DE WERELD NU

De stem des volks

hoe een parlement de democratie af schaft

Gisteren was er opnieuw een debat in de Tweede Kamer. Opnieuw over de crisis rond de asielmigranten. Het leek wel alle-ballen-op-Wilders, zo noteerde ook Dominique van der Heyde bij Nieuwsuur. Ietwat verbaasd mompelde ze er achteraan, dat het net leek alsof de andere fractie voorzitters dat zo hadden afgesproken.

Vanzelfsprekend zou niemand dat ooit eerlijk toegeven, als de rest van de Kamer collectief besloten had, dat men gezamenlijk moest proberen op Wilders in te hakken, aangezien ze het elk voor zich niet rond kregen. Collectief evenmin, zo bleek trouwens. Dat een website als Nu.nl de mist inging door te stellen “Kamer zet Wilders klem in asieldebat” zou je nog kunnen duiden als journalisten die ook in het complot zaten.

Het zou kunnen, maar ik geloof er niets van. Wat we zagen was een collectiefje gefrustreerde kleuters die zich storten op dat vervelende, zich van de rest afzijdig houdende jongetje waarvan ze het met woorden nooit kunnen winnen. Maar die ze nu in een stil moment wel eens even mores zullen leren. Niet dat het hielp, Geert Wilders is in een debat voor de meesten van hen enige maatjes te groot. En als een waar Thermopylae is de Kamer een toneel waar maar één tegenstander tegelijk hem kan aanvallen.

Het was kansloos. Maar het was ook vernietigend in de kering, door de manier waarop Wilders’ betoog was opgebouwd. Met dat verpletterende hoogtepunt van het voorlezen van brieven die hij ontvangt. Van wanhopige mensen die bij hem hun nood klagen. Omdat andere politici hen wellicht zullen antwoorden iets menslievender te zijn, in plaats van oor te hebben voor gerechtvaardigde angst en klachten. Dat hij deze brieven in de Kamer alsnog voorlas – brieven die andere politici negeren dan wel belerend beantwoorden, of zelfs helemaal niet krijgen omdat men weet wat te verwachten als reactie – dàt was vernietigend.

Gistermiddag in de Tweede Kamer was Geert Wilders waarlijk de Stem des Volks.

Natuurlijk is Wilders zich dit bewust. Hij is voldoende politicus om te weten wat hij ontketent, en hoe hij zijn collega’s tot razernij drijft. Want, om daarop nog even terug te komen: wat we gisteren zagen van andere politici, was pure razernij. Niet iets waarop je trots kunt zijn. En zelfs als het had gewerkt was er voldoende reden geweest na afloop met de staart tussen de benen weg te sluipen, en in een hoekje de eigen schaamte te beleven. Maar zelfs dat, dat idee in ieder geval met zijn allen hun gram te hebben gehaald bij de man die hun feestje verstoort, en hen als groep verwijt ineffectieve apparatsjiks te zijn die slaafs een waanidee najagen, het was hen niet gegund.

En het was, zoals vrijwel alle collectieve hysterie, van een ontstellende domheid. Welk beeld rees hier op? Dat van de eenzame ridder tegen het pak wolven dat mensen bedreigt? Het is een beeld dat Dion Graus wellicht zou aanspreken, maar niet zoals het er van buitenaf uitzag: het was allen tegen één, en het ging gelijk op.

En hierin zat wat de politieke tegenstanders zich hoogstvermoedelijk nog het langst zullen verwijten: door het beeld neer te zetten dat het allen tegen Wilders was, wordt ook het beeld gecreëerd dat Wilders de enige is die beseft hoe diep de migratiecrisis in het dagelijks leven in grijpt. Voor de mensen die ermee om moeten gaan, en die weten dat ze er bij hun eertijdse politieke voormensen niet mee aan hoeven komen.

Of gisteren een keerpunt was, of slechts een bevestiging van een ontwikkeling die al enige tijd gaande was valt slechts één dag later moeilijk te voorspellen. Maar dat het beeld nu simpel geworden is, dat Wilders eenzaam tegenover de rest staat, zal zich wortelen. En daarmee is mogelijk een stap genomen die ik voor onmogelijk hield. Bij diep ingrijpende problemen waarover de bevolking niet eenduidig denkt, hebben de stemmen de neiging zich min of meer gelijk te verdelen over de standpunten. Het is nu de PVV tegenover de rest, op een onderwerp dat breed wordt gezien als het belangrijkste probleem van de komende veertig jaar. Het moet raar lopen wil de PVV de komende tijd – in de peilingen in ieder geval – niet doorlopen naar circa 50 zetels. Of zelfs meer.

Voorstellingen zoals gisteren door de vijandige fractievoorzitters dragen daar sterk aan bij.

5 reacties

  1. André van Delft schreef:

    “Bij diep ingrijpende problemen waarover de bevolking niet eenduidig denkt, hebben de stemmen de neiging zich min of meer gelijk te verdelen over de standpunten.”

    Dat is mij ook opgevallen; er is een soort borderlinegedrag op nationaal niveau.
    Hoe zou dat komen?

  2. narryhak schreef:

    “niet doorlopen naar circa 50 zetels. Of zelfs meer.”

    en mochten die 50 zetels gehaald worden, dan zou mij niet verbazen dat er plots een 2e volkert vd g opstaat…

    hoopt dat de hr wilders zijn beveiliging goed op orde heeft !

  3. Hannibal schreef:

    @André
    Een van de meest vreemde verschijnselen bij bijvoorbeeld referenda is dat een uitspraak boven de 60% wordt gezien als beslissend en definitief. Vandaar dat de regering in 2005 niet durfde gokken op een herhaling met een aangepast vedrag. Hogere scores zijn extreem zeldzaam, en worden al snel Oost-Europese uitslagen genoemd. De praktijk leert dat 20% van de stemmers – sommigen in verwarring oid, pure dwarsigheid kan ook – altijd redenen vindt de andere kant op te stemmen. We zijn een bijzondere soort.

  4. A Knoop schreef:

    Zolang er nog steeds ouwetjes in NL wonen die hun hele leven al PVDA hebben gestemd en dit nu weer gaan doen ondanks dat de PVDA maar virtueel op 9 zetels staat, gaat G Wilders nooit de grootste worden,

  5. Coby Verweij schreef:

    ,Het is zeker te hopen dat de beveiliging van Wilders op top is, want je kunt er op wachten dat de geschiedenis herhaalt wat er met Pim Fortuyn en Theo van Gogh is gebeurd.