DE WERELD NU

De Spaanse bubbel staat op knappen

De financiële problemen van Spanje zijn al wat langer een bron van grote zorgen voor economen, veel langer in ieder geval dan landen als Portugal en Ierland, die al een bailout mochten ontvangen. Maar Spanje, zo wil sinds enige tijd het gevleugelde woord, is too big too bail. Het zal echter niet too big to fail blijken, want het gaat hard, de laatste weken.

De verruiming van Europese leenmogelijkheden voor banken, de LTRO, zorgde er in ieder geval voor dat de Spaanse overheid door de inheemse banken van voldoende geld voor leningen werd voorzien. Ook voor die banken belangrijk, want het grootste deel van hun balansen werd immers ingenomen door slechte hypotheken. Spanje zit op een geklapte vastgoedbubbel van epische proporties. Maar hoewel de vastgoedbubbel als geklapt moet worden beschouwd, hebben de banken hun verliezen nog steeds niet genomen. Tot nog toe genomen maatregelen zijn kruimelwerk vergeleken met wat nodig is.

Vorig jaar smeedde de Spaanse regering uit de restanten van zeven regionale banken die door de hypotheek ellende niet langer overeind konden blijven een nieuwe moloch: Bankia, dat in één keer de derde bank van Spanje werd. Gisteren kondigde Bankia aan dat het overheidssteun nodig heeft om te kunnen blijven functioneren. Ondertussen gaat het om 21 miljard euro, een bedrag dat gisteren startte op 15 miljard, maar gedurende de dag vlot opliep.

Om de Spaanse bankensector te steunen is de EU de laatste weken druk bezig het ESM vol te tanken. De gedachte lijkt, dat Spanje als geheel te groot is om adequaat te ondersteunen, maar dat het versterke van haar bankensector het ei van Columbus zou kunnen blijken. Ex-Minister Zalm leek donderdagavond bij Knevel & Van den Brink vooral zichzelf te geloven toen hij beweerde dat de staatsschuld van Spanje tot de laagste (als percentage van het BBP, dat dan weer wel) van Europa behoorde. Al is dat formeel inderdaad waar, en hoe leuk en redelijk dat dan ook klinkt, toch is het een gore leugen van een type waarop politici zich steeds vaker laten betrappen: een formele waarheid die niet wortelt in de werkelijkheid.

Het grote probleem van Spanje zit hem namelijk in de regio’s, die budgettair door de centrale regering de afgelopen jaren financieel verantwoordelijk zijn gemaakt voor van alles en nog wat, zonder dat die regering hen daarvoor van fondsen kon voorzien. Internationaal werd dat vervolgens gepresenteerd als bezuinigingen van de Spaanse staat. Alleen op die wijze kon Spanje voldoen aan de afspraken die met de EU werden gemaakt over bezuinigingen, die aldus weinig anders waren dan een charade om de Europese burger zand in de ogen te strooien. Overheden die een bedelaar een paleis kado doen, onder voorwaarde dat hij wel de hypotheek volledig afbetalen moet, en wel direct, dienen te beseffen dat daarmee geen problemen worden opgelost.

Nu weet de Spaanse overheid dat ook wel natuurlijk. Echt wel. Maar Spanje hoopt, dat van uitstel ook afstel komt. Het is het oude liedje, van het paard dat moet leren zingen. Kort gezegd: gedurende het uitstel kan er van alles gebeuren, en wie niet dieper zinken kan, doet alles voor uitstel.

Wat er gebeuren kunnen zou? De economie zou aan kunnen trekken, de belastinginkomsten zouden mee kunnen vallen, de goede God zou kunnen blijken het land voorzien te hebben van een onuitputtelijke voorraad grondstoffen als bijvoorbeeld olie, en wellicht ontstaat er in de EU zoiets als een reddingsmechanisme, laten we dat voor de eenvoud ESM noemen.

Helaas, helaas. Hoewel het gisteravond nog niet tot het programma Nieuwsuur doorgedrongen was (dat over Bankia overigens meldde dat het ging om ‘slechts’ 19 miljard euro), ook gisteren heeft de regio Catalonië de regering in Madrid gemeld, dat het acuut verlegen zat om geld, en vooral dus om mogelijkheden haar schulden te herfinancieren. Catalonië moet dit jaar nog 13 miljard herfinancieren, en er staat geen rij om de streek daarbij te helpen. En dan is Catalonië nog wel de grootste en rijkste regio van Spanje.

Gezamenlijk hebben de 17 Spaanse regio’s dit jaar een herfinancieringsbehoefte van 36 miljard, en zonder actieve steun van de centrale overheid is dat geen haalbare kaart. Mèt zal het ook niet lukken, voorspel ik u, aangezien de Spaanse rente op dit moment op 6,36% (jaarrecord) ligt, en nog steeds stijgt. Maar de Catalaanse regering staat op het standpunt dat er toch ergens geld vandaan moet komen, en dat men om die reden aanklopt in Madrid. Niet eens geheel onredelijk, gezien de extra uitgaven waartoe de regering oin Madrid de regio’s toe verplichtte. Anderzijds mag niet onvermeld blijven, dat de oplopende schulden van de regio’s – al enige jaren voor de centrale regering kosten begon door te schuiven – als groot probleem worden beschouwd.

En terwijl Spanje steeds verder wegzakt, schaduwt de rente die Italië betalen moet die van Spanje nauwkeurig. Italië moet dit najaar ook circa 200 miljard van haar schuld herfinancieren. Maar gelukig, zou je bijna denken, heeft de EU nu een ESM opgericht als dijk tegen de aanstormende tsunami van financiële ellende die de eurozone nadert. Dat serieus te nemen deskundigen waarschuwen dat de omvang die het ESM nu krijgt te beperkt is om alle problemen op te kunnen vangen is iets waarnaar Europa niet wenst te luisteren.

Zo’n federaal samengaan van Europa heeft nu eenmaal kinderziektes, nietwaar?

 

 

Eerder verschenen op Dagelijkse Standaard