DE WERELD NU

Wat is een natie?

natie

Wat is een natie, en wat precies een natiestaat? Het is een debat dat tegenwoordig vaak vooral impliciet en onderhuids wordt gevoerd.

De PVV is volgens veel linkse Nederlanders een ondemocratische partij die een gevaar vormt voor de rechtsstaat. Men vindt de PVV populistisch en geeft als typerend kenmerk van populisme de gedachte dat Nederland één samenleving of natie zou vormen. Dat is een gedachte die, zoals men zich zal herinneren, door koningin Maxima werd ontkend, maar waar veel andere Nederlanders aan bleken te hechten.

Veel progressieve mensen vinden dat het begrip volk of samenleving niet kan worden gedefinieerd, omdat het continu verandert, ongeveer zoals dat ook met een rivier het geval is. Dat is een bekende filosofische vergissing. Volk is een historisch begrip, dat men definieert door er naar te verwijzen. Het Franse volk is als volgt aan te duiden. Het woont in een gebied tussen België, Duitsland, Zwitserland, Italië en Spanje en iedereen noemt het la France of een vertaling ervan. De mensen spreken er Frans en eten meer verschillende kazen dan er in de rest van de wereld bestaan. Zelf zeggen ze:

La France [fʁɑ̃s], en abrégé RF, en forme longue la République française, est une république constitutionnelle unitaire dont la majeure partie du territoire et de la population est située en Europe occidentale, mais qui comprend également plusieurs territoires répartis dans les Amériques, l’océan Indien et le Pacifique. Elle a pour capitale Paris, pour langue officielle le français et pour monnaie l’euro. Sa devise est Liberté, Égalité, Fraternité, et son drapeau est constitué de trois bandes verticales respectivement bleue, blanche et rouge. Son hymne est La Marseillaise.
Pays ancien formé au Haut Moyen Âge, la France joue un rôle important dans l’histoire mondiale par l’influence de sa culture et de ses valeurs démocratiques et républicaines, par la colonisation qu’elle a menée en Amérique, en Asie, en Océanie et en Afrique, et par son rôle pionnier dans la construction de l’Union européenne. Elle est une puissance nucléaire, et l’un des cinq membres permanents du Conseil de sécurité des Nations unies. 1er janvier 2015, le nombre de personnes habitant en France est estimé à 66,9 millions, dont
Son économie, de type capitaliste avec une intervention étatique assez forte, fait d’elle un des leaders mondiaux dans les secteurs de l’agroalimentaire, de l’aéronautique, de l’automobile, des produits de luxe, du tourisme et du nucléaire.

Van Nederland en het volk dat er woont bestaat een soortgelijke definitie maar dan korter. Te menen dat historische fenomenen gedefinieerd zouden moeten worden op de manier van een logisch begrip is een misvatting. Van het Nederlandse volk kan van alles worden gezegd en men kan er behoorlijk van mening over verschillen, maar het bestaat wel en het is zonder moeite te onderscheiden van andere volkeren, van Marokkanen bijvoorbeeld of van Turken. Wie meent dat dit niet zo is bedrijft geen filosofie of wetenschap maar politiek. Dat doet Wilders natuurlijk ook, maar die giet daar geen wetenschappelijk of filosofisch sausje over heen.

Wilders heeft bezwaren tegen de Nederlandse overheidsinstituten die een ongeremde immigratie in Nederland hebben toegestaan, de integratie van de nieuwkomers hebben verwaarloosd en de gewone mensen in de volkswijken hebben opgezadeld met de gevolgen. Wanneer hij over deze mensen spreekt als over het volk en de lieden uit de villawijken van dat begrip uitsluit, dan is dat omdat die laatsten de gevolgen van hun eigen beleid niet hebben hoeven dragen.

Wilders zoals vóór hem Pim Fortuyn stelt de overheidsinstituten verantwoordelijk voor een reeks faalpunten in het Nederlandse beleid. De teloorgang van het onderwijs bijvoorbeeld, het tekort schieten van het justitiële systeem en een te dure en ontoereikende zorg. Die instituten verdedigen zich dan vervolgens niet door aan te tonen dat men dit verkeerd ziet, dat het bijvoorbeeld uitstekend is verlopen met de immigratie en de integratie, dat de zorg voor bejaarden over de hele linie toereikend en goed is en niet meer kost dan nodig, dat politie en justitie de criminaliteit volledig in de hand hebben en er van recidive van criminelen eigenlijk nauwelijks sprake is.

Nee, ze verdedigen zich door degenen die deze zaken aan de orde stellen populisten te noemen. Toen het college van B en W van Rotterdam ten tijde van burgemeester Thomassen voorstellen deed om de instroom van Turken in goede banen te leiden, kreeg hij hetzelfde te horen als Wilders nu: er zijn verdragen die zich hier tegen verzetten en rechters en Europese instellingen die het verhinderen. De burgemeester kon niet geloven dat een werkelijk probleem door goedwillende mensen niet kon worden opgelost omdat bureaucratische redenen dat verhinderden, maar hij bleek ongelijk te hebben. En dat is nog steeds zo.

Veel CDA’ers en PvdA’ers noemen dat populistisch, maar dat is geen argument, het is een scheldwoord. Dat men meer dan veertig jaar lang een probleem niet effectief aan kan pakken noemt men de ‘onvermijdelijke traagheid van de democratische rechtstaat, waarin zoveel tegenstrijdige belangen tegen elkaar moeten worden afgewogen om ieder het zijne te kunnen geven’. Wat ik het eerder zou willen noemen is luiheid en onvermogen.

Het Amsterdamse Hof heeft aan de reputatie van de rechterlijke macht en aan de scheiding der machten in ons staatsbestel schade toegebracht. Het heeft in een slecht gemotiveerde uitspraak het O.M. gedwongen Wilders strafrechtelijk te vervolgen. Daarna sprak Schalken, die als plaatsvervanger in dat Hof de uitspraak had geformuleerd, tijdens een diner een getuige aan om hem uit te leggen dat het juridisch beslist klopte wat hij had gedaan.

Dat er mensen waren die zowel de uitspraak van het Hof als het optreden daarna van raadsheer Schalken bedenkelijk vonden kan men wel weer populistisch noemen, ik meen dat het in belang van de rechtsstaat was dat de strafvervolging van Wilders publiekelijk werd veroordeeld.

Het is de rechtsstaat die het onderling vertrouwen van de burgers in elkaar en in hun overheid mogelijk maakt en daardoor de burgerlijke vrede in de samenleving weet te handhaven. Zij dient ervoor om de rechten van iedereen, ook van minderheden te bewaken. Wilders heeft de rechten van anderhalf miljoen minder bedeelde Nederlanders onder zijn politieke hoede genomen en hij probeert die te verdedigen tegen een overheid die in haar bureaucratische verblindheid niet eens ziet waar rechten worden aangetast.

Hij gebruikt daarbij geen geweld, roept ook niet op tot geweld, integendeel, hij veroordeelt het geweld waar hij het ziet. De PVV is geen organisatie met knokploegen of een beweging die de mensen de straat op brengt. Zij beperkt zich tot het parlementaire métier en Wilders hanteert als iedere politicus de normale kanalen van de publiciteit. Wat daar ondemocratisch aan zou zijn blijft een raadsel.

De Tilburgse dank tank WRR en de hoogleraar Hirsch Ballin weigeren het verband te zien tussen de instroom van vreemdelingen en de teloorgang van de sociale wetgeving. Ze weigeren te erkennen dat gewone mensen daar veel meer schade van ondervinden dan zij zelf. Hirsch Ballin veracht Wilders en hij veroordeelde de CDA-leden die met Wilders samenwerkten ter ondersteuning van het kabinet Rutte I.

Maar n’en déplaise à Hirsch Ballin is het waar wat Wilders zegt, dat de lang gestraften het in onze gevangenissen beter hebben dan de bejaarden in onze bejaardenhuizen. Dat is ergerlijk en het is wel degelijk de schuld van een overheid, die gestraften in de watten legt en de zorg voor de bejaarden verwaarloost.

Dat Lubbers indertijd het ambtenarenpensioenfonds kon gebruiken voor zijn sanering van de uit de hand gelopen overheidsfinanciën is de schuld van zijn CDA achterban. Die heeft hem zijn gang laten gaan zonder garanties te vragen voor toekomstige tekorten. Dat in Amsterdam een partij meer dan honderd jaar aan de macht kon blijven terwijl zij er sinds de dertiger jaren van de vorige eeuw niets meer van gebakken heeft, is niet een teken dat we hier leven in een goed werkende democratie. Dat een democratisch systeem zo lang niet in staat is geweest een partij het bos in te sturen die verantwoordelijk is voor zoveel slecht bestuur en zoveel slecht beheerd publiek vermogen, is vanuit democratisch en rechtstatelijk oogpunt bekeken een ramp.

Een rechtsstaat is er voor iedereen of hij is er niet, zegt Hirsch Ballin. Maar hij zelf vertegenwoordigde als minister van justitie een overheid die de wetten veranderde zodra die haar bij de uitvoering van het gewenste beleid in de weg gingen staan. Wetten worden door het bestel desnoods met terugwerkende kracht veranderd ook als de rechten van burgers daarmee worden aangetast. Kijk naar de wijziging van de pensioenwet. Een grondwet waaraan dat soort wetswijzigingen kunnen worden getoetst door een hoog gerechtshof hebben we niet. Het parlement dat samen met de Kroon de wetten maakt is tegelijk ook de uitlegger in hoogste instantie van haar eigen producten. Wetten worden hier veranderd niet omdat ze in strijd zijn met het recht maar omdat ze de overheid niet langer conveniëren. Dat schaadt het vertrouwen in de overheid en in de rechtsstaat.

Wilders veroordeelt criminele moslims en vindt dat ze naar hun landen van herkomst moeten worden teruggestuurd. Daaraan staan wetten in de weg en bindende verdragen. Wat er onethisch aan zou zijn, dat zie ik niet. Dat het niet kan, dat terugsturen, is het gevolg van een bureaucratisch tekort. Het is in strijd met formele regels en misschien ook aan gebrek aan medewerking van de thuislanden maar niet in strijd met de rechtsstaat. Niemand kan op ethische gronden volhouden dat we hier aan geïmporteerde criminelen met een buitenlandse nationaliteit onderdak zouden moeten blijven verschaffen. De rechtsstaat gaat niet over regels, die gaat over het recht. En aan de rechtsstaat doet de overheid zelf meer afbreuk dan Wilders. Men wil de aanhang van Wilders van een volwaardige participatie in onze democratie uitsluiten. Maar de democratie hoort juist de rechten en de opvattingen van minderheden te respecteren, ook die van Wilders en zijn aanhang.

De democratie impliceert dat er niet tegen de wil van de meerderheid in geregeerd wordt. Het is de stelling van Wilders dat de groepering die leiding geeft aan de Nederlandse overheid het contact met de bevolking heeft verloren en dat zij tegen de wil van de meerderheid in regeert. Dat democratie het recht impliceert ‘to kick the bastards out’, is een oud Engels adagium. Dat betekent dat het uit de macht verwijderen van traditionele partijen het democratisch prerogatief bij uitstek is. De Britten weten wat ze zeggen, zij hebben de parlementaire democratie uitgevonden. Een aanval op het bestel is niet ondemocratisch, integendeel, het is de toets of democratie werkt of niet.

Jérôme Heldring zei ooit dat de PVV niet ondemocratisch is maar dat zij wel het bestel , zoals we dat nu kennen, bedreigt. Dat klopt. Het huidige bestel is totalitair, in de zin dat het de eigen links-liberale ideologie als alleen zaligmakend ziet en geen grenzen erkent aan het recht van de overheid om die ideologie in de samenleving een monopolie te verschaffen.

Toen, alweer een tijd geleden, een met de ouderlijke macht belaste vader zijn kind een zeiltocht wilde laten maken rond de wereld meende onze overheid in eerste instantie dat zij het recht had in loco parentis te treden. Gelukkig vond de kinderrechter dat er geen wet was waar men dat op kon baseren.

In Rotterdam meende een bezorgd gemeenteraadslid dat ongehuwde moeders van Antilliaanse afkomst gesteriliseerd moesten worden om zo voor de rest van hun leven tegen zich zelf in bescherming te worden genomen. Alles wat afwijkt van het socioliberale mensbeeld, mag kennelijk in ons huidige bestel met overheidshand worden gecorrigeerd en grenzen worden daarbij niet gesteld of erkend.
Echte liberalen zien de rol van de overheid als het handhaven van de rechtsstaat en van de vrijheidsrechten, niet als het dwingen van de samenleving in een door haar zelf bedacht stramien. Dat beschouwen ze als totalitair en ondemocratisch en dat doen ze op goede gronden.

Linkse partijen beschouwen, paradoxaal, de emancipatie van minderheden als een aantasting van de rechtsstaat. Dat is een verouderde bureaucratische zienswijze van de rechtsstaat als regelstaat. Zij staat aan de verwezenlijking van de rechten van de burgers eerder in de weg dan dat ze die bevordert. Als de godsdienstvrijheid gebruikt wordt om onderdrukking en mishandeling van vrouwen en homo’s te rechtvaardigen dan miskent men daarmee dat geen enkele vrijheidsrecht absoluut is. Overal waar rechten met elkaar in strijd komen zou van afweging sprake horen te zijn. Rechten op het praktiseren van bijgeloof zouden daarbij in mijn ogen horen te wijken voor de meer reële vrijheidsrechten, maar ik heb er vrede mee dat rechters dat van geval tot geval beslissen. Dat is een echte rechtsstaat, wanneer ieder zijn eigen mening uit mag dragen, maar als er daarbij conflicten ontstaan niet geweld de arbiter is van het meningsverschil maar de rechter.

Gemeenschappen hebben in ons land naar mijn mening geen rechten, tenzij ze rechtspersoonlijkheid hebben. Burgers hebben rechten en daar hoort toe het recht van iedere burger om lid te zijn van de gemeenschap van zijn keuze. Dat is een recht dat geldt zolang die gemeenschap zich aan de hier geldende normen en waarden houdt. Tot die normen hoort bijvoorbeeld de gelijkheid van alle mensen voor de wet en ook het recht op de eigen seksuele geaardheid. Dat laatste weer alleen zolang daar niet de rechten van anderen bij in het geding komen. De redenering dat gemeenschappen as such rechten hebben wantrouw ik. Zij doet denken aan de redenering van een vorig Amsterdams college van B en W, toen dit uit het leerstuk van de scheiding van kerk en staat en het recht op gelijke behandeling meende te kunnen afleiden dat de moslims gelijker waren dan andere religieuze richtingen en dat men de Westermoskee mocht subsidiëren door de grond voor een prijs ver onder de waarde aan het moskeebestuur te verkopen.

Tot het populisme rekent men ook de bezwaren van Wilders en anderen tegen de machtsassumpties van Brussel. Het is onjuist om zijn twijfel aan het nut van een extra Europese bestuurslaag als populistisch af te doen en een gebrek aan Europese gezindheid. Het is een voorbeeld van het onvermogen van het traditionele bestel om out of the box te denken. Men kan best hechten aan de Europese samenwerking, zoals de e.t. prime minister Cameron, en tegelijk van mening zijn dat Europa beter georganiseerd kan worden dan het nu is. Niemand is aantoonbaar gediend met een Brussels parlement of met andere Brusselse instituten, waar eigenlijk alleen doelorganisaties voor de samenwerking aan de orde zouden horen te komen. Om zo’n opvatting rechts-populistisch te noemen is niets anders dan een weigering om er een zinnige discussie over aan te gaan.

Het is waar dat Wilders net als alle succesvolle politici werkt met soundbytes en formuleringen die meer op hun onmiddellijke effect gericht zijn dan dat zij getuigen van diepzinnige politieke overwegingen. Dat wil niet zeggen dat Wilders die overwegingen niet heeft. Of hij ze daadwerkelijk wel of niet heeft weet ik niet. Ik ken de man persoonlijk niet. Maar in het neocon gedachtegoed zit meer verstandigs dan men hier in Nederland voor waar wil houden en Wilders hoort bij die stroming thuis. Hij is in elk geval geen fascist of anderszins iemand wiens democratische gezindheid in twijfel hoort te worden getrokken. Wie dat doet zonder goede redenen ondermijnt het democratische debat. Dat debat en het recht van iedereen om er aan deel te nemen is het hart van de democratie. Zonder die vrijheid zijn op den duur alle andere illusoir.


Dit essay verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp

6 reacties

  1. Bob Fleumer schreef:

    Dit zou de handleiding voor Rutte moeten zijn in het Nieuwe Jaar en voor de 2de kamer die zijn kuddegedrag eens op moet geven alleen al het voorstemmen van de resolutie tegen Israël is een schandvlek op heel Nederland. Dank heer Kasdorp en hopelijk voor ons nog vele bijdragen van uw hand.
    Gelukkig 2018!

  2. Johan P schreef:

    Wat een prachtig stuk aan het einde van het jaar. Uit het hart gegerepen.
    De enige aanvulling die ik nog kan bedenken is dat -ondanks wat men tegenwoordig lijkt te denken- de rechtsstaat niet gelijkstaat aan democratie. Een dictatuur kan een prima werkende rechtsstaat zijn. En zoals duidelijk wordt uit het stuk houdt een democratie niet direct in dat er een werkende rechtsstaat is.

  3. carthago schreef:

    Mooie essay.
    In elk nieuw wetsartikel herken je steeds meer de maker bij de uitvoering ervan , de eussr regentenkliko.

  4. Voight-Kampff schreef:

    Exact JohanP. De spijker op zijn kop.

    Een functionele grondwet is, naast de democratie, ook noodzakelijk om tot een goed functionerende rechtsstaat (afgeleide vorm) te komen.

    Het is dan ook mijn stelling dat de democratie in Nederland goed functioneert, maar dat een functionele grondwet ontbreekt.

    Dit is dan ook de reden dat we te maken hebben met een amorfe trias politica, waar geen enkele macht gescheiden is.

    Voor de wijziging van de grondwet is 2/3 meerderheid bereidt, in twee zittingen van het parlement. Onhaalbaar.

    Het ziet er ronduit slecht uit voor de natiestaat Nederland onder een goed functionerende democratie!!

  5. Cool Pete schreef:

    Heel goed artikel.

    Thierry Baudet had hier een goed boek over geschreven.

  6. Voight-Kampff schreef:

    bereidt = vereist.