadiger nog misdadiger maakt.
    Het politiek correcte aspect . is hierin de bijl die de nekslag geeft aan de impartialiteit van de rechters, door verschillende normen te hanteren voor autochtonen en allochtenen.

    Voeg daarbij het feit dat de juridische stand een gesloten gemeenschap is en het is duidelijk waarom het gezag van deze stand ‘afbladdert’.

  2. D. G. Neree schreef:

    Sorry, paar woordjes weggevallen in de laatste zin.
    ik bedoelde te schrijven: “…. het is duidelijk waarom het gezag van deze stand afbladdert”.

  3. - schreef:

    Als iemand nou eens een alternatief zou bedenken voor censuur als middel tot het voorkomen van genocide zou het zoveel ellende schelen.

  4. carthago schreef:

    @d.g.neree. Exact geformuleerd! De gehele “rechtspraak” druipt van de politiek links gemotiveerde uitspraken. Het is vooral de faalangst bij de meeste rechters de stier bij de horens te vatten teneinde de rechtspraak toe te passen zoals zij door de jaren heen is ontwikkeld. In feite betekent de huidige gang van de jurisprudentie de ondergang ervan. De Wilders processen waren en zijn daar een dramatisch voorbeeld van,alleen een bananenrepubliek waardig. Die nakende opstand komt er echt wel.

  5. Dave schreef:

    Omdat tegenwoordig 50 procent hoger opgeleid is, oftewel bijna iedereen, en in die grote kring van hoogopgeleiden de rechtenstudent als zwakke broeder geldt. Recht is geen rocketscience, en rechters geen Einsteins. Kortom, de juridische beroepsgroep is intellectueel minder begaafd.

  6. Cool Pete schreef:

    Heel nuttig artikel.
    Ik sluit me aan bij de reacties van @D.G. Neree en van @carthago.
    Al decennia, zijn bijna alle rechters: wereldvreemd en schijnheilig, en beschadigen ze de
    bedoeling van de wetgever. Nog erger is het misbruik [van hun positie], dat bijna alle advocaten maken, die met de meest bizarre en oneigenlijke argumenten aan komen
    zetten, en daarmee een goede uitvoering van de wet torpederen …

  7. Erik schreef:

    Rechters worden door de wetgeving gedwongen politieke rechtspraak uit te voeren, dat ondergraaft de rechtspraak en de integriteit van de rechters.
    Er is natuurlijk altijd klasse justitie geweest, maar politieke rechtspraak is de pervertering van de pervertering.
    Dienstweigeraars die weigerden naar Indië te gaan, zelf oud verzetstrijders waren, werden opgesloten vaak in de cel met SD’ers die hen tijdens de oorlog hadden gemarteld.
    De Nederlandse justitie heeft een lange traditie van politieke uitspraken en andere vuiligheid, er is nu niets nieuws aan de hand bij de vervolging van Wilders, het is TRADITIE EN GEWOONTE.