DE WERELD NU

Duitsland: op weg naar een referendum – maar waarover precies?

Dit weekend werd door Duitse politici van over het gehele spectrum gesproken over de wenselijkheid om in Duitsland een referendum te houden.

Het is een intrigerende gedachte, een Duits referendum. Maar de vraag die het electoraat gesteld zal worden is praktisch gezien belangrijker dan het feit op zich. Niet alleen is de formulering essentieel voor de te verwachten uitslag, ook de wijze waarop een groter onderwerp gebruikt wordt om die vraag in te verpakken kan blijken van groot belang te zijn. Wat de Duitse politici thans zo aan lijkt te trekken in een referendum, is dat het hen ontslaat van de verantwoordelijkheid besluiten voor toekomstige generaties te nemen die hun carrières kunnen maken of breken. Cynisch gezegd, maar met een hoge realiteitswaarde.

Afgelopen weekend iel in Der Spiegel een prima analyse te lezen van de drie scenario;’s waarop Angela Merkel – vandaag weer terug van vakantie – haar keuze kan laten vallen.

1) Vrijwillig – Dit is de optie waarop nu mogelijk wordt aangestuurd. Dit zou de Bondsregering de kans geven instemming met een politieke unie te verpakken in een complete wijziging van de Duitse Constitutie. Dat de Beierse zusterpartij van Merkels CDU – de CSU – een verklaard tegenstander van verdere integratie in de Eurozone is, maakt dat dit een hachelijke onderneming kan worden.

Opvallend is dat alle partijen binnen de Duitse coalitie voorstander van een dergelijk referendum zijn, maar zoals al opgemerkt: de CSU is tegen EU-wijzigingen, en denkt dat punt in een referendum te kunnen winnen. Maar de vorm – een totale nieuwe Constitutie voor Duitsland – zou de CSU nog wel eens kunnen verrassen.

2) Gedwongen – Dit kan ontstaan als het Duitse Constitutionele Hof (BVG) in Karlsruhe op 12 september blijkt te constateren, dat de Duitse Constitutie niet is toegesneden op de ontstane situatie, en dat van de bevolking een beslissing moet worden gevraagd. Dat is minder vreemd dan het op het eerste gezicht lijkt, aangezien formeel de Duitse Constitutie niet meer is dan een voorlopige constructie in afwachting van een definitieve regeling.

Dit had te maken met de verwarde situatie waarin Duitsland zich na WW II bevond, en de verwachting dat de verdeling in Oost en West weer ongedaan zou worden gemaakt. Toen in 1990 beide delen inderdaad weer werden herenigd, bleken de Duitse politici om praktische redenen de voorkeur te geven aan een sluipweggetje om een volledige grondwetsherziening te kunnen ontlopen. Die situatie is nooit hersteld, maar met fundamentele wijzigingen vanwege de EU in het vooruitzicht, kan die situatie dringend blijken te zij geworden.

3) Europees – variant drie is meer een soort truc – althans vanuit het perspectief van eurocritici. Het idee omvat een Europabreed referendum over de wenselijkheid van een politieke unie. Niet per staat georganiseerd, maar ondr de volledige bevolking van de unie, en bloc. In feite komt dit in geval van een Ja neer op een collectieve afschaffing van de soevereiniteit van individuele staten. Voor sommige staten zou akkoord gaan met een dergelijke constructie op zich al weer een grondwetswijziging of referendum vereisen, en door het vereiste tijdspad verwacht ik niet dat het hier ooit van komt.

Bijkomend argument is dan nog, dat een Europabreed referendum vermoedelijk nog veel moeilijker te winnen zal blijken dan iets dergelijks in één staat. Een referendum als in Nederland in 2005 heeft overtuigend aangetoond, dat de sentimenten aangaande onafhankelijkheid de reguliere electorale trouw aan partijen met gemak overstijgt. De afgelopen tien jaar zijn door heel Europa EU-kritische partijen ontstaan, en in een referendum over een dergelijk fundamenteel besluit is niet veel nodig om een Nee-campagne te doen slagen.

Curieus genoeg schijnt juist deze variant leden van de EC aan te spreken – wat opnieuw illustreert welk een afwijkend universum door hen wordt bewoond. Het is een gok met extreem slechte kansen. Daar bovenop komt dan nog, dat dit niet iets is dat je om de drie maanden proberen kunt. Een Nee zal een verdere Europese integratie met jaren vertragen, wat de uitleg van de Eurocraten ervan ook worden zal.

Wat binnen Duitsland ook besloten wordt, de conclusie is gewettigd dat er opnieuw uitstel van een regeling van de positie van het ESM aan de horizon verschenen is. Of dat Spanje en Italië zich dat nog veroorloven kunnen? De euro sukkelt op dit moment niet al te zeer verstoord door over het zijden draadje dat Draghi’s leugens en dreigementen twee weken terug hebben gecreëerd. Niemand weet hoe lang dat nog goed kan gaan, al garandeer ik u dat een aankondiging op 12 september van de noodzaak van een Duits referendum door het BVG volstrekt dodelijk zal zijn.

Dat werpt een iets ander licht op de huidige bereidheid van de Duitse politiek om over een referendum na te denken. Mogelijk kan de euro het zich niet veroorloven te wachten tot op 12 september deze stap afgedwongen wordt. Zonder zelf iets te doen, heeft het BVG door zijn uitstel de druk op de Bondsregering sterk vergroot. Merkel en haar bondgenoten moeten ook nog zien in 2013 een landelijke Duitse Bondsdagverkiezing door te komen. De komende weken worden daarom bijzonder interessant, ook omdat een te vroege aankondiging van een referendum van invloed kan zijn op de verkiezingen in Nederland.

 

 

Eerder verschenen op Dagelijkse Standaard.