DE WERELD NU

Media en populisme – dictatuur van onbegrip

media

Gisteren was er een bijeenkomst van MSM-journalisten in De Rode Hoed over de omgang met het populisme. Zowel tijd, plaats als inhoud hadden niet beter gekozen kunnen zijn. Want begrijpen? Vergeet het maar.

Het verslag in journalistiek vakblad Villamedia leest als een discussie tussen blind-geborenen, die elkaar met gebarentaal proberen duidelijk te maken hoe het voelt om doof te zijn. Er is geen begin van begrip te bespeuren, en de zelfgenoegzaamheid wordt slechts een enkele keer doorbroken door een zekere wanhoop dat er niet meer naar hen – de media – geluisterd wordt. Heel illustratief voor wat ik bedoel was dit:

Wilma Haan van Het Parool: ‘Misschien zijn we wel in verwarring omdat we sinds Fortuyn niet echt meer aan de bal zijn. Tot eind jaren 90 leken we zelf te kiezen, of we bepaalde politici zouden boycotten, of we kritisch over ze zouden schrijven of niet. Nu hebben we te maken met politici die ervoor kiezen om ons niet te woord te staan.’

Om te beginnen ontbreekt hier ten enenmale de rol van internet in de afgelopen 12 à 15 jaar. Wie dat in een analyse buiten beschouwing laat zal nooit snappen wat de ontwikkelingen sinds 2000 betekenen, èn betekenen zullen. Vervolgens is daar de immense zelfingenomenheid met de eigen positie. Het uitermate arrogante leken we zelf te kiezen draagt slechts een suggestie van bescheidenheid en een vleugje van gedachte over de dienende rol die de media zouden moeten spelen. De journalist van weleer liet èn laat zich daaraan niets gelegen liggen; hij voelt zich de koning van scheppend beleid, waarnaar maatschappij en politiek zich maar te richten hebben.

Dit is een weerspiegeling van de arrogantie die de politiek ontwikkeld heeft ten opzichte van de kiezer. Dit was eenduidiger geweest als de MSM hun taak correct hadden uitgevoerd en deze ontwikkeling aan de kaak gesteld hadden. Maar in plaats van de nieuwe mogelijkheden alleen te gebruiken als verbeterd correctiemiddel van politieke uitwassen, ontstond er een soort brij waarin media en politiek tegen elkaar aanschurkten. Die brij benutte de nieuwe mogelijkheden weliswaar, maar niets stopte de ingezette tendens dat steeds meer journalisten zich als marionettenspelers proberen te gedragen. Van de eigenlijke actoren – politici – werd steeds meer verwacht dat ze de overtuigingen van ‘de journalistiek’ handen en voeten zouden geven. Minstens zulke  progressieve handen en voeten als de journalistieke eenheidsworst zelf had. Het laat zien wat er gebeurt als je eeuwig rechtdoor extrapoleert, want dat omschrijft de ontwikkeling van de journalistiek na 1990 nog het beste.

Erg uitgebreid over populisme heb ik het nog niet, vindt u wel? Dat is maar schijn. Want de generatie politici die al tijden wordt weggezet als rechtspopulistisch weet de weg naar de mening van mensen beter te vinden dan de journalisten die vanuit vaste banen de wereld rondom hen duiden moeten. Juist, terwijl in die wereld steeds minder vaste banen zijn. Het is maar een detail, maar toch.

Dat ‘rechtspopulistisme’ is echter een ontzettend generaliserend en slecht passend etiket. Iemand als Pieter Omtzigt vertoont in veel opzichten dezelfde kenmerken als veel politici die ooit in andere partijen begonnen en die we nu (rechts)populisten noemen. Het kenmerk dat populisten vooral van buiten de gevestigde politiek komen omschrijft het al beter – alleen Wilders is daarop een grote uitzondering. Maar daarmee snijdt de definiëring zich in de eigen vingers, omdat het nietszeggend wordt zo te redeneren. Alle politici komen uiteindelijk van buiten de politiek.

Hilarisch was het pedante onbenul waarmee de adjunct-hoofdredacteur van RTL zich in het verbale gewoel staande wilde houden:

Pieter Klein, adjunct-hoofdredacteur van RTL Nieuws, kwam terug op de genoemde ‘verwarring’. ‘Ik bén niet in verwarring! Ik vind het goed dat er populistische partijen zijn. Ze geven een stem aan het volk. Wel denk ik dat de journalistiek nieuwkomers onvoldoende serieus neemt en te veel op de stoel van de macht kruipt.’ Dat neemt hij ook zichzelf kwalijk, benadrukte Klein.

Nietszeggend, en toch dom. Hij zegt hier niets anders dan dat hij van goede wil is, maar moeite heeft zichzelf te veranderen. Als dat is waar het uiteindelijk op neerkomt, is het de hoogste tijd deze klasse van volksopvoeders te parkeren waar zij hoort: onderin de kattenbak.

Mooi is ook hoe het internet uiteindelijk toch de crux van de discussie blijkt:

Het succes van GeenStijl is ongehoord: vier jongens in Amsterdam-Noord die de Nederlandse politiek op een ingrijpende manier kunnen beïnvloeden.’

Pure kift, vermengd met onbegrip. Die voorgeprogrammeerde fixatie waarmee deze journalistieke bijeenkomst GeenStijl beziet is zó kenmerkend voor de atrofiëring van de Nederlandse journalistiek dat het verdere parodiëring overbodig maakt. Vier jongens, neerbuigend gezegd en door de vaderlandse journalistieke fine fleur ook zo bezien. Dat is in een notendop de kern van het probleem: alle berichtgeving wordt eerst tegen de eigen overtuiging afgezet en vervolgens ingekleurd volgens de mores van de verslaggevende. Dat kun je er tegenwoordig nog – indien helder aangegeven – als extra’tje aan toevoegen, maar meer wordt van de MSM niet langer geaccepteerd.

Wie zich binnen de MSM nog herinnert hoe De Volkskrant ooit een idioot-linkse krant was, waarin commentaar en feiten in een onontwarbare kluwen werden gepresenteerd als prutje voor de nieuwsconsument, zou een kans moeten hebben te snappen waar het probleem zit. De Volkskrant heeft zichzelf gesaneerd naar wat zij nu is, terwijl NRC H. zich juist meer de tegengestelde richting in bewoog. Het heeft lang geduurd voor De Volkskrant daarvoor erkenning kreeg, maar de huidige tijd verwacht van de journalistiek nog een verdere stap in dezelfde richting. Meer pluriformiteit, en meer objectievere berichtgeving. De snel slinkende oplages laten zien dat er niet veel tijd meer over is. Want die vier jongens in Amsterdam-Noord beheren het belangrijkste MSM-medium van Nederland na de NOS. Wie dat ontkent is reddeloos.

6 reacties

  1. Erik schreef:

    De vroeger toen de pers ook gelijkgeschakeld was, was dat tijdens de oorlog, nu is ze al voor de oorlog gelijkgeschakeld en is ze dus een doel tijdens die komende oorlog om haar weer te bevrijden.

  2. Cool Pete schreef:

    De serieuze journalisten niet te na gesproken te hebben;

    maar de meesten zijn:
    “Journalisten”: afgezakt zijn tot laffe manipuleerders / propagandisten / “activisten”,
    OP KOSTEN VAN DE BELASTINGBETALER ! ….
    “Jounalisten”: schijnheilige betweters, die alleen maar er op uit zijn anderen hun mening op
    te dringen, anderen de les te lezen …..
    “Journalisten”: bedil-zuchtige, heerszuchtige bekrompen pennen-likkers, die zwaar aan
    zelf-overschatting leiden, die er geen been in zien de democratie de facto om zeep te
    brengen, die de onafhankelijkheid van nieuwsgaring kapot maken, die de vrijheid van meningsuiting verkrachten, en er “heilig” van overtuigd zijn, dat ze “de waarheid in pacht hebben” ….
    Heeft zulks dan geen enkel besef, wat eerlijkheid is ?
    ERGER EN SCHADELIJKER IS ER NIET !!!

    De oorzaak van dit uiterst schadelijke ge-etter, is: SUBSIDIERING !
    Zonder de subsidiering van kranten, weekbladen, televisie-zenders,
    en zonder het verplichte lidmaatschap van de belastingbetaler op die verziekte
    “publieke omroep”, zijn de Staats-Omroep,
    ZOU HET IN ONS LAND ER HEEL ANDERS AAN TOE GAAN:
    zouden de mensen WEL hun mening kunnen geven, en politici dwingen naar hen te
    luisteren: zoals het hoort in een DEMOCRATIE !

  3. wim schreef:

    Las eens: “Journalisten schrijven wat iemand anders niet openbaar wenst te zien. Al het andere is PR, propaganda.”

  4. - schreef:

    Ze hebben geen concept van ‘waarheid’ meer, in plaats daarvan zijn ze meegegaan in de zelfcensuur en het idee dat als je dingen maar niet zegt er geen problemen zijn en ze herkennen geen dubbele standaarden, dat is waarom ze niet serieus te nemen zijn.

  5. carthago schreef:

    Dit artikel is de ultiem gewenste frisse wind over het msm moeras!
    De meeste “journalisten”doen slechts een bijdrage aan een krant om de benodigde dikte ervan te behalen welke nodig is om hun gehele redactie te kunnen voorzien van voldoende wc papier als gevolg van hun productie van zoveel overtollige en ongefundeerde diarree.

  6. carthago schreef:

    Prachtige foto van de auteur overigens! 😃