DE WERELD NU

Het geval-Weekers. Regie: nul

De zaak Weekers kent vele vreemde kanten. Het totale gebrek aan politieke regie mag daarbij niet onvermeld blijven.

Wat bij de zaak-Weekers steeds vreemder aan begint te doen, is het totale gebrek aan politieke regie. Zodra aftreden van een bewindspersoon aan de orde komt, is het de meest logische gang van zaken dat de premier en zijn tegenhangers van de regeringspartijen zich ermee bemoeien gaan. Naar de mores van de Haagse werkelijkheid wordt het pas serieus als de premier en de leiders van de regeringspartijen het strijdperk betreden.

Maar tot nog toe geeft niemand een kik.

In principe is een aftreden van Weekers altijd onderdeel van een groter verband, en nu is dat overduidelijk niet anders. Een van de eerste grappen die vorige week de ronde deden na de partijraad van de PvdA over de illegaliteitskwestie, was dat nu Samsom zijn rug had recht gehouden, Weekers politieke doodvonnis was getekend. Het gespartel van Weekers laat echter zien, dat hijzelf er anders over denkt. Wat op zijn minst tamelijk bijzonder is, gezien de feiten die voortdurend opborrelen. Weekers moet niet alleen weg – de vraag is ook waarom hij nog niet weg ìs. De politieke schade is namelijk groot, en groeit nog dagelijks. Het duurt allemaal veel te lang, en de stank van verrotting wordt penetrant. Maar premier Rutte is in geen velden of wegen te bekennen.

Tot nog toe gaat de strijd vooral tussen kritische Kamerleden en de Staatssecretaris van Belastingen. Die Kamerleden zijn niet de eerste de beste, maar ook de fractievoorzitters hebben zich tot nog toe buiten het gekrakeel gehouden. De Kamerleden zijn duidelijk aan de winnende hand – de positie van Weekers is naar normale politieke maatstaven volstrekt onhoudbaar, zodat het de hoogste tijd is hem te vervangen. Hetgeen overleg tussen de leiders van de regeringspartijen vereist. Maar openbaar is ook daarover nog nada, nichts, nitzsjewo vernomen.

Aan de positie van Weekers zit één bijzondere kant, en dat is de Europese baan van zijn politieke baas op het ministerie van Financiën. Minister Dijsselbloem heeft het erg druk met de Eurogroep. Zó druk, dat hij vrijwel uit het Nederlandse nieuws verdwenen is. Raar, voor een minister van Financiën. En de ministeriële plek aan de Europese onderhandelingstafel wordt nu vaak ingenomen door de vervanger van de minister: Fraanske Weekers.

Over die EU-insteek moet niet te licht worden gedacht. De belangen die Weekers in Brussel verdedigen moet zijn enorm, en inwerken kost maanden. Maar tegelijkertijd zou ook dat moeten pleiten voor een snelle afhandeling, aangezien iemand die in eigen land bungelt nooit een sterke onderhandelingspositie hebben zal.

Het gespartel van Weekers, die dankzij parallelle problemen – binnen de andere regeringspartij en met collega Teeven – lijkt te denken nog aan zijn politieke lot te kunnen ontsnappen, doet onfris aan. Dat de staatssecretaris gelogen heeft, en daar steeds meer een gewoonte van lijkt te maken, is kraakhelder, politiek onaanvaardbaar en moet consequenties hebben.

Het gebrek aan regie tot nog toe leidde er al toe dat er komende week een debat op de rol komt te staan, waarvan de uitkomst er maar één zijn kan. Nog steeds geen premier Rutte in beeld. Dat Samsom zich er tot nog toe buiten houdt is niet vreemd – het is een VVD-probleem, het is een kabinetsprobleem. Niet zijn eerste verantwoordelijkheid, en hij heeft andere zorgen met zijn partij. Maar dinsdag moet hij aanwezig zijn om een politiek oordeel uit te spreken over het lot van Weekers. En dat kan niet anders dan negatief zijn. Het in het zadel houden van Weekers is iets dat deze coalitie zich eenvoudig niet veroorloven kan. Niet alleen raakt het gelieg een kerndoel van de VVD (fraudebestrijding), maar tevens de PvdA-leus van 2012: ‘het eerlijke verhaal’ begint ondraaglijk te stinken.

Kortom: waar is Rutte?

 

 

Eerder verschenen op Dagelijkse Standaard