DE WERELD NU

Democratie en haar wortels in een samenleving

Democratie

Democratie is niet alleen maar een manier van regeren. Het is een manier van samenleven. Zoiets valt niet zo maar uit de lucht.

De Neocons hebben geprobeerd haar in Irak in te voeren. De Tweede Golfoorlog, die in naam van de democratie werd gevoerd, is een mislukking gebleken. Ze heeft veel gekost en niets opgeleverd. Het geweld en de onderlinge tegenstellingen in Irak zijn niet minder dan zij vroeger waren, in de tijd van Saddam Hoessein.

In geen enkel Arabisch land is de democratie ooit van de grond gekomen en in andere moslim landen, zoals Indonesië en Maleisië leidt zij een kwijnend bestaan. Democratie werkt alleen in een hechte gemeenschap waar mensen hun politieke tegenstanders voldoende kunnen vertrouwen om vrijwillig de regeringsmacht in hun handen te laten. Ze moeten er op kunnen rekenen dat de rechtsstaat door de overheid gehandhaafd zal worden en dat de overheid ook zich zelf aan het recht zal onderwerpen in gevallen dat zij haar eigen belangen daar niet mee gediend ziet. Recht hoort de samenleving te dienen en niet de overheid. Democratie is een westerse uitvinding en is uitsluitend tezamen met een westerse samenleving voor export vatbaar.

De laatste jaren doet zich in West-Europa een dilemma voor. De immigratie uit niet-democratische landen[1] heeft hier etnische minderheden gebracht waarin groepen jongeren zich crimineel en gewelddadig gedragen, iets waar de ouderen binnen die minderheden niet of onvoldoende tegen optreden. Integendeel, als er incidenten plaats vinden sluiten zich daar de rijen en vindt men de eigen gemeenschap belangrijker dan het handhaven van de burgerlijke vrede in de gemeenschappelijke publieke ruimte.

De vraag die overheden zich hier horen te stellen is kunnen we op den duur een democratische samenleving handhaven met moslim minderheden of moeten we de moslim gemeenschappen opbreken, c.q. uit het land proberen te verwijderen.

Dat is een dilemma, omdat in de eerste plaats het onderkennen van aparte etnische gemeenschappen niet past in de humanistische leer en het gebruik van geweld tegen die gemeenschappen al helemaal niet. Geweld kan alleen in het uiterste geval, als onderdeel van het strafrecht en dan op individuele basis. Het opbreken van etnische gemeenschappen die zich van de gemeenschappelijk samenleving isoleren klinkt agressief. Maar integreren en opbreken van etnische leefgemeenschappen is niet wezenlijk wat anders. Wie een baan heeft, dagelijks met andere mensen samenwerkt, de landstaal spreekt en niet in een getto woont is geïntegreerd. Wie dat allemaal niet doet kan alleen maar overeind blijven dankzij de gettogemeenschappen en moet leven van de uitkeringen die hij van het gastland ontvangt.

Het stoppen van uitkeringen aan immigranten en andere mensen die de taal niet spreken, die als veelplegers te boek staan of hun school niet hebben afgemaakt zou zeker de integratie bevorderen. Het is duidelijk dat dit op een reeks van juridische bezwaren zal stuiten, onder meer ook op verdragsrechtelijke bepalingen. Maar het immigratievraagstuk is niet specifiek Nederlands. Alle West-Europese landen hebben er last van en het lijkt een van de Europese problemen te zijn die het beste in gezamenlijk overleg kunnen worden aangepakt. Aan onze kinderen en kleinkinderen een land na te laten, waar ze in vrede kunnen leven is belangrijker dan een Europese gemeenschap te handhaven die niet langer in staat blijkt om Europese problemen in onderling overleg op te lossen.

Een van die probleem is het onderwijs. Op VMBO-scholen in de grote steden zijn de leraren niet langer de baas. Voor zover de leerlingen met elkaar blijven omgaan is daar een cultuurtje ontstaan waarin antisemitisme en geweldpleging aan de orde van de dag zijn. De schoolleiding blijkt niet in staat om leerlingen die zich daar schuldig aan maken van school te verwijderen.

Grote schoonmaak in de scholen, ook als dat tot gevolg heeft dat een deel van de moslimleerlingen zonder opleiding komt te zitten zou zeker het mindere kwaad zijn. Nieuwe scholen met een bijzonder regime voor delinquente leerlingen zouden als opvang kunnen dienen. OP zulke scholen zouden taal- en opvoedingsachterstanden kunnen worden ingehaald.

In eerste instantie zal dat de verhoudingen tussen autochtonen en allochtonen niet bevorderen, maar de zaak laten voort zieken op de manier waarop onze overheden dat hebben gedaan doet dat ook niet. We moeten nu kiezen voor het minste kwaad en hopen dat daar op den duur een geïntegreerde bevolking uit voort zal komen. We moeten wat en kunnen alleen hopen dat kwaadwillende of incompetente allochtonen terug zullen gaan naar de landen van herkomst of uiteindelijk toch maar eieren zullen kiezen voor hun geld.

De handhaving van de burgerlijke vrede is de eerste verantwoordelijkheid van iedere overheid. De grote steden en de rijksoverheid zouden er goed aan doen om het integratievraagstuk met al zijn consequenties prioriteit nummer een te geven en alle rechtsmiddelen te gebruiken of te ontwerpen die nodig zullen blijken om de problemen op dat terrein op te lossen. Toestanden als nu in Syrië zijn hier nu nog ondenkbaar maar ze zijn als we de fanaten hier hun gang laten gaan ook in West Europa niet meer ondenkbaar op de lange duur.

Na de Eerste Wereldoorlog zijn in Parijs en omgeving een aantal onverstandige verdragen gesloten, waarbij onvoldoende rekening werd gehouden met toekomstige ontwikkelingen. Twintig jaar later hadden we een Tweede Wereldoorlog. Turken en Arabieren zijn geen Duitsers en ze beschikken niet over een voldoende efficiënt apparaat om oorlog te voeren, maar wapens zijn overal volop te krijgen. Het soort guerrilla dat we zien in landen als Pakistan, Afghanistan, de Filipijnen en in de Arabische landen – sinds hun ‘lente’ – is ernstig genoeg.


  1. Turkije is formeel in naam wel een democratisch land maar dat is meer schijn dan werkelijkheid. Vanaf de revolutie van Mustafa Kemal Ataturk tot de machtsovername van Erdogan was het leger de baas in Turkije en greep het in als een regering niet aan de voorwaarden voldeed. Sinds Erdogan is Turkije terug in het islamitische kamp, waarin voor democratie eigenlijk geen plaats is. Journalisten en andere mensen die het regime gevaarlijk acht gaan met schijn processen of zonder vorm van proces de gevangenis in. Geweld speelt op de achtergrond steeds een rol en de goede manieren waar de Turkse elite uit Istanboel vroeger om bekend stond, zijn van het toneel verdwenen.

Dit essay verscheen eerder op het Blog van Toon Kasdorp

Meer over democratie op Veren of Lood vindt u hier.