DE WERELD NU

Groeiende bankschandalen: LIBOR en EURIBOR

Het LIBOR-bankschandaal dat een paar maanden geleden op gang kwam met een onderzoek naar de Britse grootbank Barclays, blijkt steeds diepere wortels te hebben. Niet alleen zijn diverse Amerikaanse grootbanken er eveneens bij betrokken, ondertussen is ook een onderzoek gestart naar manipulatie van EURIBOR, de euro-tegenhanger van LIBOR. Een eerste overzicht.

LIBOR en EURIBOR zijn dagelijks vastgestelde rentetarieven, die banken gebruiken voor hun onderling leenverkeer. Daarvan afgeleid worden de rentes die banken elkaar en hun klanten in rekening brengen, maar ook de rente die spaarders wordt vergoed. Niet onbelangrijk, bovendien hebben deze tarieven directe invloed op de rente die op staatsleningen moet worden betaald. Overheden hebben er dus ook een belang bij, en dat is waarom dit schandaal zulke fundamentele gevolgen zal hebben.

In feite gaat het hier om een tamelijk antieke manier van tariefbepaling, die enige honderden jaren teruggaat. Deze tarieven reflecteerden tot op zekere hoogte (het vertrouwen in) de stand van de economie van een bepaalde valuta. Dat zie je terug in de manier waarop ze tot stand komen: dagelijks geven een aantal geselecteerde topbanken vóór 11.00 uur de tarieven door, die ze verwachten als basis voor hun handelen van de aankomende dag te zullen hanteren. In het geval van LIBOR zijn dat 16 banken. Van de 16 doorgegeven tarieven, worden de hoogste en laagste vier buiten beschouwing gelaten, waarna van de resterende acht een rekenkundig gemiddelde genomen wordt. De uitkomst hiervan is wat die dag als het LIBOR-tarief geldt. EURIBOR wordt vergelijkbaar bepaald op basis van de gegevens van 44 banken uit de Eurozone, al wordt dit tarief slechts eens per maand vastgesteld.

De wijze van prijsbepaling door banken
Om de tarieven voor klanten te bepalen, gelden vervolgens diverse opslagen: winstopslag, een opslag voor banken en klanten waarvan de kredietrating als minder aanlokkelijk wordt beschouwd, en zo voort. En in dat laatste zit vanzelfsprekend de kneep, omdat banken zelfstandig mogen bepalen hoe en met welke opslagen LIBOR aan hun klanten doorberekend wordt. De banken die kennis hadden van het systeem konden zichzelf bij lage opgegeven rentes dus compenseren met een hogere opslag. En juist deze grootbanken hebben een primaire functie binnen het financiële leenstelsel, zodat het niet mogelijk is hen via concurrentie te dwingen deze vorm van oplichting te staken.

Het zwakste punt van LIBOR, is dat het niet meer is dan een uitgesproken verwachting van de gehanteerde tarieven. Vanzelfsprekend wil een bank de ruimte hebben om in geval van heftige fluctuaties en acuut veranderende marktomstandigheden haar tarieven snel te kunnen aanpassen. Maar het laat alle ruimte aan georkestreerde manipulatie, en dat is wat hier is gebeurd. Statistisch gezien is het vrijwel onmogelijk dat in het geval van LIBOR minder dan 13 banken bij dit schandaal betrokken moeten zijn geweest. Dat was de kracht van het gehanteerde model, maar in tijden dat de banksector steeds meer als blok tegenover de rest van de wereld kwam te staan, ook haar zwakte.

Politieke betrokkenheid
Barclays kwam een paar weken terug met de Britse en Amerikaanse autoriteiten een schikking van $463 miljoen overeen, en vorige week verdwenen zowel de voorzitter van de Raad van Bestuur, de CEO als de CFO van de bank. Maar het schandaal is pas begonnen, aangezien CEO Bob Diamond verklaarde dat Barclays tenminste werd aangemoedigd door een onderdirecteur – Paul Tucker – van de Bank of England.

Een serie mails tussenbeide heren die hierop openbaar werd gemaakt, suggereert inderdaad een betrokkenheid, al kan een direct verband hieruit niet gedestilleerd worden. Diamond werd openbaar verhoord door een enquêtecommissie van het Britse parlement, maar helderheid verschafte dit verder niet.

Desalniettemin is dit een politiek mijnenveld, omdat deze praktijken begonnen toen de Labour-regering nog stevig in het zadel zat. Tories en Labour zijn na een aarzelend begin nu begonnen met steeds hardere wederzijdse beschuldigingen. Jammer genoeg verkleint dit de kans dat de gehele waarheid ooit boven zal komen, omdat politici er weinig belang bij hebben dat het publiek uitvoerig uit de doeken wordt gedaan hoe zwak het eigenlijk beschermd is tegen bancaire manipulatie die in samenzwering wordt gepleegd. Dat men nu lijkt te zullen uitkomen op een misverstand binnen de bank wijst daar op.

Dat het bijzonder onwaarschijnlijk is, dat iemand een dergelijk grootschalige fraude op stapel zet zonder politieke rugdekking lijkt bijzonder onwaarschijnlijk, zeker ook gezien de noodzaak er meerdere collegabanken bij te betrekken. Onder degenen die profiteerden was immers niet in de laatste plaats de Bank of England. De manipulatie van LIBOR had onder meer tot gevolg – en op zich was dat niet het slechtste element ervan – dat er olie op de golven van de bankencrisis van 2008 werd gegoten. Zie voor dat effect ook de grafiek onder deze link.

Het belang van regels
Helaas, zoals vrijwel altijd in geval van een benificiaire ontduiking van verstandig vastgelegde regels, wist men waar men begon, maar niet waar men eindigen moest. Als deze truc begin 2009 was beëindigd, zou je achteraf kunnen vaststellen dat het een nuttige bijdrage had geleverd, door te voorkomen dat de financiële paniek van 2008 onbeheersbaar werd. Maar het bleek te verleidelijk het voort te zetten.

Hier dringt zich een parallel met het buigen van de regels voor de ECB op. Dat er thans van verscheidene kanten wordt aangedrongen op regulering van tarieven als LIBOR en EURIBOR door middel van overheidscontrole beschouw ik daarom als een gotspe. Het middel is erger dan de kwaal, aangezien het het toch al wankele vertrouwen in ons huidige financiële systeem nog verder zal verzwakken.

In de USA komt ook steeds meer aandacht voor dit schandaal. De NY-Fed bleek al een tijdje op de hoogte.

Wordt ongetwijfeld vervolgd met een uitbreiding naar het EURIBOR-tarief.

 

 

Eerder verschenen op Dagelijkse Standaard.