DE WERELD NU

Het kan hypocrieter, politieke benoemingen bij Groen (bis)

Toen ik bovenstaande titel voor het eerst gebruikte, was er heisa rond politieke benoemingen bij N-VA en een discussie tussen voorzitter van N-VA Bart De Wever en voorzitter van Groen Meyrem Almaci. Die laatste noemde ik een hypocriet wegens de geschiedenis van Groen in dezelfde praktijk. Vandaag is er opnieuw een rel met dezelfde verwijten. Tijd voor een update.

Damned if you don’t…

Wat is het nu weer? Een kabinetchef van Liesbeth Homans (N-VA) is benoemd tot topambtenaar in de Vlaamse administratie. Een van de motiveringen is dat deze de visie van de minister deelt, aldus Ingrid Pira (Groen).

Dit is een zeer pijnlijke affaire voor de N-VA. In mijn eerdere blog kon N-VA zich nog excuseren, toen ging het om een politieke benoeming in de raden van bestuur. N-VA zweerde toen dat ze niemand gingen benoemen op basis van partijkaart in de ambtenarij.

Nu kan de N-VA zich niet meer indekken. Ja, dit is een politieke benoeming pur sang. Ja, N-VA heeft hierbij één van hun verkiezingsbeloften verbroken.

Het antwoord van Liesbeth Homans is zwakjes. Ja, haar kabinetchef heeft een uitgebreide selectieprocedure van een extern aanwervingsbureau doorlopen. Dit neemt niet weg dat drie anderen dit ook hebben gedaan maar dat de kern van de Vlaamse regering beslisten dat haar kabinetchef de benoeming kreeg.

Dit is het probleem: politici wegen en wikken en de onafhankelijken beschikken. Partijkleur is hierbij meer doorslaggevend dan competenties. Dit hoeft niet noodzakelijk echt zijn gebeurd maar de perceptie blijft.

Bovendien, op basis van wat wordt tijdens de procedure eigenlijk geselecteerd? Homans is correct dat het niet ongewoon is dat een minister de krijtlijnen uittekent. Pira is hier een ongelofelijk vuil spel aan het spelen. Maar moet überhaupt de minister “verwachtingen” hebben die een kandidaat moet waarmaken?

Maar ik moet niet naïef zijn. Politieke benoemingen zijn onderdeel van het particratisch systeem dat in België gebetonneerd is. Een minister die een nieuw beleid moet voeren kan dit niet doen als deze de administratie tegen heeft. Ja, apparatsjiks benoemd door andere partijen kunnen intern oppositievoeren en het kan best vuil aan toegaan. Opeens tijdens de begroting “foutjes” maken bijvoorbeeld.

Dit is een klassiek voorbeeld van damned if you do, damned if you don’t. Indien men niet aan politieke benoemingen doet dan kan men de administratie niet vertrouwen indien men wel aan politieke benoemingen doet dan bevestigt men de particratie. Ambtenaren worden veel langer dan een legislatuur benoemd en onttrekken zich van het democratisch proces. Of zoals een ambtenaar het zei:

“De echte macht ligt bij ons, de ambtenaren. Wij zijn de enigen die een langetermijn­beleid voeren. Onze ministers hebben geen tijd voor beleid, zij zijn te veel met politiek bezig. We beschouwen hen als onze marketingmanagers: zij verkopen ons beleid aan de buitenwereld.”

Dat is het verdriet van de democratie: de echte macht ligt bij de bureaucraten, niet de partijen. Partijen reageren hierop met politieke benoemingen. Is dit niet zorgelijker? Dilemma, dilemma!

Privé en partijpolitieke corruptie
Wat ook een oplossing is, is het benoemen van kabinetsmedewerkers eveneens uit de handen van de politiek houden. Dit klinkt simplistisch, de werkelijkheid is veel ingewikkelder.

Zo was er een drietal maandjes geleden een relletje rond de ex-kabinetchef van Johan Van Overtveldt (N-VA). Na de carrière gaan kabinetsleden vaak naar de privé. Zo ook de ex-kabinetchef, hij richtte samen met een compagnon een advocatenkantoor op. Op zich niets mis mee, die mensen mogen ook een leven hebben.

Alleen ging dit advocatenkantoor zich specialiseren in het aanvechten van excessive profit rulings, diezelfde ruling die de kabinetchef had moeten goedkeuren. Het gebruiken van intern opgedane ervaring tegen de voormalige werkgever vond Kristof Calvo (Groen) terecht deontologisch not done.

Boswachter wordt stroper“, zei een politiek filosoof schamper. Maar of zijn suggestie van een ontluizingsperiode gaat werken, betwijfel ik. Zou het deontologisch ok zijn als deze na 2 jaar datzelfde advocatenkantoor zou oprichten? Gedane ervaring laat zich niet vanzelf uitwissen.

Ook Neelie Kroes, ex-eurocommissaris van Digitale Zaken, kwam in een mediastorm terecht. Als eurocommissaris was zij pro-Uber en reageerde ze verbolgen toen België Uber verbood. Na haar mandaat ging ze zetelen als hoofd van de adviesraad van datzelfde Uber. Zelfs bij TerZake konden ze dit niet passeren en bovendien confronteerde Kroes met eerdere beloftes om niet in het bedrijfsleven te stappen.

Ik zal maar zwijgen over de rol van Luc van den Bossche in het Optima-schandaal, over die beerput kan je een boek schrijven. Een ding is duidelijk: Optima kon door de contacten van van den Bossche bij sp.a (en vooral partijgenoot en voormalig staatssecretaris voor Fraudebestrijding John Crombez) de deksel dichthouden.

Ex-politici in de privé kunnen dus ook veel schade berokkenen. Misbruik van opgedane kennis, partijcontacten en andere vormen van belangenvermenging zijn schering en inslag.

Middenveld en ideologische conformisme
Ex-kabinetsmedewerkers en ex-politici mogen niet naar de ambtenarij, mogen niet naar de privé (of na een totaal absurde “ontluizingsperiode”), waar mogen ze dan wel naartoe? Het doet mij denken aan het liedje van Het Goede Doel: “Waar kan ik heen? Ik kan niet naar….” en dan somt de zanger redenen op waarom andere landen niet beter zijn dan België (oh ja, toen scoorden belgicistische liederen nog).

Maar ik dwaal af, waar kunnen ze heen? Het middenveld! Naast de bureaucratie en de particratie is België bekend om zijn “zuilcratie”. De verwevenheid van politiek en zuil is bekend en zelfs in deze “ontzuilde” samenleving zijn het de zuilen die de lakens uitdelen. Als één van de drie zuilen (socialisme, christendemocratie en liberalisme) niet vertegenwoordigd is in de regering (zoals nu) dan krijgt de regering heel het apparatus op zijn dak (ergo politieke stakingen en emotionele chantage). All bets are off, de premier wordt opgeknoopt en er wordt gewenst dat hij nooit geboren was. Nasty!

Maar ik wil het vandaag niet over het ABVV of ACOD hebben. De traditionele zuilen hebben het voordeel van de twijfel. Elke burger weet hoe het werkt. Maar wat als er nog een zuil was? Hierbij sluit ik mij aan op mijn vorige blog waarbij ik de politieke verstrengeling met de milieu- en ontwikkelingssamenwerkingorganisaties aan de kaak stelde.

Laat ik nog even samenvatten en uitbreiden hoe Groen hier heer en meester is:

  • Els Keytsman, ex-kabinetsmedewerker Agalev-minister Aelvoet, ex-directeur Vluchtelingenwerk Vlaanderen, huidig co-directeur Unia.
  • Leen Laenens, ex-kamerlid van Agalev, ex-voorzitter Oxfam-Wereldwinkels, mede-oprichter Vlaams Overleg Duurzame Ontwikkeling (overlegorgaan met o.a. 11.11.11), ex-coördinator wetgeving en ex-directeur BioForum Vlaanderen en huidig voorzitter Velt.
  • Barbara Van Dyck, dochter van Leen Laenens, leider Field Liberation Movement en huidig onderzoekster bij KULeuven.
  • Sara Van Dyck, ex-kabinetsmedewerker van sp.a ex-minister Vandenbroucke, mogelijk familie van
  • Barbara Van Dyck (heb ik niets over gevonden maar zou het toeval zijn?) en huidig medewerker Klimaat Bond Beter Leefmilieu.
  • Marianne Vergeylen, ex-kabinetchef van Agalev-ministers Aelvoet, Tavernier en Byttebier, ex-directeur BioForum Vlaanderen en huidig directeur Vredeseilanden.
  • Lieve Vercauteren, ex-programmadirecteur Vredeseilanden, huidig directeur BioForum Vlaanderen en is van groene signatuur.
  • Jan Vannoppen, huidig directeur Velt, overgestapt van Vredeseilanden en is van groene signatuur.
  • Relinde Baeten, ex-eindredacteur Bladgroen (partijblad Agalev), ex-directeur Velt, ex-schepen Groen
  • Rotselaar, huidig kernlid Groen Rotselaar, huidig voorzitter Ecolife, huidig bestuurder Ecopower.
  • Vera Dua, ex-kamerlid Groen, ex-minister en ex-voorzitter Groen en huidig voorzitster Bond Beter Leefmilieu.
  • Danny Jacobs, ex-communicatie Vredeseilanden, huidig directeur Bond Beter Leefmilieu, bestuurslid BOS+, lid van de ecologische kamer van FSC België en is van groene signatuur.
  • Guido Van Hecken, ex-kabinetchef van Agalev-staatssecretaris Boutmans en huidig voorzitter Raad van Bestuur Oxfam-Solidariteit.
  • Eddy Boutmans, o.a. ex-staatssecretaris Agalev, ex-voorzitter vrienden van Cuba en huidig voorzitter Unicef België.
  • Jos Geysels, o.a. ex-voorzitter Agalev en huidig voorzitter 11.11.11, huidig voorzitter Vlaams Fonds voor de Letteren.
  • Magda Aelvoet, o.a ex-minister voor Agalev, huidig verkozene gemeenteraadslid Groen Leuven (mandaat niet opgenomen) en huidig voorzitster Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling.
  • Dirk Holemans, ex-Vlaams Parlementslid, ex-secretaris en ex-voorzitter Agalev, huidig voorzitter & hoofdredacteur Oikos, huidig voorzitter en fractieleider Groen Gent.
  • Chris Steenwegen, ex-kabinetschef van Agalev-ministers Dua, Sannen en Tavernier, huidig directeur Natuurpunt.
  • Bart Holvoet, ex-medewerker Wereldsolidariteit, huidig directeur FSC België (FSC = Forest Stewardship Council), bestuurslid BOS+ en is mogelijk van groene signatuur.
  • Lily Deforce, ex-medewerker Vredeseilanden, ex-medewerker Procter & Gamble, ex-medewerker zaadbedrijf Somers Seeds en tot juni 2016 directeur Max Havelaar/Fairtrade Belgium en bestuurslid FSC België en is mogelijk van groene signatuur.
  • Vincent De Brouwer, ex-medewerker Vredeseilanden, huidig bestuurslid Alterfin (alternatieve kredietgever), bestuurder Bank of Africa, huidig directeur Greenpeace België en is mogelijk van groene signatuur.
  • Chris Claes, bestuurslid Alterfin, strategisch adviseur Vredeseilanden en is waarschijnlijk van groene signatuur (tekende anti-GGO brief).
  • Joost Callebaut, 11de opvolger federale verkiezingen 2004 Groen!, bestuurder VIBE (Vlaams Instituut voor Bio-Ecologisch bouwen & wonen), was volgens 11.11.11 een advocatenkantoor met sociaal en ecologisch profiel (niet meer in lijst huidige aan 11.11.11 gelieerde organisaties).

Ongetwijfeld is dit nog maar de top van de ijsberg. Voor politici is de groene link duidelijk maar bij een paar anderen is het niet duidelijk. Dit vergt meer onderzoek dan ik kan doen.

Een paar dingen zijn wel duidelijk. De spilorganisaties van de groene zuil zijn Vredeseilanden, Natuurpunt, BioForum Vlaanderen, Velt en Oxfam. Via verscheidene overlegorganen (Bond Beter Leefmilieu, Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling, 11.11.11, BOS+ en FSC België) ontmoeten zowel de milieupoot, agroecologische als de ontwikkelingssamenwerkingspoot elkaar zeer vaak. Via Oikos, DeWereldMorgen en MO* magazine kunnen zij onbeperkt en kritiekloos hun ideeën verspreiden.

Omdat alle directeurs, voorzitters, bestuursleden en topmedewerkers direct of indirect met de partij Groen te maken hebben, zullen zij eendrachtig de partijstandpunten van Groen als zogezegd “onafhankelijke” organisaties vertolken. Elk van deze organisaties worden volop gesubsidieerd door verschillende regeringen. Toen het duidelijk werd dat hierin werd gesnoeid dan gingen de dames en heren van de groene zuil schaamteloos onder elkaar overleggen hoe en bij wie ze geld kunnen halen.

Het is dan ook makkelijk om brieven te ondertekenen tegen de regering, men denkt dat er een breed uitgedragen protest is vanuit het middenveld. In werkelijkheid zijn het een groepje gelijkgestemden die eendrachtig oppositievoeren, georkestreerd door de groene partij. Dit clubje doet zich groter voor dan dat ze echt zijn.

Ik vind de groene zuil erger dan de traditionele zuilen. Waarom? Bij de traditionele zuilen heb je nog keuzemogelijkheden; vind je ABVV maar niks dan kan je lid worden van ACV. Vind je Groen maar niks en ben je milieubewust, dan heb je gewoon pech. Elke milieuorganisatie is geïnfiltreerd door Groen. Je zal nooit kunnen opklimmen want uw baas, diens baas en de bazen erboven zijn allemaal Groen-apparatsjiks. Wie niet conformeert of een partijkaart heeft, die is eraan voor de moeite. Bij ACV vind je critici tegenover CD&V omdat de mensen dit verwachten. Van de milieuorganisaties moet je geen kritiek verwachten op Groen. Ze zijn natuurlijk allemaal ex-Groenen!

Het is dus sterk af te raden dat politici en kabinetsmedewerkers verkassen naar het middenveld want dit versterkt de particratie en de zuilen.

Conclusie
Politici en kabinetsmedewerkers: ze worden nergens graag gezien door de burger, ze zijn een paria. Van politici wordt nog altijd verwacht dat ze carrièrepolitici zijn: beginnen lokaal, worden volksvertegenwoordiger, minister en gaan dan met ‘politiek pensioen’ als volksvertegenwoordiger of burgemeester.

Vanaf dat ze in de politiek stappen, kunnen ze niet meer terugkeren. Wantrouwen achtervolgt hij/zij die na een korte passage op een kabinet ambtenaar wordt of als fin-de-carrière adviseur bij een bedrijf of bestuurder bij een NGO worden. Niemand ontsnapt aan het gevoel dat daar waar een politicus verschijnt, corruptie en vriendjespolitiek niet ver weg zijn.

Zoals Leo Neels het zei: “Van politici verwachten we dat ze nobel en goed zijn, maar we behandelen ze als tuig van de richel.” Ook een jonge politica waarschuwt voor al te hard pessimisme over politici door de burger. De twee opiniemakers vergeten één ding: de bewijslast ligt bij de politicus, de burger is enkel rechter, jury en beul. De rol van advocaat moeten politici zelf opnemen.

Het zou een goed begin zijn mochten kabinetschefs geen topambtenaren worden en gebuisde politici niet het middenveld gaan infiltreren.


Dit artikel verscheen eerder bij De Mondige Student.