DE WERELD NU

Heldring

Heldring

Wie Chirac in het openbaar een engerd noemde, in de tijd dat die man nog president was van Frankrijk, mocht van Jérôme Heldring geen minister blijven in Nederland.

Die man een engerd noemen was een belediging van een bevriend staatshoofd, vond hij. Los van het feit dat een publieke belediging getuigt van slechte manieren, deed het de relatie Nederland en Frankrijk geen goed, legde Heldring uit en zonder dat daar enig voordeel tegenover stond. Ik vond dat een rationeel betoog.

Chirac is een engerd, daar zijn de Fransen zelf intussen ook wel achter. Hij was voor hij President de la République werd de burgemeester van Parijs. Hij heeft daar zijn machtsbasis gehouden. Corruptie is troef in Parijs en Chirac werd door de rechter opgeroepen om daar over te komen getuigen, iets wat hij weigerde te doen. Die weigering was formeel gebaseerd op dezelfde gronden die President Nixon in de Watergate affaire aanvoerde: een president die getuigt voor een rechtbank, dat zou een inbreuk betekenen op de scheiding der machten zoals Montesquieu die beschreven heeft in De Geest van de Wetten. Daarnaast weigerde Chirac waarschijnlijk ook omdat hij ponden boter op zijn hoofd had en vrij zeker wist dat hij en zijn partij slechte kansen zouden maken in de volgende verkiezingen als hij zich in het getuigenbankje had laten zien.

De socialistische premier van Frankrijk, die zijn Franse klassieken net zo goed kende als de president, heeft wel getuigd toen hem dat gevraagd werd en terecht. Alleen de koning staat boven de wet en een president is geen koning. Dat Franse politici hun afkeur van Chirac niet openlijk betuigden toen hij nog aan de macht was, heeft ermee te maken dat hun woordgebruik wat hoffelijker is dan dat van onze ministers, maar niet omdat ze het met de inhoud van de door Heldring veroordeelde uitspraak niet eens zouden zijn.

Zouden wij het erg vinden als een buitenlander, een Fransman of een Duitser, een Nederlandse politicus een engerd zou noemen? Den Uijl bijvoorbeeld, als wij het daar zelf mee eens waren? Ik denk het niet. Van mij mag iedere buitenlander Aantjes of Den Uyl diskwalificeren en nog harder dan men dat hier met Chirac deed. Ik herinner me ook nog helder dat van Agt in kringen van de NRC zo onbeleefd behandeld werd, toen hij premier was in dit land. To call a spade a spade moet kunnen, het bevordert de helderheid van het politieke debat en ministers hoeven daar van mij niet voor af te treden. Maar schelden blijft natuurlijk ordinair.


Dit artikel verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp